(origineel bericht op be-more.nl)
Vakantie en Drakensbergen
<strong>Het is vakantie!</strong>
OneVoice is van 14 december tot 10 januari gesloten. Wat inhoudt dat ik vakantie heb! En wat een bof, de zomer is eindelijk begonnen! Vandaag is een super relaxt dagje, het is heerlijk weer en dus hebben Marlies en ik er weer wat uurtjes zon op zitten! Gisteren zijn we naar Ushaka geweest om daar lekker op het strand te vertoeven, en we hebben ons laten verwennen met een heerlijke massage. Dat hadden we wel nodig na afgelopen weekend!
<strong>Drakensbergen</strong>
Afgelopen weekend ben ik met Marlies, Lente (van Bobbi Bear) en Carry (Hospice) naar de Drakensbergen en Lesotho geweest. We vertrokken vrijdag rond een uur of 1, althans dat had ik verwacht. We vertrokken uiteindelijk exact 1 uur! Tegen alle verwachtingen in was de chauffeur stipt op tijd! Complimenten voor de taxi driver!! In Durban was het warm, heel warm, maar naarmate we dichter bij de bergen kwamen werd het steeds bewolkter.
De eerste nacht verbleven we bij een Backpackers in de buurt van de Sani Pass. De omgeving is daar werkelijk prachtig! We hebben daar lekker gegeten, geslapen (met kruik, het was koud zeg!), ontbeten en gedouched. We kregen een lunchpakket mee voor zaterdag en om 9 uur vertrokken we met onze gids; op naar Lesotho! Lesotho is een apart land dat midden in Z-Afrika ligt. Iedereen had het grensformulier en zijn paspoort al klaarliggen en we zijn dan ook zonder probelemen de grens overgestoken. Maar wat een karwei! De eerste borderpost kom je al vrij snel tegen, nog voordat je de bergen echt in gaat. Zonder een 4x4 laten ze je niet door, je hebt 4-wheel-drive nodig, anders kom je niet boven!
De wegen zijn niet ge-asfalteerd, wat in houdt dat je over keien, stenen, zand, water enz moet. De wegen zijn heel heel heel hobbelig, scheef, smal, en hebben bochten wiens namen afschrikwekkend zijn. Nadat we “Devils Elbow” “Ice Corner” en “Grace” (by the grace of God) overleefd hadden, kwamen we dan toch bovenaan de Sani Pass. En daar was dan de echte grens, en kwamen we aan in Lesotho. Wat een wereld! Je zit op ruim 2km hoogte en het is daar zo ontzettend mooi. Ze hebben bijna een electriciteit en alles wordt er nog gedaan zoals “vroeger”. We hebben vooral veel rond gereden en van het prachtige uitzicht genoten! We hebben gekeken hoe de schapen geschoren worden, zijn naar een traditionele genezers geweest die onze toekomst heeft voorspeld: veel reizen, uiteindelijk wonen in het buitenland, 2 kinderen, veel voorspoed en een fijne terugreis naar huis vanuit Z-Afrika. Er zijn traditionele dansjes voor ons opgevoerd, er is gezongen, muziek gemaakt en we hebben heerlijk (en erg Hollands) gegeten. De volgende ochtend zijn Marlies, Lente en ik gaan paardrijden. Dit was in 1 woord GEWELDIG! Ik vind paardrijden sowieso heerlijk om te doen maar dit sloeg echt alles. Ze hebben in Lesotho speciale Lesotho ponies, dit zijn hele “sure-footed” ponies die zich prima kunnen redden op de steile, rotsachtige hellingen en smalle paadjes. Met zo nu en dan momenten waarop ik dacht: “als ik nu val lig ik onderaan de berg!”, werden mijn gedachten vooral overheerst door: mijn god wat is het hier toch mooi! De ponies zijn niet heel groot, en allemaal erg slank gebouwd, maar vergis je niet ze zijn erg sterk! Het grootste deel van de rit vonden de ponies zelf hun weg en sukkelde ze braaf achter de gids aan. De “paden” waren smal dus er was verder ook weinig keus. Nadat we de berg op waren gegaan aan de ene kant, en af aan de andere kant konden we het laatste stuk om de berg heen terug galoperen. Aangezien we geen cap hadden tweifelde de gids of we dat wel wilden doen, maar ik had geen tweifels, en ook Marlies besloot al snel dat een lekker stukje galoperen geen kwaad kon. ZOEF daar ging ik, gevolgd door Marlies en daarna Lente en de gids. (Lente had geen ervaring met paardrijden, maar liet zich niet kennen hoor!). Ik liet al snel alles achter me en mijn pony en ik stoven over de weg, achteraf blijkt dat de gids meerdere malen HOOOOO en STOOOOOP!!! geroepen heeft. Dat heb ik niet meer mee gekregen. Ze waren als waarschuwingen bedoeld voor de auto’s en busjes die langs kwamen, maar die had ik zelf al gezien en ik ben heelhuids en in no-time weer terug gekomen bij het dorpje. Daar hebben mijn trouwe knol en ik gewacht op de rest. De gids wisselde daar van pony met iemand die langs de weg liep en stoof er vandoor. Na een korte race op het laatste stukje, onder toeziend oog van de dorpelingen (de gids heeft de race met zijn “verse” pony gewonnen), kregen de beestjes hun wel verdiende rust. 1,5 Uur zwoegen door de bergen is natuurlijk niet niks. Met hevige zadelpijn en trillende beenspieren, maar o zo voldaan, stapte ik van mijn pony af. De gids: “I knew Dutch people know how to ride!” Mijn dag kon niet meer stuk! Die 1,5 uur waren de hele reis dubbel en dwars waard!
Daarn zijn we nog even het dorp in gegaan waar de vrouwen gezongen hebben en hun dagelijkse gebruiksvoorwerpen aan ons hebben laten zien. Mandjes, hoedjes, kammen enz. Na de lunch was het tijd om weer richting Durban te gaan. Om 1 uur zijn we ongeveer vertrokken, en om half 10 s avonds kwamen we bij het B&B aan. Wat een trip! Ik heb nog steeds zadelpijn, en ontzettende spierpijn van dat galoperen op het laatst. Gelukkig heeft Marlies net zo veel spierpijn en lopen we er alle twee bij als oude vrouwtjes.
Morgen (woensdag) gaan we nog 1 keer mee met de vrijwilligersdag van be-more. Dan kunnen we nog een laatste keer langs alle projecten. En dan vliegt Marlies donderdag alweer naar Nederland. Wat gaat de tijd toch snel!