Ugandese begrafenis, voor de 2e keer malaria, een laparotomie en nog een family plann

(origineel bericht op be-more.nl)

Ugandese begrafenis, voor de 2e keer malaria, een laparotomie en nog een family planning outreach!

Lieve allemaal,
*
Alweer een weekje verder.
Donderdagmiddag zijn we met Kim mee gegaan naar de begrafenis van het baby’tje van de broer van de nightguard van Kim. (als je het nog volgt…) We waren keurig op tijd bij Kims huis, maar Kim is na 6 jaar al volledig gewend aan het Ugandese leven, dus ze kwam een half uur later aanzetten… haha Hierdoor kwamen we te laat op de begrafenis (wat uitzonderlijk is, want normaal loopt alles ontzettend uit, dus Kim had gedacht dat de begrafenis ook wel later zou beginnen), dus het lichaampje was al onder de grond gebracht. Het was niet in een kistje gestopt, maar gewikkeld in boomschors. Toen we aankwamen zagen we ontzettend veel mensen zitten. Het was gigantisch druk. De mannen en vrouwen gescheiden. De mannen zaten op bankjes bij elkaar; ze waren bananenbier aan het drinken. De vrouwen zaten in de schaduw tussen de bananenbomen. In Uganda ga je hoe dan ook altijd naar de begrafenis van een ander, want anders zullen andere mensen ook niet naar jouw begrafenis komen. Ook zien ze het als een manier om gezellig samen te komen en wordt er eigenlijk amper getreurd. Het hoort er nou eenmaal bij dat er volwassenen of kinderen overlijden. We werden door de nightguard van Kim meteen naar het grafje gebracht. Daar aangekomen waren de ouders bezig om stenen op het grafje te leggen. Een overlijden is eigenlijk de enige keer dat Ugandezen hun emoties mogen laten zien. Nou, dat hebben we gemerkt… De vrouw was kei hard aan het gillen en treuren en jammeren. De man gaf echter geen kick en bekommerde zich ook totaal niet om haar. Hij ging niet naar haar toe, sloeg geen arm om haar heen, troostte haar niet, maar liet haar alleen; knielend, liggend en huilend op de grond. We hebben de man gecondoleerd en we hebben hem wat geld gegeven. Dat is normaal bij een begrafenis, omdat de familie van de overledene zorgt voor eten voor iedereen. Ook al kwamen we eigenlijk te laat; meteen werden er matjes voor ons ergens vandaan getoverd, kregen we een plekje in de schaduw onder de bananenbomen en kregen we als eerste van iedereen een bord vol met eten. (Matooke (soort banaan) met bonen) Ik kan er niet aan wennen, die voorkeursbehandeling… Ook hebben we bananenbier mogen proeven. Holy shit. Wat is dat spul sterk. Ik krijg er nog rillingen van als ik er aan denk. De smaak heeft nog een dag in mijn mond, keel en neus gezeten.
Op de terugweg naar huis nog even met zijn allen langs een gezin gegaan, wat Kim steunt. Een oude man en vrouw (vrouw kan niet lopen, is verlamd) en hun zoon. (gok ergens begin 20) en allemaal kleine kindjes. De jongen zorgt eigenlijk voor het hele gezin; ontzettend zwaar voor hem. Ik moest heel nodig naar de wc, dus heb geplast in de botste latrine tot nu toe… heeeel klein, ik moest er knielend in, pikdonker en een intens doordringende vieze geur. Geef mij maar een bush toilet; lekker in de frisse lucht. Beter dan zo’n stinkend hol… Toen we vervolgens met de boda’s naar huis gingen, bleek de boda van Lisa en mij eigenlijk bijna geen benzine meer te hebben. Dus elke keer dat we een heuvel omlaag gingen deed hij zijn motor uit en telkens zei hij: Let God help us, Let God help us. (We zaten in the middle of nowhere en het begon al donker te worden….). Na een tijdje stopte hij zelfs, moesten we van de boda af en legde hij zijn boda schuin, om zo het laatste beetje benzine te kunnen gebruiken. Uiteindelijk zijn we toch nog thuis gekomen. Thank you God!
Vrijdag hebben Lisa en ik ’s ochtends nog de muskietennetten voor de ramen in de Nutrition ward geverfd + de stoeltjes voor de kindjes. ’s Middags zijn we naar Masaka Backpackers gegaan en onderweg de rest opgepikt die een dagje waren gaan kijken bij Kalisizo Hospital. (Daar zijn wij vorige maand al geweest) ’s Avonds was er een welkomstdiner voor de nieuwe vrijwilligers van deze maand. Dus de mensen van de backpackers hadden een heerlijk buffet voor ons gekookt. ’s Nachts voelde ik me niet lekker, ben ik zo’n 8 keer naar de wc gegaan. Diarree, hoofdpijn, misselijk, duizelig, lamlendig. Zaterdagochtend wilde ik eigenlijk gewoon een dagje in mijn bed blijven liggen en beter worden, want er stond toch niet echt iets op de planning, behalve chillen bij wifi-tentje. Toch leek het de rest wel verstandiger om me toch te laten testen op malaria, dus ben ik met Lisa naar de dokter gegaan. De test was toen negatief, dus ik moest maar gewoon rustig aan doen van de dokter. Dus de rest van de dag samen met Lisa bij het wifi-tentje gelegen en geslapen. Ik voelde me eigenlijk steeds akeliger worden. Vervolgens terug naar de backpackers. Gedoucht, had voortdurend zwarte vlekken voor mijn ogen en ben toen maar in bed gedoken. Toen kwam Lisa even later weer boven: heb net overlegd met Ruben, als je gaat wachten tot morgen, dan wordt je alleen maar zieker. Over 5 minuten gaat het lab dicht bij de dokter, dus we moeten er Nu heen; Ruben gaat er nu alvast snel naartoe zodat het lab niet sluit en dan kan de dokter je nog een keer zien en dan kan je nog een keer getest worden op malaria. Je kleedt je nu aan en dan brengt Joseph ons naar het ziekenhuis. Hier zat ik natuurlijk totaal niet op te wachten, want ik lag net lekker in bed. Maargoed. Daar aangekomen was ik volgens Lisa een lopend lijk (thank you) en was ik ook nog flauwgevallen in de gang. Weer getest en toen besloten dat ik werd opgenomen. Meteen mijn infuus gekregen, met echt van alles en nog wat aan medicijnen. Ik lag lekker op een 2 persoonskamer met Lisa, dus dat was wel relaxt. Lisa is (super lief) alle 3 de dagen en nachten bij me gebleven! Eerste nacht een shit nacht gehad. Amper geslapen. Ook nog om half 5 gewekt voor nieuwe anti-malaria medicijnen. Zondagochtend voelde ik me al wat beter, dus zei de dokter: als het zo blijft mag je vanavond naar huis. Eind van de dag ging het alweer ruk. Weer helemaal dizzy en flauwgevallen in de wc. Dus moest ik blijven. Maandag same story. ’s Ochtens wel prima. Maar ’s middags weer slecht. (is typisch voor malaria). Arme Lisa begon zich ondertussen gigantisch te vervelen (ik lag alleen maar in bed te slapen) … Gelukkig kwam toen het telefoontje van de dag! ABERT! (man die ons helpt bij het project) Hij vertelde dat hij onderweg was naar het ziekenhuis. 1.5 uur later klopte hij op de deur. (ziekenhuis waar ik lag is maar 40 minuten van ons plaatsje, dus geen idee hoe het kan dat hij er zo lang over heeft gedaan.) Abert is een hele verlegen man. Praat heel langzaam, weet zich niet echt een houding aan te nemen en komt altijd een beetje klungelig en stuntelig over. Waardoor je er eigenlijk helemaal kriebelig van wordt. Hij had een kaart meegenomen met get well greetings and warm wishes; all bringing special thoughts of you. Met best wishes from Abert on behalf of kyotera medical centre and the project blablabla… Met ook een zelfgemaakte tekening erbij van mij in een bed en Lisa die ernaast zit, ‘taking care of her friend Emma’ Hahaha. Lisa en ik kwamen al niet meer bij. En dit was nog maar het begin. Vervolgens pakte hij mijn hand en begon hij hardop te bidden met zijn ogen dicht. Wel 10 minuten lang. Lisa en ik wisten niet waar we het moesten zoeken. Wat hij allemaal wel niet zei…. Haha Elke keer als ik Lisa’s blik ving, moest ik me echt vermannen om niet in schateren uit te barsten. Het was echt een bizarre situatie… Hij was echt overal sorry for en iedereen in het project dacht aan mij, van arts, tot schoonmaker, tot verpleger, tot de vrouw van de canteen. Ik hield het niet meer. Maar het was wel echt super lief bedoeld! Toen was het gebed klaar en verliet hij stuntelend, stotterend en zwaaiend met zijn arm mijn kamer en ging hij weer terug naar Kyotera. Hij heeft in totaal echt 2.5 uur gereisd om max een kwartier bij ons te zijn… Bizar, maar wat een schatje hahaha Wat ook echt apart is: tijdens mijn verblijf in het ziekenhuis vroeg de dokter elke keer niet aan mij hoe het met me ging, maar aan Lisa; How is she? Terwijl ik er gewoon bij lag. Extra medicijnen die niet door het infuus gingen, werden ook niet met uitleg aan mij gegeven, maar aan Lisa; alsof ik 1 of andere apaat ben die niks snapt… OK. ik lag er ook wel een beetje half nokkie bij, dus misschien daardoor haha.
Maandagnacht werd ik weer lekker om half 4 ’s nachts gewekt door de dokter met zijn spleet tussen zijn tanden, om te checken of ik nog in orde was. Ik schrok me dit keer een hoedje, want ik had oordoppen in vanwege een kind dat 24/7 aan het janken was in de kamer naast ons. Ik hoorde dus helemaal niks en toen stond hij opeens naast mijn bed… Ik heb die nacht bijna het leven gelaten van schrik. Maar Aberts gebeden zijn wel verhoord, want dinsdagochtend werd ik ontslagen! Door Ruben zijn we dinsdag teruggebracht naar Kyotera en toen ben ik van slaapkamer verhuisd. Ik slaap vanaf nu bij Lisa op de kamer, want die kamer heeft meer ramen en is een stuk lichter en de ramen kunnen daar open, dus daar lig je wel een stuk fijner.
Woensdag weer naar KMC. Iedereen vroeg hoe het ging en ze zeiden dat ze aan me hadden gedacht en dat ze voor me hadden gebeden en iedereen was so sorry. Cutie pies. Dr. Ambrose wilde me ook nogmaals onderzoeken en wilde me nog extra medicijnen geven; maar ik heb hier voor bedankt… Tussen de middag even 2 uur thuis geslapen en ’s middags weer naar het ziekenhuis aangezien er een laparotomie op het programma stond. Er was een vrouw met cystes in haar baarmoeder die verwijderd moesten worden. Er werd een gigantische horizontale snee gezet, die daarna nog door de chirurg met zijn handen verder werd uitgescheurd, aangezien de opening toch nog niet groot genoeg was. Het was echt een heel akelig geluid om te horen, je hoorde het gewoon scheuren… brrr… De darmen werden zo uit de buik gehaald en er werd een nat lapje opgelegd zodat ze niet zouden uitdrogen. Vervolgens gingen ze opzoek naar de cystes, wat heel lang duurde… We waren ook echt met super veel mensen in de operatiekamer. In totaal met 12 in een hele kleine ruimte. 7 mzungu’s (er waren 2 meisjes van een ander project op bezoek), de chirurg, de anesthesist, dr. Ambrose, de operatieassistent en een verpleegster. Je kan je voorstellen dat het gigantisch warm was. Het zweet droop bij iedereen over z’n gezicht. Totaal niet hygiënisch. Wat heel akelig was: tijdens de operatie deed de vrouw opeens haar ogen wijd open, begon ze te schuimbekken, deed ze haar armen omhoog, werd haar ademhaling heel erg zwaar, liet te haar been bungelen langs de tafel en probeerde ze zelfs omhoog te komen. De anesthesist zei dat ze niks van pijn merkte van de operatie, maar ik vond het er in ieder geval wel echt ontzettend naar uitzien…
Donderdag stond er weer een family planning outreach op het programma. Dit keer bij de grens met Tanzania. Er konden maar twee van ons mee, aangezien we maar met 2 boda’s zouden gaan en Bernard mee moest om de anticonceptie staafjes etc te zetten + de verpleegster Esther en Abert moesten mee. Ik vond het het eerlijkst om te loten, maar de rest was zo lief en ze gunden het mij heel erg, omdat ik al zo’n pech heb gehad met ziek zijn… Uiteindelijk zijn Lisa en ik meegegaan. Donderdagochtend om 8.00 stonden we paraat bij het ziekenhuis. Of course pas om 8.55 vertrokken. Abert had ons van te voren verzekerd dat het maximaal iets meer dan een uur rijden zou zijn. We hebben uiteindelijk 3 (!) uur over de heenweg gedaan! It was like hell. Er was maar 1 voetensteuntje, waardoor we echt kramp ten top hadden in onze kuiten, benen, billen en liezen; de weg was super hobbelig; halverwege begon het kei hard te regenen, waardoor de onverharde weg veranderde in een glibberig pad; Doodsangsten uitgestaan. Ondanks deze hindernissen en met mijn nog niet helemaal optimaal gezonde lichaam, was de tocht adembenemend mooi. Wat is Uganda prachtig. Ik raad iedereen aan om er een keer naartoe te gaan als je de kans krijgt… We kwamen dit keer echt in bergachtig gebied. Overal om ons heen heuvels. Groen. Geitjes op de weg. Wapperende bananenbomen. Bloemen. Nog meer groen. Prachtige onverharde zandwegen. Kindjes die achteruit deinzen en je met grote verschrikte ogen aankijken op het moment dat ze ons aan zien komen op de boda, omdat ze nog nooit een blanke hebben gezien. Vrouwen met de prachtigst gekleurde lappen om. Kuddes koeien met gigantische horens, die opeens de weg versperren. It was great. Op een gegeven moment begon het zo hard te regenen, dat we echt moesten stoppen met rijden. Abert zette de boda aan de kant en we gingen schuilen onder een afdakje. Meteen kwam er een man naar buiten die vroeg of we bij hem binnen wilde komen om te schuilen. We zijn bij hem ‘thuis’ naar binnen gegaan. Een ruimte niet groter dan 2 bij 3 meter. Er stond 1 bankje, een klein tafeltje en verder wat matten op de grond. Wij mochten op het bankje zitten. Hij kon geen engels, behalve How are you. Daar een beetje met handen en voeten ‘gepraat’ en gewacht tot het weer droog was. Ondertussen hadden de andere mensen om het huisje heen door dat er mzungu’s waren. Van alle kanten kwamen er kindjes en volwassenen nieuwsgierig aangerend. We hebben flink wat ballonnen uitgedeeld, wat zelfs de volwassenen echt fantastisch vonden. Na dit gezellige intermezzo moesten we echt weer door, (het regende wel nog) aangezien we al zo ontzettend lang onderweg waren.
Op de plaats van bestemming is er uitleg gegeven over anticonceptie, hebben we meerdere implanonstaafjes geplaatst en verwijderd, is er een spiraaltje verwijderd, zijn er vaccinaties uitgedeeld aan kleine kindjes en hebben we gezellig zitten kletsen met alle mensen. Het was echt een hele leuke, interessante, doodvermoeiende, maar vooral ook hele gezellige dag! Op de terugweg een shortcut genomen, waardoor de tocht maar 1 uur en 40 minuten duurde. (fijn dat we dit op de heenweg niet hebben gedaan…) Dit keer droog gehouden, dus nog beter kunnen genieten van de prachtige natuur. We kwamen gelukkig nog net voor donker aan. We zouden eigenlijk donderdag avond nog naar Masaka vertrekken, om vrijdagochtend vroeg naar Kampala te gaan, maar Lisa en ik waren zo kapot van deze hele dag, dat we besloten hadden om in Kyotera te blijven en vrijdagochtend met zijn 2en vanuit Kyotera naar Kampala te gaan & de rest pas zouden meeten in Kampala.
Vrijdagochtend met de matatu (taxibusje waar 14 man in worden gepropt) vertrokken. Lisa en ik mochten samen voorin zitten. Dus het was nog redelijk ‘comfortabel’… In Kampala vanaf het taxipark de boda genomen naar het hotel. Wat is deze stad intens druk. Echt ongelofelijk. Iedereen kiest voor zichzelf. Rijdt overal doorheen. Gebruikt geen verkeersregels. Levensgevaarlijk. Er gebeuren gemiddeld 5 (!) dodelijke ongelukken per dag in Kampala. Hoe bizar is dat?! Op het stukje van de matatu naar de boda zijn mijn slipper uit mijn tas gejat! (gelukkig oerlelijke dingen van 1,5 euro die ik net 2 dagen geleden had gekocht. Maar toch… zegt genoeg: oppassen geblazen de komende 2 dagen hier!) Na 1.5 uur kwam de rest (Nienke, Flamke, Harmke, Karlien en Diane) ook aan in het hotel. Met zn allen heerlijk geluncht bij BROOD. Een tentje van een Nederlander met echt volkorenbrood! Wat het ik er van genoten! Na 6 weken zoet wit brood te hebben gegeten is dit echt verukkelijk! *Overheerlijk. ’s Middags los gegaan bij een craft market. Niet al te veel gekocht. Aangezien ik het laatste weekend met pap en mam ook in Kampala zit. En anders moet ik er zo mee sjouwen. Net ook nog een beetje geshopt. Het is zo bizar om je opeens weer een beetje in een westerse wereld te begeven. Geen kleine lemen hutjes met riet of golfplaten, geen mensen met gaten in hun kleren. Maar grote auto’s, verzorgde mensen met mooie dure kleren en spullen. Blanke mensen. Winkels. Een supermarkt met keus. Zo apart dit contrast. De rest is nu naar de bioscoop. Ik had niet zo’n zin. Had de film al gezien in Nederland (lang leve mijn pathe-pas) en ik had even zin om mijn blog te schrijven en lekker te mailen en te facebooken. Dit keer geen fotootjes erbij, want zit nu dus niet op mijn eigen laptop. Volgende week zal ik er weer een paar plaatsen.

En wat gaat de tijd toch snel. Ik wordt helemaal akelig bij het idee dat ik over 2 weken al weg ben bij het project en dat ik over 4 weken alweer in Nederland zit. Ik krijg er echt tranen van in mijn ogen. Ik had hier zo nog 2 of 3 maanden kunnen zitten. Ik ben zo aan het genieten. Ik zie er echt tegenop om terug te gaan. Hoewel ik iedereen natuurlijk wel heel erg mis… heel erg dubbel dus. Dubbel en dwars genieten dus nog de komende 4 weken. Kan ook niet wachten op de trip die ik met pap en mam gaat maken. Wordt sowieso fantastisch!!

Veel liefs,
Em

(origineel bericht op be-more.nl)