Je kunt ook naar Nieuw Zeeland gaan, b.v. 15 dagen noordereiland en 15 dagen zuidereiland. Je vult dat in met zomaar wat rondreizen. Kom je b.v. ergens een haven binnen en je ziet een passagiersschip. Je neemt die boot, kijkt waar die heen gaat. Dat lijkt je wel wat en neemt die boot. Ben je in Wellington. Je wilt een tochtje maken met de cablecar. Wat is daar hogerop te zien? Hé, dat is leuk. Een botanische tuin en een rosarium. Leuke dagbesteding. Erop af! Je komt met de boot aan in Picton. Je kijkt rond. Leuke plaats is dat. Je boekt voor 1 nacht. Je ziet, dat postboten de volgende dag varen. Dat is leuk. Je boekt 1 nacht bij. Je bent in Greymouth met de auto aangekomen. Je ziet een spoorlijn. Je wordt nieuwsgierig. Je rijdt naar het station. Je ziet een trein klaar staan. Je kijkt op het bord. Over anderhalf uur vertrekt die naar Christchurch. Je koopt een meerdaags retourtje Christchurch als dat mogelijk is. Je laat de auto staan. Je pakt een tas en doet daar het nodige in. Je treint naar Christchurch. Je kijkt ter plaatse op de stations, waar je op de terugweg het beste uit kunt stappen voor een wandeling. Het eindstation is in the middle of nowhere bij Christchurch. Je neemt een taxi naar een hotel of backpackers. Je boekt 1 nacht. De volgende dag keer je terug met een taxi naar het station. Je begint de terugtreintocht en stapt op het station uit wat je hebt bedacht. Je gaat daar een eindje wandelen. Dan ga je door naar Greymouth. Je neemt je auto weer en rijdt verder.
Hierbij bestaat het gevaar, dat je in een bepaald gedeelte van het noordereiland c.q. het zuidereiland blijft hangen. Ook daarom lijkt het mij van belang dat je van te voren een beperkt aantal plekken, verspreid over heel Nieuw Zeeland, uitzoekt, waar je persé naar toe wilt. Dan rijd je niet geheel doelloos als een kip zonder kop rond. Verder vind ik, dat deze manier van reizen wel wat heeft, zeker in Nieuw-Zeeland, waar het bijna overal mooi is.
Ik weet overigens niet precies meer, hoe ik op het idee gekomen ben om die tuinen in Wellington te bezoeken. Ik kwam met de bus vanuit Gisborne in Wellington aan. Ik nam een taxi. Ik vroeg de taxichauffeur om te rijden naar een geschikte plek waar een hotel is. Het hotel, waar hij mij naar toe bracht, lag voor mij zeer gunstig, namelijk vlak naast het vertrekpunt van de cablecar. Ik heb last van oversteekangst op drukke straten. Voor het bereiken van de cablecar hoefde ik niet over te steken. Ik denk, dat ik daar op het idee kwam om die tuinen te bezoeken. Daar waren geen drukke wegen. Ik heb daar een leuke dag gehad. Dat in Winschoten ook een rosarium is, het zij zo. Dat heeft mij niet verhinderd om ook het rosarium in Wellington uitgebreid te bezoeken. Later pas, toen ik in een reisgezelschap zat, heb ik in Wellington o.m. het nationaal museum bezocht.