In Bolivia kun je vanuit La Paz naar Rurrenabaque vliegen, prachtige vlucht. Daar heb je 2 keuzes: je kunt naar het regenwoud (Madidi Nationaal Park) of naar de Pampas, dit zijn tropische wetlands in de jungle (vergelijkbaar met de Braziliaanse Pantanal), waar je veel meer dieren ziet dan in puur regenwoud (o.a. dolfijnen, kaaimannen, schildpadden, capibara’s, schildpadden). Het is ook relatief goedkoop. Daarom gaan de meeste backpackers hier heen. Ben in 2006 in de Pampas geweest, het was m’n eerste en achteraf nog steeds m’n beste Amazone ervaring (samen met de Pantanal). Eten en lodge waren prima.
Afgelopen januari ben ik naar Manu Nationaal Park geweest in Peru, trip van 4 dagen vanuit Cusco, waarbij je dus twee dagen in de bus zit. Was mooi (erg avontuurlijk busritje, waarbij je van 3500 meter hoogte afdaalt naar het regenwoud), maar te kort om echt dieper het gebied in te gaan. Je blijft aan de rand, relatief dichtbij de bewoonde wereld. Meerdaagse (6 - 9 dagen) trips zijn ongetwijfeld interessanter, maar dan ga je richting de 1000 dollar (trekt ook een ander publiek). Ter vergelijking, de 4-daagse trip koste 250 dollar.
Manu heeft een grote naam, het niet toegankelijke (= grootste) gedeelte van Manu zit vol mysteries en er wonen minstens 10 indianenstammen, waarvan sommigen nogal agressief en van anderen alleen bekend is dat ze bestaan. Het is zeer ontoegankelijk gebied. Daarbij is het een van 's werelds best bewaarde regenwouden van die omvang, met een enorme biodiversiteit. Die gegevens en de hoge prijzen maken het op een of andere manier exclusief voor mensen. De tours erheen zijn uiteindelijke behoorlijk excursie-achtig en afgestemd op de gemakbehoevende toerist, en niet heel spannend en avontuurlijk. Puur gekeken naar wat je tijdens je trip te zien krijgt, is Manu heel goed vergelijkbaar met Madidi bij Rurrenabaque. In Madidi had ik nog meer het idee midden in het regenwoud te zitten, en ik had daar een erg goede gids, die overigens amper Engels sprak.
Een goede gids is wel een aandachtspunt, je kunt ter plekke andere reizigers vragen naar ervaringen met gidsen. Als je geen Spaans spreekt: het Engels van mister guide is doorgaans nogal belabberd, ook al wordt anders beloofd. Het regenwoud is heel interessant, als je iemand hebt die er boeiend over kan vertellen. Qua wildlifde is het niet zo spectaculair als wetlands.
Overigens kun je dus ook naar Tambopata, bij Puerto Maldonado. Hier ben ik niet geweest, tours zullen vergelijkbaar zijn met Manu. Ik heb wel mensen gesproken die hier een alternatieve (lees: primitieve) jungletour hebben gedaan, waar ze erg over te spreken waren (ondanks de ontberingen, zoals buiten slapen onder een stuk plastic). Je moet er van houden!
Enfin, kort samengevat raad ik Bolivia aan boven Peru. Succes!