Hoi Jasper, tof plan! En goed dat je alvast begint rond te vragen, je hebt nu nog ruim de tijd om dingen te regelen.
Wat ik je aanraad is om eens naar een van de JoHo winkels te gaan. Laat je niet meteen een reis en allerlei verzekeringen aansmeren, maar vraag daar eens wat hulp bij hoe je begint met voorbereiden. Zij (en andere winkels) verkopen ook speciale boekjes, ik weet even geen titels maar er zijn speciale boeken gericht op: hoe bereid ik een lange reis voor? Wat moet je allemaal regelen? Er staan ook veel dingen in voor mensen die een huis en baan achterlaten, daar heb jij gelukkig geen last van neem ik aan. 
Je vindt ook al een hoop voorbereidingstips in mijn gratis lijst met reistips, zie de tweede link in mijn handtekening.
Bij die JoHo winkels werken over het algemeen ook allemaal reisgekken, dus die kunnen je ook uit eigen ervaring vertellen hoe zij het hebben aangepakt. En misschien organiseren ze wel speciale workshops / infobijeenkomsten.
Ik denk dat jouw landenkeuze een goeie is als je jungle en Inca-cultuur wilt zien. Je zou Bolivia nog kunnen toevoegen, dat heeft een prachtig gebied genaamd de Salar de Uyuni, met gekleurde meren en bergen, een enorme zoutvlakte, een raar eiland met 5 meter hoge cactussen, bizar gevormde rotsen door erosie, etc.
Peru en Bolivia hebben ook gewoon een heel groot stuk van het Amazonewoud in zich liggen, en zijn ongeveer de helft goedkoper dan Brazilië (ook de jungle trips).
Trouwens, vorig jaar was op tv de documentaireserie “Amazon” met Bruce Parry, echt superinteressant. Hij reisde van de bron van de Amazonerievier in Peru helemaal naar de monding. Het ging vooral over de mensen die langs de rivier wonen, en daar zat nogal wat gajes bij… cocaïneproducenten, illegale houtkappers, illegale goudmijnwerkers etc. Misschien kun je die op dvd bestellen ergens (of downloaden…).
Bolivia is ook nog net iets minder ontwikkeld dan Peru, mensen leven er erg traditioneel, en er komen minder toeristen dan in zuid-Peru.
Noord-Peru is ook veel minder bezocht maar ook daar heb je mooie ruïnes schijnt het. Oh ja, en ik ben niet een onwijze fan van ruïnes, maar ik vond ruïnes in Chavin de Huantar in noordelijk Peru wel echt fascinerend, die waren nog van ver voor de Inca’s van een volk dat ogenschijnlijk wel langer dan 2 meter was gezien hun hoge traptreden, hoge kamers, lange graven enzo. Ook is het onbegrijpelijk hoe zij nog voor Christus die gigantische rotsblokken op die plek hebben gekregen want die steensoort komt alleen tig kilometer verderop voor. Ook hadden ze al riolering uitgevonden onafhankelijk van de romeinen.
Om naar de Galapagos te gaan is wel erg duur!
Qua budget: in de Lonely Planet staan altijd diverse budgetten, voor verschillende stijlen van reizen. Er even vanuit gaande dat je zo goedkoop mogelijk probeert te reizen… ongeveer 3 lange busritten per week gemiddeld, goedkope hotelletjes of hostels, 2x per dag uit eten en verder wat van de markt eten… af en toe een georganiseerd toertje…
- In Peru kun je wel rondkomen voor ongeveer EUR 15-25 per persoon per dag.
- In Bolivia voor ongeveer EUR 15-20.
- In Brazilië voor ongeveer EUR 30-60! Veel duurdere bussen en accommodatie en toertjes. Eten is wel goedkoop. Ik denk dat je er goed aan doet om je te richten op Spaanstalige landen, dat is al moeilijk genoeg. Je kunt altijd later nog een keer terug gaan naar Brazilië, dat is qua cultuur ook heel anders.
Als je veel toertjes boekt en bv. de Inca Trail gaat lopen, wordt het wel duurder.
Van andere landen weet ik het even niet, Chili is erg van prijs veranderd sinds ik er 13 jaar geleden was.
In Bolivia en Peru (en ik denk ook Ecuador) stikt het van de lokale tour operators en het is supermakkelijk om te plaatse allerlei tripjes te boeken. Bijvoorbeeld twee dagen naar de Colca Canyon (condors), vier dagen naar de Salar de Uyuni, twee dagen naar de eilanden in het Titicaca-meer (o.a. drijvende rieten eilanden in de Peruaanse helft!), een middagje naar de Ballestas eilanden om zeeleeuwen te kijken, etc etc.
Ook jungle tours zijn er in alle soorten en maten. Een vuistregel die eigenlijk wel opgaat is dan: hoe duurder (binnen hetzelfde land), hoe meer je ervoor krijgt, in de zin van afgelegen onaangetast regenwoud, en hoeveelheid dieren. Manu in Peru schijnt een erg mooi junglegebied te zijn waar nog niet zoveel jagers en toeristen komen, maar is wel moeilijker te bereiken en duurder. Je kunt dat van tevoren natuurlijk uitzoeken zodat je ervoor kunt sparen. Zelf ben ik naar het Tambopata reserve geweest bij Puerto Maldonado in de buurt en dat vond ik al heel tof, maar als je echt een jungle freak bent valt het je misschien tegen.
Ik raad je aan om een open jaw vliegticket te kopen en verder zo min mogelijk van tevoren te boeken. Vlieg bijvoorbeeld heen op La Paz of Lima en terug uit Quito; dan hoef je niet over land weer helemaal dezelfde weg terug. Vaak is zo’n open jaw niet eens (veel) duurder dan een retourtje naar 1 stad.
Alleen als je de Inca Trail naar Machu Picchu wilt lopen, moet je die maanden van tevoren boeken. Ik heb die zelf niet gedaan want ik ben niet zo’n hiker, maar als jij dat wel bent moet je ook weten dat er schijnbaar veel mooiere trails zijn in andere gebieden van Peru (bv. Cordillera Blanca), en ook alternatieve routes naar Machu Picchu waarvoor je niet zo ver van tevoren hoeft te boeken. Ook in Bolivia kun je mooi hiken, bv. vanaf het dorpje Sorata.
Verder kun je alles ter plaatse regelen en go with the flow… je komt veel andere reizigers tegen, dus soms haak je dan tijdelijk aan bij een of meer anderen, en later ga je weer je eigen weg. (Het is dus ook niet echt nodig van tevoren al een reisgenoot te hebben die je nog niet kent… Straks klikt het helemaal niet!)
Qua veiligheid: bedenk dat je altijd en overal opvalt als buitenlander, en dat mensen dus weten dat je relatief veel geld hebt. (Je hebt al een vliegticket kunnen betalen, wat jou extreem rijk maakt ten opzichte van de meeste mensen daar!) Dus je moet wel opletten en geen gekke dingen doen. Je vindt veiligheidstips in mijn reistips. Maar laat het je niet weerhouden, ik heb er als vrouw alleen ook rondgereisd zonder dat er wat naars is gebeurd, en vele miljoenen anderen reizen er gewoon zelfstandig rond.
Nou ik denk dat je voorlopig alweer voldoende uit te zoeken en te lezen hebt.
En wat betreft Spaans: ik denk dat het in jouw geval het handigst is om op zoek te gaan naar een cursus Latijns Amerikaans Spaans, maar ook met het Spaans van Spanje kun je je natuurlijk gewoon prima redden. (Groot verschil is dat ze daar de vormen van ‘vosotros’ nooit gebruiken, ze zeggen dan altijd ‘ustedes’. In enkelvoud gebruiken ze wel ‘tu’ en bijbehorende werkwoordvormen.)
Verder veel Spaanse films kijken en goed luisteren, misschien mensen opzoeken in Nederland om mee te oefenen, en eventueel in Zuid-Amerika nog een paar weekjes privéles of gevorderdencursus nemen.
Probeer van die Lilliput-woordenboekjes te vinden, de winkels “Pied a Terre” (Overtoom) en “A la Carte” (Utrechtsestraat) in Amsterdam verkopen ze in ieder geval. Veel woorden staan er natuurlijk niet in maar een heleboel ook wel en ze zijn lekker klein. Ik had/heb ook veel aan een klein handzaam grammaticaboekje met alle onregelmatige werkwoorden er in.
Oh ja nog een laatste gevaar… wees erop voorbereid dat je geïnfecteerd zult raken door het reisvirus (de travel bug)! Voor veel mensen is dit ongeneeslijk! 
Veel plezier met de voorbereidingen, het sparen en het Spaans leren.
Cécile