Van Baht naar Kip.

Laos
mei 2013
van Baht naar Kip

In Luang Prabang aangekomen. Een oude koningsstad in Laos. Het Boeddhistische nieuwe jaar wordt nu met meer geestelijke toewijding gevierd. Niet langer gooien met emmers water, maar bloemenwater naar de tempel brengen. Daar horen ook kaarsen en bloemstukjes bij. In de tempel verdringen de gelovigen zich op de trap naar boven. Daar wordt het bloemenwater in een geul richting Boeddha gegoten welke centraal in een glazen koepel staat. Boeddha staat onder een welriekende douche en blijft onbewogen. Het verhaal gaat dat hij voor een zeer heftige stortbui door een zevenkoppige draak werd beschermd. Dit kan hij dus wel hebben. Ook bij de afvoerpijp is het dringen geblazen: het nu geheiligde bloemenwater wordt opgevangen en gaat weer de trap op voor een nieuwe ronde.

Er lijkt zich een wedstrijd tussen gelovigen en tempeldienaren te ontwikkelen. Boeddha moet hoognodig naar het koninklijk paleis voor een verblijf van drie dagen/twee nachten. Door de gelovigen worden nog snel kaarsen aangestoken en bloemstukken gezet om even later door de tempeldienaren op een grote hoop te worden gegooid. Het gaat immers over het gebaar, dat is de verdienste. En dat komt weer het eigen karma ten goede. Uiteindelijk winnen de tempeldienaren. Boeddha kan vertrekken.

Laos is nog een communistisch land. Een van de laatste. Gestaalde leiders op het bankbiljet en de hamer en sikkel op een rode vlag bij overheidsgebouwen. Ondanks de ideologische druk is het boeddhisme levend gebleven. De processie naar het paleis is spectaculair. Op een gouden drakenkar, voorafgegaan door monniken, muziek en aangeblazen schelpen, gaat het richting paleis. Dat de koning door de Pathet Lao, de communisten is omgebracht is pijnlijk, maar geen belemmering. De aanwezige politie heeft nu de taak om toeristen op een afstand te houden. Zo beschermt uiteindelijk de overheid wat zij verfoeide. Zo vergaat het dictaturen die misschien wel de maag, maar niet het hart wisten te veroveren.

Het Boeddhistisch Nieuwjaar leidt tot veel drukte en hoogtijdagen voor guesthouse en reisbureau. Dat leidt tot spanning en missers in de organisatie. Dubbelgeboekte kamers en misverstanden over de betaling van de lunch. Ook de runner van het guesthouse stond ons niet op de kade, na aankomst van de boot, op te wachten. In de avondhitte wordt het lastig zoeken. Dat komt de innerlijke rust niet ten goede. Hier wordt men geacht met zichzelf in het reine te komen. Politie is schaars aanwezig. Alles wordt echter goedgemaakt door heerlijk koel vruchtensap. En natuurlijk vind je onderdak en een bed.

De in Thailand aanbevolen kussens voor op de boot naar Laos bleken overbodig/achterhaald. De harde banken op de boten zijn voor het grootste deel vervangen door banken met kussens. Ook het pluspakket voor deze reis van Chiang Mai naar Luang Prabang waarbij je een extra overnachting en een extra lunch boekt, blijkt een miskoop. De lunch hebben wij niet gezien en het hotel voor de extra overnachting bleef onbekend. De overnachting in Phasit questhouse in de grensplaats, onderdeel van de tour, bleek ronduit smerig. Veel medereizigers vertrokken naar het centrum van het stadje voor een betere plek. Wij reizen veel, maar dit sloeg alles qua wanverhouding tussen prijs en kwaliteit. Ook de begeleiding op de bus was onder de maat. Het contactnummer met de reisorganisatie leverde niets op. Mogelijk kwam eea door de drukte en de wens om bij de eigen familie het Boeddhistisch Nieuwjaar door te brengen.

Je kan hier voor een heel korte tijd monnik worden. Drie dagen, een week, zo gewenst langer. Eigenlijk staan alleen de verplichtingen van een huwelijk het monnikschap in de weg. Je kan tenslotte, wanneer je niets bezit, je vrouw en kinderen niet onderhouden. Bovendien raken monniken geen vrouwen aan en is praten met vrouwen al helemaal niet gewenst. De verboden sigaret mag dan door de vingers worden gezien, de lege bierflessen op het tempelterrein getuigen niet van een geheel nuchtere benadering van het hogere. In menig tempel staan overigens de straffen op menselijke zwakheden overduidelijk afgebeeld: de leugenaar krijgt een haak door de tong, de dronkaard gesmolten lood in de keel gegoten en voor de restcategorie zondaars is daar nog altijd de grote, gloeiend hete stoofketel. Ook het bordeel blijkt niet in de schilderingen te ontbreken. Boeddha, juist dicht bij deze zaken afgebeeld, beschouwt dat alles met mededogen en begrip.
Het monnikschap kan een mooie vorm van time-out of zo je wilt een sabbatical betekenen. Geen gaten meer in het curriculum, nee: een periode van streven naar het hogere en persoonlijke verlichting.

Vandaag zijn wij, van de stilte van de oevers van een stuwmeer, in de hoofdstad van Laos,Vientiane aangekomen.
Het is hier een beetje Frans/internationaal. Warm stokbrood bij het ontbijt, straatnamen in het Frans.
Daarnaast kan je Koreaans barbecueën, een broodje kebab halen en ook zuurkool behoort tot de mogelijkheden.
Thailand ligt hier, zichtbaar, aan de overkant van de Mekong.

Monniken gaan hier in het oranje. Dat gaf met de troonswisseling in Nederland een bijzonder thuisgevoel. Veel mensen dragen hier mondkapjes. Aanvankelijk denk je aan luchtvervuiling. Zo hangt er in Luang Prabang, Laos inderdaad een mist welke veel van smog wegheeft. Bij doorvragen blijkt het mondkapje voor een deel van de gebruikers met het Boeddhisme samen te hangen. Je kan, na overlijden, als van alles terugkeren. Ook als vlieg of kever. Om het even wat. Het staat niet in relatie tot de eigen levenswandel zoals in India. De geest leeft voort. Daar gaat het om. De vorm doet er niet zo veel toe. Daarmee bestaat het risico dat je je overleden broer of iemand anders per ongeluk inademt. Heel ongewenst. Als boeddhist mag immers geen leven nemen. Ook niet van familieleden.

Op de Vlakte der Kruiken zijn we geconfronteerd met een stukje geschiedenis, welke ook deel uit maakt van de onze: de Vietnam oorlog. Het verzamelen van de troepen van Pathet Lao en de Vietmin op deze vlakte ging niet aan het Amerikaanse oog voorbij. Het gevolg was hevige bombardementen met clusterbommen. In een documentaire zagen we president Johnson verkondigen, dat de bombardementen op Noord Vietnam gestaakt zouden worden. Wat hij niet vertelde, was dat ze nog heviger op deze Vlakte der Kruiken uitgevoerd zouden worden. Op Laos zijn meer explosieven afgeworpen dan op Duitsland in de Tweede Wereldoorlog. Er liggen nog steeds heel erg veel restanten van die clusterbommen met alle leed van dien.

In Laos, Phon Sa Van, vlakte der kruiken, is door de Verenigde Staten heftig gebombardeerd. Idee was de aanvoerroute van de Vietmin naar het zuiden van Vietnam te blokkeren(1970-75). Napalm, clusterbommen, de hele zooi kwam daar naar beneden. Vooral die clusterbommen geven nog veel ellende. Uit een bom kwamen zo’n driehonderd kleine te voorschijn. Vele ontploften niet. Ze worden nog overal gevonden. Tot tienduizend per jaar worden ze geruimd. Tot hoog in de bamboe zitten ze; meegegroeid met de jonge bamboe van tijdens het bombardement. Je wordt geacht binnen de gemarkeerde paden te blijven. In een documentaire vertelt een boer, brodeloos geworden vanwege verwond en gesneuveld vee, dat hij van de nood een deugd heeft gemaakt. Hij is smid geworden. Hij is heel ingenomen met de kwaliteit van alle schroot dat uit de hemel kwam vallen: dat breekt niet zomaar. Daar kan je goede kapmessen of ploegen van maken.

Die kwaliteit van de Amerikaanse bommen was de Vietnamezen ook opgevallen. Die kopen dat nu in het groot op. In Laos bouwden veel boeren hun huizen op de hulzen van clusterbommen, of maakten er mooie afrasteringen van. Dat rot niet, en roest heeft er weinig vat op. Ze kunnen er, de prijzen lopen op, steeds meer geld voor krijgen. De Laotiaanse regering is op haar beurt op zoek naar dorpen waar veel van dat spul nog aanwezig is. Daar kan dan een mooi openluchtmuseum van gemaakt worden. Goed voor het toerisme of het thematisch onderwijs. Dat vinden de boeren weer niets. Die vangen liever het geld van de Vietnamese schroothandelaren.

Op YouTube zijn filmfragmenten van The Ravens te zien. Amerikanen, officieel niet in dienst van het Amerikaanse leger, welke de gevaarlijke en smerige missies tijdens de Vietnamoorlog boven Laos uitvoerden. Een mooi en schokkend inkijkje in geheime operaties. Nog steeds jongens onder elkaar. Nog steeds overtuigd van het eigen gelijk. Nog steeds levend in de jaren van de geheime opdrachten en het grote gevaar. Nog steeds voor god en vaderland.

In Laos staan op de markt kraampjes met leerboeken. Tweetalig: Engels en Laotiaans. Het idee is dat je een leerboek koopt. Aan jou is de keus om dit zelf of via de organisatie aan een school te geven. [FONT=Arial]Beter dan pennen of snoep aan de vragende kinderogen of bedelende kinderhanden. De keus valt op een boek over planeten en sterren. Ook het dagboek van Anne Frank staat in het stalletje.
In Vang Vieng, Laos naar de regionale onderwijsdirectie geweest. Een vakafwijking zogezegd. Tegenover ons hostel staat bij de poort van een schoolterrein de aanduiding “Teachers Training Centre”. Dat prikkelt. Het bleek echter een technische school te zijn. Daar naar de lerarenopleiding verwezen. Daar spraken ze geen Engels. Deze stuurden door naar het administratief centrum van het onderwijs. Daar wisten ze niet zo goed raad met ons. Terug naar de stad naar een reisbureau gestuurd, waar Engels werd gesproken. Uiteindelijk bij de regiodirecteur, “the big boss” zoals hij bevreesd en met respect werd omschreven, aangekomen. Een hartelijk, vaktechnisch gesprek gehad.

Aan het Nam Ngum stuwmeer in Laos staat een wit gebouw. Het blijkt, uitgenodigd bij een familie om garnalen met bier te combineren, een ontwikkelingsproject te zijn. De SNV met een plaatselijke partner. Onze gastheer was als vertaler hierbij betrokken. Het was een poging om de vissers te verenigen en een betere toekomst mogelijk te maken. Dat is het niet geworden. Nadat een aantal vissers met een kleinere maasbreedte ging vissen verdween alle vis en trokken de vissers weg. Het witte gebouw is in verval geraakt. De pier blijkt echter wel een mooi houvast voor een viertal houten steigers naar drijvende restaurants. Ieder heeft zijn eigen steiger. Samenwerking bleef concurrentie. Het uitzicht is mooi en het bier heerlijk koel en lekker groot.[/FONT]