Twee dagen uit de reis naar Syrie en Jordanie

Dinsdag 20 Maart

Vandaag om 6.30 uur opgestaan, ontbeten en de koffers weer ingepakt. Vervolgens zijn we om 7.30 Uur naar Palmyra vertrokken, de stad van de palmen, een oase midden in de Syrische woestijn. Onze Syrische gids, Hussein, heeft ons meteen aan het werk gezet. We kregen allen een A4-tje met daarop ‘Arabisch voor beginners door Hussein’. Hierop stonden uitdrukkingen als “goedenmiddag” en “nee, dank je”[veel gebruikt] vertaald naar het Arabisch, hard aan de studie dus.

De busreis naar Palmyra ging over een afstand van 240 km en duurde ongeveer 3 uur. We zagen veel woestijn, een paar Bedoeien tenten en nog meer woestijn. Onderweg zijn we gestopt bij cafe-Bagdad voor een kopje koffie. Toch apart, zo’n cafe eenzaam midden in de woestijn.

In Palmyra aangekomen hebben we een graftoren en een graftombe bezocht. Hier lagen de overledenen van Palmyra. Wanneer men niet genoeg geld had voor een eigen plek, kon je ook een plek huren. Hierna hebben we de tempel van Bel bezocht, Bel was de Babylonische uitspraak van Baal , watopperste meester betekent. Dit was dus de oppergod, zoals Zeus voor de grieken en Jupiter voor de Romeinen.

's-Middags konden we zelf onze tijd indelen. Om 5 uur hebben we ons in het hotel verzameld en zijn we met een lokale bus naar een oud Arabisch kasteel op een berg gereden, alwaar we de zonsondergang hebben aanschouwd.

's-Avonds hebben we weer onze eigen tijd ingedeeld. Morgen om 7 uur worden we weer gewekt en om 8 uur rijden we naar Aleppo, een reis van 5 uur!

Zondag 25 maart

Het was weer vroeg opstaan en Olaf heeft gelijk; om 8 uur in de bus is om 8 uur in de bus en niet zoals bij ons het brabants kwartiertje. We gaan nu van Hama naar Damascus waar we 2 nachten zullen blijven. Het landschap is weer geweldig en de zon schijnt. We bezoeken vandaag Krak des Chevaliers. De koerden hebben hier eerst een kasteel gebouwd, maar toen de kruisvaarders kwamen en de burcht innamen bouwden ze zelf een kasteel. Het krak werd bewoond door 4000 soldaten en veel paarden. Niet dat ik ze zelf heb geteld maar dit stond in het boek van Jeroen. Wat ik wel met eigen ogen heb gezien was, dat het een prachtig en groot kasteel is met een mooi uitzicht over de vallei van Homs. Na dit bezoek weer terug in de bus. We zagen onderweg tot onze verbazing sneeuw op de bergen van Libanon liggen.

Hierna hebben we Ma’aloula bezocht. Een dorpje hoog tegen de rotsen geplakt lijkt wel. Dit is heel bijzonder om te zien. Ma’loula betekent “ingang” en ligt in een rotsachtige kloof op 1500 meter hoogte en circa 54 km. Van Damascus. Hier spreekt men nog aramees,de taal van Christus. De meeste inwoners zijn hier christelijk [grieks orhodox en grieks katholiek]. Maar eerst hebben we heerlijk geluncht en de toiletten bezocht. Ik zat bijna bij Pieter op schoot, want de toiletten gaan daar nl. niet op slot. Met de bus zijn we naar boven gegaan en hebben daar een kerkje bezocht. Hier werd in het Aramees gebeden.Een prachtig kerkje met mooie iconen. Daarna door een kloof gelopen die ontstaan is naar men zegt door de h. Thekla die god aanbad om door de rots te mogen gaan . En ja hoor de rots splitste zich in tweeën. We hebben hier dus ook maar gebruik van gemaakt en uit dank hebben wij haar graf bezocht en wat foto’s gemaakt. Daarna zijn we door een mooi woestijn landschap naar Damacus gereden en weer van ons vertrouwde hotel gebruik gemaakt.