Tris Special Reis
Heenreis: dinsdag 15 november 2005
Vluchtnummer: KL713, met de “City of Atlanta”
Terugreis: donderdag/vrijdag 01/02 december 2005
Vluchtnummer KL714, met de “Lima”
Deelnemers:
Ben Boogmans, John Bravenboer, Jan en Bertien van Breenen, Huib en Helen Derissen,
Geert en Doetie Dijkstra, Ton en Els van Gent, Atze en Elly Glas, Lei en Annemie Janssen, Huib Jeurninck, Harm Kamstra, Ton en Josephien Mooij, Ruud en Wilma Nachtegaal,
Hans Ozinga, Kees en Annet van Praat, Aad en Merion Roelevelt, Henk van der Scheer,
Hans en Karin Schoemaker, Peter Schreijer, Cees en Ton Somer, Herman en Tineke Tieltjes, Rob Vennik, Gerard Wessels.
Coördinator voor- en na-traject en deelnemer: Pieter Nijdam.
Een gezelschap van 36 personen, waarvan 23 ex-Trissers en 13 partners.
15 november 2005
Eindelijk was het zover. Voor de meeste ex-Trissers was het een eerste bezoek na de diensttijd in Suriname.
Pieter Nijdam verwachtte ons om 09.45 uur bij de TUI-balie in hal 2 op Schiphol om de
e-tickets in ontvangst te nemen. Ondanks de vele files tijdens de ochtendspits was bijna iedereen op tijd aanwezig en kon het inchecken vlot worden afgewerkt.
Met enige vertraging werd de start om 13.00 uur gemaakt. De vertraging werd echter als gevolg van wind-mee ingelopen, waarna omstreeks 18.00 uur de landing plaats vond op
J.A. Pengel International. We werden ontvangen door een regenbuitje en een hoge temperatuur.
De immigratieformaliteiten werden vlot afgehandeld (N.B. 60 plussers hebben voorrang bij een afzonderlijke balie) evenals het in ontvangst nemen van de bagage. Vervolgens werden om 20.30 uur de kamers betrokken bij het Eco Resort en werd om 21.00 uur de dag bij ’t Vat afgesloten.
16 november 2005
Na het ontbijt begon de dag om 08.30 uur met een informatiebijeenkomst van Sun & Forest door Nesta, Peter en Lionel.
Na de bijeenkomst werd afgereisd naar de Memre Boekoe kazerne (het voormalige Prins Bernhard kampement) aan de Verlengde Gemenelandsweg.
Bij aankomst was men nog niet gereed om ons te ontvangen, waardoor er tijd beschikbaar was om op de begraafplaats Rusthof aan de Coppenamestraat het monument te bezoeken ter nagedachtenis aan de vliegramp met de Anthony Nesty, het SLM-toestel, dat op 17 juni 1989 verongelukte. Bij deze ramp verloren ruim 180 inzittenden het leven. Het monument bestaat uit vier maal twee zuilen, waarop 4 kapotte straalmotoren zijn aangebracht, die het neergestorte vliegtuig symboliseren.
Nadien waren we welkom op de Memre Boekoe kazerne, waar we koel, doch correct werden ontvangen. Fotograveren was in beperkte mate mogelijk, echter voor ieder te fotograveren object moest afzonderlijk toestemming worden gevraagd. Veel werd herkend en zelfs de kapper zat nog op z’n oude stek. Het kapelletje was echter verdwenen, doch volgens onze begeleider zou het weer opgebouwd worden. Opvallend was dat er veel achterstallig onderhoud was. Nadat we er ruim een uur hadden doorgebracht in een vriendelijke en ontspannen sfeer was het tijd om afscheid te nemen.
Op de terugweg werd nog een kort bezoek gebracht aan de Markt Zuid, beter bekend als de Noodmarkt, waar wij, Europeanen, zich konden vergapen aan het heerlijke, verse, tropische fruit, waar Suriname toch wel zeer rijk mee is.
Tenslotte werd het ochtendprogramma afgesloten met een bezoek rond Fort Zeelandia. Dit voormalige Nederlandse fort is ontstaan aan het begin van de 17e eeuw aan de linkeroever van de Surinamerivier. Het lag destijds bij het Indianendorp Parmirbo, waar Paramaribo uit is ontstaan. Fort Zeelandia was achtereenvolgend kazerne, gevangenis, museum, hoofdkwartier van de militairen rond Desi Bouterse en thans weer museum. Op 08 december 1982 werden 15 vooraanstaanden en tegenstanders van het regime-Bouterse op de binnenplaats om het leven gebracht.
Naast het museum staat het standbeeld van Wilhelmina. Voorheen stond dit standbeeld op het plein voor het paleis van de gouverneur, het paleis dat thans het presidentieel paleis is.
Na het ochtendprogramma waren de middag en avond vrij te besteden. Hiervan werd gebruik gemaakt om de stad te bezoeken en/of in het zwembad van Torarica wat verkoeling te zoeken.
17 november 2005
Om 09.00 uur vertrokken we bij ’t Vat voor een plantagetoer.
Bij Leonsberg werd per korjaal over de Surinamerivier naar Fort Nieuw Amsterdam in het district Commewijne vertrokken. Fort Nieuw Amsterdam ligt op de plaats waar de Surinamerivier en de Commewijnerivier samenvloeien. In het begin van de 17e eeuw werden in deze omgeving de eerste plantages gevestigd. Aan het einde van de jaren zestig werd het fort als museum ingericht.
Er was nog een wagen aanwezig die wij vanuit onze Tris-tijd kenden. Er waren er destijds twee die gebruikt werden bij het oefenen van “Beteugelen van woelingen”.
Hier liet Lionel ons kennis maken met de meest verschikkelijke mishandelingen, die de plantagebezitters de slaven aandeden. Een goede indruk over deze mishandelingen kan je opdoen als je de boeken leest van Cynthia Mc Leod. Haar eerste historische roman “Hoe duur was de suiker?” is een bestseller.
Na Fort Nieuw Amsterdam werd een bezoek gebracht aan de plantage “Rust en Werk” op de rechteroever van de Beneden-Commewijnerivier.
In deze omgeving tref je veeteelt aan en zijn viskweekvijvers aangelegd door de familie
Van Alen. De plantage wordt uitsluitend door Javanen bewoond, die vooral van de visvangst leven. We waren dan ook getuige van het pellen en drogen van garnalen.
Na deze plantage vertrokken we naar de plantage “Frederiksdorp” aan de rechteroever van de Commewijnerivier. Deze plantage herbergt prachtige historische huizen uit de tweede helft van de 18e eeuw. De plantage is opgeknapt en in eigendom van de heer Hagemeijer, een ex-Trisser. Op plantage Frederiksdorp werd oorspronkelijk koffie en cacao verbouwd. De droogvloer is in z’n geheel intact. Hier genoten we van een heerlijke lunch die door mevr. Hagemeijer en haar medewerkster was bereid. Op de plantage kan men tevens in een klein, exclusief hotel overnachten.
Opvallend veel sluisjes, naar Nederlands model, zagen we aan de oever van de rivier om het water richting de plantages door te laten en vast te houden.
Na weer een stukje varen zochten we de busjes op en reisden we af naar plantage “Mariënburg” om daar de voormalige suikerfabriek te bezoeken. Deze suikerfabriek in 1882 geopend, was één der modernste ter wereld. Nadien werd omstreeks 1974 de fabriek voor een symbolisch bedrag overgedaan aan de Surinaamse regering.
Helaas moest de fabriek omstreeks 1985 haar poorten sluiten. Wie de fabriek operationeel heeft gezien kan tranen in z’n ogen krijgen van het beeld dat je er nu ziet.
Verdere info over Mariënburg, zie o.a. de website van de “Stichting Vrienden van Mariënburg.Ook het boek ”Tweemaal Mariënburg” van Cynthia Mc Leod geeft een goed beeld van het leven op en om de fabriek.
Omstreeks 17.30 uur waren we weer terug in het Eco Resort.