Ruan Hauchecorne stelt hulpproject voor
PUURS - Ruan Hauchecorne uit Cambodja kon op zijn twaalfde ontsnappen uit een werkkamp van de Rode Khmer. Een familie uit Ruisbroek adopteerde hem. Vorig weekend stelde Ruan zijn Cambodjaanse hulpproject voor op het wereldfestival in Puurs.
Een paar jaar geleden keerde Ruan Hauchecorne terug naar zijn vaderland in de hoop overlevende familieleden te vinden. ‘Sinds mijn adoptie in 1979 was alle contact met mijn bloedverwanten verbroken’, zegt Ruan. ‘Hoewel ik hier in België altijd heel gelukkig ben geweest met mijn pleeggezin, wilde ik dolgraag mijn echte familie eens terug zien. Mijn droom ging dan ook in vervulling toen ik mijn Cambodjaanse moeder, broers en zussen na al die jaren weer in de armen kon sluiten. Ik haalde meteen al mijn spaarcenten van de rekening om een huisje voor mijn moeder te bouwen. Het weerzien was een erg emotionele ervaring die ik nooit meer zal vergeten. We rakelden prachtige herinneringen op, maar ook de nare gebeurtenissen onder het communistische regime van Pol Pot kwamen terug naar boven.’
Toen de legertroepen van de Rode Khmer het dorp van Ruan binnenvielen, werd hij samen met de andere kinderen op een vrachtwagen geduwd. ‘We werden naar de andere kant van het land gevoerd, kregen een legeropleiding in het oerwoud of moesten op de rijstvelden werken’, zegt hij. ‘Na een tijdje mochten we niet meer naar huis terugkeren. Ik miste mijn ouders verschrikkelijk en vaak liep ik in het midden van de nacht terug naar mijn ouderlijke huis’, zegt Ruan. 'Toen de soldaten daar ‘s morgens achter kwamen, kreeg ik stokslagen. In het tentenkamp, waar ze ons leerden vechten, kregen we weinig tot niets te eten. Veel kinderen kampten met ziekten als malaria of een longontsteking. Samen met een aantal andere kinderen ben ik weggevlucht uit het kamp. Onderweg aten we alles wat bewoog en eetbaar was. De tocht was een echte nachtmerrie. Ik ben de enige die levend uit de jungle is geraakt. Toen ik de grens met Thailand bijna bereikt had, viel ik uitgeput op de grond. Ik was ondervoed en uitgedroogd. Een vriendelijke man heeft me opgeraapt en mij naar een kliniek in Bangkok gebracht. Toen ik hersteld was, werd ik samen met een tiental andere kinderen uit het hospitaal naar België gebracht. Ik werd net als de anderen in een pleeggezin geplaatst. Ik was erg bang toen mijn nieuwe vader mij kwam ophalen en mij op zijn schouders zette. Ik wist helemaal niet wat mij te wachten stond. Het eerste jaar stond ik doodsangsten uit wanneer er bezoekers over de vloer kwamen. Daarna begon ik me stilaan aan te passen. Mijn nieuwe broers en zussen hadden ongeveer dezelfde leeftijd als ik, dus dat werden na verloop van tijd leuke speelmaatjes.’
Na 25jaar begon het gemis van zijn echte familie stevig te knagen bij Ruan. Hij besloot terug te keren naar zijn geboorteland. Zijn moeder vond hij al snel terug. Zij woonde nog in precies hetzelfde hutje als vroeger.
Ruan besloot onmiddellijk om niet alleen zijn familie een handje toe te steken, maar om het hele dorp te helpen. Hij zette de vzw ‘Kinderen van Cambodja’ op poten. ‘De nood aan zuiver water is erg hoog’, zegt Ruan. ‘Mensen moesten van het besmet water uit poelen en meren drinken om hun dorst te lessen. Een van de belangrijkste projecten is dan ook het realiseren van waterputten. Intussen hebben we ons projectgebied al uitgebreid naar de volledige provincie Kampot. We bieden ook medische hulp, zamelen kleding en speelgoed in voor weeshuizen en bouwen wegen en bruggen om de bereikbaarheid te verbeteren. Ik hoop op die manier mijn steentje te kunnen bijdragen aan de gemeenschap’, besluit Ruan Hauchecorne.
Bron: nieuwsblad.be