(origineel bericht op be-more.nl)
Een klein stukje België in Uganda
We zijn met ons hele groepje inderdaad naar ‘den Belg’ geweest. Dit is een zeer sjiek hotel, gerund door een Belg, net naast de kampeer-site waar wij verbleven bij Lake Bunyoni. Het andere deel van onze groep had ons het restaurant daar warm aanbevolen en wij, snakkend naar een lekker Belgisch frietje en/of pintje, konden die tip natuurlijk niet naast ons laten liggen. Jammer genoeg was hij niet aanwezig. Eindelijk eens een normale wc, echte zetels met kussens om in het zonnetje te zitten, en een Nile (plaatselijk lekker bier, helaas geen Jupiler maar wel Heineken) te proeven. 's Avonds als voorgerecht een grote portie frieten met echte Belgische mayonnaise (stond dus wel degelijk bij de voorgerechten op de menukaart) en daarna hebben Marlies en ik beiden van een traditionele Belgische biefstuk-friet genoten met alle toeters en bellen, dit deed echt zo deugd! Gelukkig hebben ze daar toch een electrogeengroep want het was weer van dat natuurlijk: de elektriciteit viel uit.
Na ons eerste bezoek aan ‘den Belg’ in de namiddag (we wilden toch eerst eens de prijzen gaan checken vooraleer te beslissen daar te gaan eten 's avonds) zijn we in een zware regenbui terecht gekomen. Een regenvest is al gauw doornat, lopen tot bij een afdak is de enige oplossing. Dit is onvoorspelbaar kort en zeer hevig. Ook kwamen we een hele groep vrouwen tegen met hun (howeel kappers ?) op de schouder die terugkwamen van het werk op het veld! Het was bij het zien van ons groepje een gelach van jewelste bij die vrouwen en wat de aanleiding was weten we niet. Geen mannen te bekennen.
De mensen leven hier echt op straat. Als je de weg in de verte ziet zijn overal heel veel mensen aan het wandelen of ergens naartoe aan het gaan. En zeker de zondag is familiedag en kerkbezoek. Velen hebben dan hun dikke kerkboek bij waaruit ze teksten lezen in de kerk. Het eerste transportmiddel is hier te voet gaan, kleine kinderen achteraan op de rug in een doek. Ook andere kinderen van 10 jaar sjouwen die kleintjes mee, al was het een barbypop. Ze hurken neer en dat klein pagaddertje weet dat het dan op die rug van die andere kleine moet klimmen. Er wordt wel gewandeld ergens naartoe met alle tijd van de wereld, en niet snel gestapt zoals wij dat zouden doen. En alles wordt op het hoofd gedragen vb takken, jerrycans met water, potten en pannen en ongelofelijk maar altijd in evenwicht zonder gebruik van de handen. Volgend transport-middel, voor degene die het kunnen veroorloven, is de fiets. Aan iedere hoek van de straat zijn er fietsherstellers die alles open en bloot op de grond aan het herstellen zijn, op de stoep. De fietsen zijn wel heel sterk en van Chinese makelij. Ook achteraan op de fiets zie je veel personenvervoer en ook goederen groot en lang, als ze het er maar kunnen opbinden. Die fietsen worden heel veel gebruikt om van groene bananentrossen, rechtstreeks van de boom gekapt, te vervoeren. Geen lichten of bescherming van de wielen, toch wel een bel die meestal defect is en dan maar roepen. Als het gewicht te groot is, geen nood: dan is het afstappen en duwen. Soms wordt er met twee geduwd en echt vele km’s ver, het lichaam bijna horizontaal om toch maar vooruit te komen.
Dan volgt de bodaboda maar daar is al veel over verteld. Sommigen versieren hem wel mooi met ijzerwerk rond de koplampen. De auto zie je in de steden heel veel, maar toch zelden hier bij ons op het platteland. We hebben nog maar één verkeersopstopping gezien en dat was in de hoofstad Kampala. Dat was echt mooi om zien hoe ze erdoor wriemelen en toch geen blutsen maken. En niet te geloven, maar nog geen verkeersongevallen gezien. Wel overladen voertuigen gekanteld in de gracht. Op die overladen voertuigen zit het dan nog vol met mensen, hoe die er niet afwaaien is een raadsel. Ook een pick-up gezien met levende kippen achteraan, kop naar beneden en enkel vastgebonden aan de poten. Toch wel gruwelijk om zien. Maar ja, zo kan ik uren doorgaan met meer van die verhaaltjes. We hebben ook al een politiecontrole gehad, maar met 3000 schilling mochten we gewoon doorrijden. Niet betalen heeft als gevolg dat je voor uren aan de kant kan staan. Voor de mensen hier is dit veel geld, voor ons is dit ietsje minder dan één euro. Een euro is 3500 schilling.
In de buurt van Lake Bunyoni, waar er wat rotsen zijn, worden stenen naar beneden gebracht en gesorteerd op grootte om te dienen voor wegenwerken. Overal zie je aan de kant van de weg hoopjes liggen die dan opgehaald worden. Dan zie je mensen zitten tussen de rotsen, heel hoog en gevaarlijk. Op deze manier voorzien sommigen zich in hun levensonderhoud. De laatst meegestuurde foto was die van ons plaatselijk cafeetje, ik schat 3 x 3 m groot, een frigo en bankjes om te zitten. Toen we die avond op stap gingen, hadden we direct ‘meedrinkers’, ook de bazin van het café. Naast mij zat een student elektriciteit en we waren natuurlijk direct aan de praat maar het Engels is jammer genoeg zeer moeilijk te begrijpen. Hun betaalsysteem in het café berust op het sparen van de bierdekseltjes, ze worden dus bij elk rondje op de tafel opgespaard. Nadien telt men het aantal en soort en klaar is kees. Gelukkig was onze spaarpot nogal goed voorzien.
Vandaag hebben we onze eerste “jigger” gehad. Degene die prijs had, was Marlies. Dit is een klein beestje dat zich onder de huid nestelt (meestal in je voet of tussen je tenen) en zich dan een weg vreet in je vlees. In het begin is dit zeer klein en nauwelijks zichtbaar. De locals hier zijn specialist in het uitprikken (peuteren) van deze wormpjes uit je voeten en dat laat je dus ook best aan hen over als je er eentje ontdekt in je voet. Het is een klein kopje met wit aanhangsel. Indien die groter wordt, dienen ze met hun naald toch dieper te gaan wat dan wel niet zonder pijn gaat. Goed ontsmetten nadien is het enige wat dient te gebeuren. Er zijn al maanden geweest dat er meer dan 40 jiggers waren. Wellicht door het regenseizoen hebben wij meer geluk. En nog gelukkiger, zoveel regen hebben we toch ook niet gehad wel veel bewolking, maar als het mooi weer wordt brandt de zon echt op ons wit vel.
Dit lange bericht zal wel bijna een der laatsten zijn, want de tijd gaat hier razend snel en er is nog zoveel te doen. De elektriciteit in het schooltje schiet ondertussen aardig op. Met behulp van m’n 2 mannelijke mede-vrijwilligers gaat het goed vooruit. Alleen heb ik me wel al een beetje geërgerd aan het gebrek aan deftig materiaal hier. Je moet heel inventief zijn en meestal je gewoon zelf het nodige maken (zoals een ladder of een beitel bij een plaatselijke fietsenmaker). Ik kan er echt uren over vertellen, maar dat is voor bij terugkomst. Eerst van de nodige nachtrust genieten.
grtjes en tot straks misschien…
jos