Bloem's verhalen

aangezien ik niet gebanned wil worden van het forum voer ikzelf hier een kleine modbreack door.

Iedereen kan wel raden wat er gebeurd :wub:

voor diegene die willen weten hoe het verhaal verder loopt, stuur maar even een mailtje naar bloem29-forum@hotmail.com of in een pb met je mailadres, dan stuur ik je mijn versie van het verhaal wel door

De volgende morgen word ik wakker met twee stevige armen om me heen. Even vraag ik me versuft af waar ik ben of van wie die armen zijn, maar al snel dringt het tot me door dat ik hier samen met Bülent ben. Een glimlach verschijnt weer op mijn gezicht die meteen gekust wordt door Bülent. We liggen een beetje in elkaars armen wakker te worden. Hij vraagt of ik lekker geslapen heb en of hij gesnurkt heeft. Ik moet lachen en zeg dat hij niet gesnurkt heeft. Bülent mompelt: “ Jij anders wel!” en verbaasd kijk ik hem aan. Aan de glimlach op zijn gezicht kan ik zien dat hij een geintje maakt en ik geef hem een mep met mijn kussen. Bülent doet net alsof hij K.O. is geslagen en valt neer.

Even ben ik bang dat ik hem echt hard geraakt heb, dus buig ik me over hem heen om te zien of alles okey is. Bülent grijpt me bij mijn middel vast en begint me te kietelen. Ik gil het uit van het lachen en probeer hem van me af te werken, maar daarvoor is hij toch echt te sterk. We stoeien wat en de kussens vliegen in de rondte. Uiteindelijk vallen we hijgend tegen elkaar aan en beginnen weer te zoenen. Ik heb mijn tanden nog niet gepoetst, maar Bülent lijkt dit niet erg te vinden. We duiken weer onder het dekbed en verdwenen weer even in ons eigen kleine wereldje.

Als we laten die ochtend weer rustig tegen elkaar aan liggen op bed, vraag ik Bülent wat zijn plannen zijn voor de toekomst. Bülent heeft na zijn schooldiploma van alles en nog wat gedaan in Adana en omstreken. Hij heeft nooit echt lang een baan gehouden en nu denkt hij erover om met Ali mee te gaan naar Bodrum. Ik slik een keer als ik dit hoor. Dat was natuurlijk wel een beetje te verwachten, maar ik heb er toch behoorlijk gemengde gevoelens bij. Het betekent, dat als ik Bülent weer wil zien in de toekomst, ik Ali waarschijnlijk ook weer zie. Ik zucht een keer diep.

We worden opgeschrikt door een klop op de deur. In duik onder de dekens en Bülent gaat open doen. Hij praat even in het Turks met iemand op de gang en als hij weer de kamer inkomt, geeft hij aan dat we op moeten schieten. We moeten uitchecken. Verschrikt kijk ik op en vraag Bülent hoe laat het dan wel niet is. Grinnikend zegt Bülent dat het al half 12 is! Ik moet lachen! De man van de receptie was komen vragen of we de kamer nog een nacht wilden hebben, anders moesten we om 11 uitchecken. Giechelend graai ik mijn kleren van de grond en sluit me op in de badkamer. Ik fris me wat op en kleed me snel aan.

Als ik onze hotelkamer weer binnenkom, zit Bülent al op me te wachten op het bed. Samen lopen we hand in hand naar beneden en we checken uit. Wederom voel ik de blik van alle aanwezigen in de receptie op me gericht. Snel lopen we het hotel uit en stappen in onze huurauto. We besluiten Side achter ons te laten en langzaam terug te rijden naar Alanya. Onderweg kunnen we dan iets eten en de rest van de middag doorbrengen. Het is alweer aardig warm en met de zon aan onze zijde rijden we op de snelweg.

Onderweg zien we een rustig strandje, dicht bij een groot wit hotel. We besluiten de auto te parkeren onder een stel bomen en dalen af langs het stenen pad naar het strand. Er staan verschillende standtenten aan het strand en al gauw hebben we elk een broodje döner in de hand en een blikje sinaasappelsap. We ploffen neer in het zand en met smaak eten we ons broodje. Het is ook vandaag aardig warm en als ras echte zonaanbidder vind ik het heerlijk. Ik rol de pijpen van mijn spijkerbroek zo ver als ik kan omhoog en geniet van de warme zon op mijn gezicht.

We liggen zo wat voor ons uit te staren en kijken naar twee spelende kinderen iets verderop. Ze hebben de grootste lol met het bouwen van een groot zandkasteel. Ik vraag lachend aan Bülent of hij soms ook een zandkasteel wil bouwen. Hij schudt zijn hoofd en zegt dat hij me dat niet aan zal doen. Wel vraagt hij of ik meega een stukje wandelen en ik heb hier wel oren naar. Hand in hand lopen we door de branding. Ik heb mijn schoenen in de ene hand en Bülent in de andere en zo lopen we door de branding. Bülent kijkt langs me heen over zee en zucht een keer diep. Ik vraag hem wat er is, en dan zucht hij nog een keer.

Zie ik dat nou goed? Heeft hij nu echt tranen in zijn ogen? Ik voel me een beetje opgelaten en stop met lopen. Ik leg mijn hand op zijn arm en vraag hem wat er is. Bülent schudt zijn hoofd en kijkt me dan lang aan. Zijn stem bibbert een beetje als hij zegt: “ Ik besef net dat ik heel gelukkig ben en ik wou dat ik je aan mijn ouders kon voorstellen.” Hij snikt nu, “ maar dat gaat niet!” Tranen wellen wederom op in zijn ogen en ook ik voel ze prikken achter mijn ogen. Ik sla mijn armen om hem heen en wrijf over zijn rug. Ik weet even niet wat ik moet zeggen. Wat kun je zeggen? Ik fluister hem maar toe dat ik dat ook heel erg vind en ik voel Bülent knikken in mijn armen.

We staan zo een tijdje gearmd in de branding als Bülent me op een gegeven moment van zich weg duwt. Hij schudt nog een keer zijn hoofd, wrijft met beide handen over zijn gezicht en kijkt me dan aan. “ Zo!” zegt hij ferm, “ genoeg daarover.” Ik knik en als Bülent weer mijn hand vastpakt, laat ik me weer gewillig meevoeren langs het water.

We lopen nu zwijgend naast elkaar en ik zoek in mijn hoofd naar dingen die ik nu zou kunnen zeggen. Maar hoe langer de stilte duurt, hoe lastiger het wordt. Ik weet niets zinnigs te zeggen en om nu ineens plomp verloren op een ander onderwerp over te gaan lijkt ook zo bruut. De stilte wordt steeds langer en ik begin me een beetje ongemakkelijk te voelen. Ik baal ook een beetje dat de heerlijke verliefde stemming van de afgelopen nacht en deze ochtend is omgeslagen. Ik moet er eerlijk gezegd niet aan denken om nu zijn ouders te moeten ontmoeten. Ook al zou het kunnen! Wat zou ik tegen die mensen moeten zeggen?

Zou ik hem voorstellen aan mijn ouders als dat zou kunnen? Ik moet er eerlijk gezegd niet aan denken… De stilte duurt maar voort en voort en ik vraag me af of het nu gepast is om over iets anders te beginnen. Maar wat dan? De heerlijke onbezorgde stemming in mijn lijf is weg en ik loop te mijmeren hoe anders deze vakantie is van andere vakanties. Hoe zou het nu met Ahmed zijn en de jongens van de watersport? Elke keer als ik in Turkije ben, spreek ik wel een keer met ze af of kom ik ze tegen bij het uitgaan. Dat zit er nu uiteraard niet in, bedenk ik me.

Ik word opgeschrikt uit mijn overpeinzingen als Bülent vraagt of we om zullen keren en terug zullen lopen. We draaien om en ik tuur in de verte naar de plek waar we eerder die dag hebben gezeten. We hebben wel heel erg ver gelopen zeg. We moeten het hele eind nog teruglopen. De zon is schuilgegaan achter enkele wolken en er steekt een frisse wind op. Bülent slaat een arm om me heen en merkt op dat ik zo stil ben. Hij vraagt me waar ik met mijn gedachten zit en ik haal mijn schouders op. Ik vertel Bülent dat ik denk aan al mijn voorgaande vakanties in Turkije, in Bodrum of Gümbet waar ik dan ging stappen met vrienden.

Bülent kijkt me van opzij aan en vraagt: “ wat voor vrienden dan?” Ik haal wederom mijn schouders op. Gewoon, vrienden, vakantievrienden en vrienden van daar, leg ik uit. Ik vertel dat ik altijd ga stappen of uit eten of gewoon even langs ga bij kennissen. Bülent kijkt me lang van opzij aan. Hij heeft een verontrustende trek op zijn gezicht en ik vraag me af wat hij nu denkt. Bülent begint langzaam een vraag te formuleren: “ Dus… je wilt gaan, uhm, stappen, ofzo?” Hij fronst zijn wenkbrauwen en ik merk aan zijn manier van vragen dat hij dat hele idee helemaal niet ziet zitten. Ik haal wederom mijn schouders op. Dat was helemaal niet wat ik bedoelde. Ik zat gewoon te denken aan voorgaande vakanties waar ik dat wel deed.

Ik probeer het hem uit te leggen, maar blijkbaar begrijpt Bülent me niet. Nu denkt hij dat ik die andere vakanties in Gümbet leuker vond dan deze vakantie met hem in Alanya omdat ik daar wel ging stappen en hier niet. Ik rol met mijn ogen. “Nee, dat bedoel ik helemaal niet!” werp ik hem ferm voor de voeten, maar Bülent interpreteert mijn felle reactie weer als een aanwijzing dat het me aan het hart gaat. Gefrustreerd dat ik niet tot hem door kan dringen, draai ik mijn schouder en schud zo zijn arm van me af. Even kijkt Bülent me gepikeerd aan, maar komt dan gewoon weer naast me lopen alsof er niets aan de hand is.

Ik snap dit niet. Zojuist was er nog niets aan de hand. Ik dacht alleen maar aan mijn andere vakanties in Turkije en toen Bülent daarna vroeg, heb ik dat vertelt. Anders is niet beter of slechter. Het is gewoon anders. Ik wil helemaal niet gaan stappen, ik ben al lang blij om gewoon bij Bülent te zijn en tijd met hem door te brengen, maar Bülent lijkt dit niet te snappen. We lopen zwijgend verder.
We passeren een hotel en al snel zijn we weer bij de plek waar we de auto geparkeerd hebben. Bülent stelt voor om weer iets te drinken te kopen en we strijken neer in de rietenstoelen van een strandtent. Bülent gaat binnen wat te drinken halen en ik kijk uit over het strand en de zee. Wat heb ik nu in hemelsnaam verkeerd gedaan? Als Bülent terugkomt, zet hij een blikje cola voor mijn neus neer en opent zelf zijn blikje bier. Ik frons mijn wenkbrauwen. Ik wil hem vragen of ik dan vanmiddag terug moet rijden maar iets in de houding van Bülent verraad me, dat ik beter even niets kan zeggen.

In de strandtent draaien ze Turkse muziek en ik wip met mijn voet mee op de maat. Het is een lekker up tempo nummer en als er een stukje tekst is, dat ik vaag ken, neurie ik zachtjes mee. Bülent draait zich naar mij toe en kijkt me lang en peinzend aan. Dan zegt hij ineens vanuit het niets: “ Okey, we kunnen vanavond wel gaan dansen als je dat zo graag wilt. Je hebt je punt gemaakt hoor.” Verontwaardigd kijk ik hem aan. Nou ja! Ik heb helemaal geen punt, laat staan dat ik het hem duidelijk wil maken. Met een klap zet Bülent zijn blikje bier op de glazen tafel.

Ik begin nu echt geïrriteerd te raken, en ik wil iets tegen Bülent gaan zeggen, maar net op dat moment, komt er een Turkse man uit de strandtent naar ons toe en hij begint met Bülent te praten, Nu twee zinnen kijkt hij naar mij en wijst op de stoel, maar voordat ik iets kan zeggen, nodigt Bülent hem met een handgebaar al uit om te gaan zitten. Ik begrijp dan wel geen Turks, maar dit soort gebaren begrijp ik maar al te goed. Bülent en de man praten en praten maar in het Turks. Mij wordt niets gevraagd. Ik voel me genegeerd en loop me af te vragen wat ik toch verkeerd heb gedaan.

Ik zie bij een andere tafel een klein poesje liggen en ik sta op en loop erop af. Het katje blijft rustig liggen en als ik zie dat niemand mij mist, ga ik aan de andere tafel zitten en buig naar beneden om het katje te aaien. Het is verschrikkelijk klein en donzig. Bij mijn eerste aanraking duikt het beestje een klein beetje weg, maar als ik vervolgens heel voorzichtig nog een keer aai, blijft ze rustig liggen. Ze is lichtgrijs met een donkere streep over haar rug en terwijl ik haar lig te aaien, komt er voorzichtig nog een grijs katje aangelopen. Ze zijn echt zo klein en schattig. Het tweede katje is een stuk baldadiger en maait met zijn pootje elke keer naar mijn hand als ik het wil aaien. Ik mag het tweede poesje wel aaien, maar hij vind het leuker om naar mijn hand uit te halen.

Ik word opgeschrikt van mijn speelmaatjes door Bülent die ineens naast me staat. Hij vraagt wat ik aan het doen ben en met een glimlach wijs ik naar de katjes. “ Bah,” zegt Bülent minachtend, “ misschien hebben ze wel vlooien. Kom we gaan.” Ik trek mijn hand gauw weg, maar besluit de kleine beestjes nog een laatste aai te geven. Bülent is al van de strandtent weggelopen en ik sta ook maar op. Wat kan ik anders doen dan hem volgen?

Bülent is al bijna weer bij de stenen trap als ik eindelijk weer bij hem ben. “Bülent!!” roep ik. Ik probeer zijn hand te pakken, “wat is er nou?” Ik weet het echt niet. In mijn ogen heb ik niets verkeerd gedaan. Als ik niet eens kan vertellen waar ik op een bepaald moment aan zit te denken, dan moet hij het niet vragen. Ik snap werkelijk niets van zijn gedrag en ik raak behoorlijk geïrriteerd door de manier waarop Bülent me behandelt. Nu draait Bülent zich eindelijk naar me om en kijkt me in mijn ogen. Zijn ogen staan nog donkerder dan normaal en ik word er eerlijk gezegd een beetje bang van. Onwillekeurig deins in een klein beetje terug.

Dan lijkt het alsof er een schaduw over Bülent’s gezicht wegtrekt, hij zet een stap naar voren, pakt mijn handen vast, en er straalt een glimlach van Bülent’s gezicht. Hij trekt me naar zich toe en duwt zijn gezicht in mijn haren. Ik voel zijn kussen op mijn wang, op mijn oor en op mijn oogkas en voorhoofd. Ik ontspan een beetje en hoor Bülent in mijn oor mompelen: “ Er is niets, alles is okey…” Het klinkt mij een beetje vreemd in de oren aangezien er toch duidelijk Bülent iets dwars zit, maar ik besluit het maar te laten als Bülent me omhelst en mij dicht tegen hem aandrukt. Zo staan we tegen elkaar aan te knuffelen.

Na een tijdje laat Bülent me weer los, pakt mijn hand en samen lopen we de stenen trap op naar boven, naar onze huurauto. Bülent opent van een afstandje de auto en voor ik er erg in heb, draaien we de grote weg weer op en rijden we richting Alanya. We zijn net een paar minuten onderweg als ik me besef, dat Bülent net een blik bier achter de kiezen heeft. Ai… het zou veel verstandiger zijn als ik zou rijden. Ik stel het hem voor, maar Bülent haalt zijn schouders op en zegt nonchalant: “We zijn nu toch al onderweg.” Meteen daarop draait hij de radio open en elke mogelijke conversatie wordt overstemd door de auto radio. Muziek beukt uit de boxen en we rijden met de zon in onze rug terug naar Alanya.

Bülent’s chagrijnige houding is als sneeuw voor de zon verdwenen. Hij zit me de hele tijd grijnzend aan te kijken en legt dan weer een hand op mijn knie, dan weer legt hij een hand in mijn nek. Ik wou dat hij zijn handen op het stuur hield en zijn blik op de weg. Bij mij is het vervelende gevoel absoluut niet weg. Ik vraag hem of hij alsjeblieft op de weg wil letten en gelukkig doet hij dat. Bülent draait de radio iets zachter en vraagt me wat ik vanavond wil doen. Ik heb geen idee en haal mijn schouders op. Bülent zegt wel een leuk Italiaans restaurant te weten en vraagt of ik zin heb om vanavond met hem daar naartoe te gaan. Ik knik en staar voor me uit. Bülent knijpt even kort in mijn knie en grijnst weer naar me.

Vrij snel daarna komen we weer in Alanya aan. Het is inmiddels bijna donker geworden en we brengen de auto terug naar het autoverhuur bedrijf. Als we eenmaal weer autoloos op straat staan lopen we terug naar ons appartementje. Bülent pakt weer mijn hand vast en begint te praten over hoe hij vroeger weleens op vakantie ging naar Alanya. Hij heeft vele zomers doorgebracht in Adana bij familie, en dan gingen ze soms wel eens een weekend naar Alanya. Dat is toch een vrij groot stuk rijden, maar blijkbaar was Alanya vroeger al erg geliefd als badplaats. Bülent wijst me op de boulevard die er toen nog niet was en een supermarkt die er toen al wel zat. Even droom ik weg en zie het oude Alanya door de ogen van de tienjarige Bülent.

weer prachtig, die verhaaltjes voor het slapen gaan, bloem!

TOP Bloem !!

Ik zie direkt de supermarkt die er wel al was… en waar Alanya begon vroeger…en wat erbij gekomen in…