Voor het eerst op vakantie geweest naar Tsjechië!

Tsjechië, wat een land, wat een natuur, wat een mensen, wat een geschiedenis.
Kortom, wat een geweldige vakantie, Tsjechië 2009! :wereld:

Het is zaterdag 8 augustus vroeg in de morgen.
Alles staat gepakt voor ons “Avontuur” naar Tsjechië.
Nog even loop ik vluchtig mijn checklist door, heb ik alles?
Aan de koffer te zien wel!
Dus met een gerust hart ritsen we de bagage dicht en zetten deze alvast op de galerij in de wachtstand.
Eerst de kinderen nog een mega dikke knuffel geven, en natuurlijk een paar extra knuffels voor de aankomende dagen.
Even schiet er door me gedachten; Zouden ze zich wel redden de aankomende week?
Vriezer zit vol, voorraadkast zit vol, de wasmand is leeg, er hangt een telefoonlijst voor wanneer er nood aan de man zou zijn, nou die moeten zich wel gaan redden de aankomende week!
We halen de koffer uit de wachtstand en even later laden we de auto vol voor het eerste stuk van de reis.
Deze nacht zullen we overnachten in een hotel in Duitsland, voorbij Hannover, dit om de reis in twee makkelijke stukken te verdelen, zo verg ik van mezelf ook niet het uiterste.
De reis naar Duitsland verloopt vlekkeloos en s’middags arriveren we bij het hotel Der Quellenhof!
Nou ik zie al snel dat het geen Kurhaus is, ergens in de jaren tachtig is dit hotel blijven steken in zijn verbouwingsplannen ben ik bang. Een oud baasje verwelkomt ons in het hotel en overhandigd ons de sleutel van de kamer, en opeens snap ik waarom ik geen Kurhaus gevoel krijg.
De oude baas is de baas van het hotel en net zoals zijn verbouwingsplannen ook ergens blijven steken in de jaren ’80.
Bij het binnenkomen van de kamer ben ik tevreden, oké geen design meubelen maar alles is schoon, netjes en werkt naar behoren, hier gaat een nacht slapen wel lukken.
Ondertussen hebben we toch wel behoorlijke trek gekregen in een vers bakkie koffie, dus we begeven ons naar het restaurant en besluiten om buiten op het terras even bij te komen.
Vriendelijk begroet worden we door het witte plastic tuinmeubilair met zo’n stijf plastic rood tafel kleed op de tafel, gedecoreerd met vel oranje sinaasappels!
Zo gek weg krijg ik er nog lol in ook wanneer ik zie dat er eigenlijk op het terras meer groen tussen de tegels vandaan groeit dan dat er nog in de borders staat.
En terwijl ik me vergaap aan het paars geschilderde tuinhek staat opeens de serveerster aan onze tafel.
Peter bestelt, natuurlijk netjes in het Duits, twee kopjes koffie.
Dat ging niet, we konden alleen kannen koffie krijgen.
Geduldig antwoord peter dat het dan maar twee kannen moeten worden.
Attent verteld ze ons nog dat ze appeltaart hebben, nou daar ben ik altijd wel voor te porren.
Dus ook twee appeltaart met slagroom worden genoteerd door de serveerster.
Even later verschijnen er twee kannen koffie op onze tafel met twee stukjes appeltaart, vers uit de diepvries, met slagroom zonder suiker!
Ter plekke besluit ik dan ook dat het maar beter is dat we vanavond ergens in een stad wat gaan eten, zo gezegd, zo gedaan.
En toch tevreden over deze dag doen we s’avonds het licht uit op de slaapkamer, nu slapen, morgen op naar Tsjechië!

Zondag 9 Augustus
Ik moet me even goed concentreren als ik wakker word, waar ben ik ? O ja, Kurhaus Der Qeullehof in Duitsland, plastic rode tafelkleden met oranje sinaasappels, appeltaart uit de vriezer met slagroom zonder suiker en kannen koffie.
Douchen, aankleden en ontbijten is ons volgende motto, dit omdat we gewoon weer zo snel mogelijk de weg op willen richting Tsjechië!
Na een karig ontbijt met aardig wat koppen koffie vertrekken we dan ook rap richting Dresden, vanaf daar is het niet zo ver meer naar Zandov, Usti Nad Labem.
We hebben de Tom-Tom te leen gekregen van me vriendin Patricia, wij die anti Tom zijn hebben haar raad toch maar opgevolgd.
En nu we zo onderweg zijn heeft zij ons helemaal overtuigd, wat rijdt dat relaxed.
Zodra meneer Tom zijn mond open doet volgt Peter trouw zijn advies en de rit van Dresden naar Zandov, Usti Nad Labem rijdt hij dan ook met twee vingers in zijn neus.
Rond het middaguur arriveren we dan ook, mede dankzij Tom, op onze bestemming.
Tom bevestigd dit ook met de magische woorden; Bestemming bereikt!
Even slik ik als ik zie welke hoogte we moeten overbruggen om bij het pension te komen, en terwijl Peter de auto in de goeie richting stuurt haal ik nog maar een keer diep adem.
Net wat voor mij die hoogtes, als ik op een krant sta klotst het water al onder me oksels vandaan, hoogtevrees ? Ikke ? Welnee joh.
Als we uitstappen komt de eigenaar van het Pension, Hans, ons al tegemoet lopen.
Goeie reis gehad ? vraagt Hans om direkt maar het Tsjechische ijs te breken.
Tja, dat is toch wel makkelijk aan deze vakantie dat onze pension houder een nederlander is.
Want mijn Tsjechische is op dit moment nu nog niet echt om over naar huis te smsen ( natuurlijk weet ik dat er schrijven moet staan, maar sinds ik me mobiele telefoon me laptop heb ik de ouderwetse ballpoint zo goed als afgeschreven )
Direkt ontvangen we van Hans de sleutel van het Pension en deelt hij mede dat wij, tot nu toe, deze week de enige gasten zijn.
Zo, dat is na Kurhaus Der Quellenhof wel een welkome verassing zeg, een heel pension waar normaliter plaats is voor 12 personen voor onszelf, dat is nog eens Tsjechische luxe!
Prachtige drie-persoonskamer krijgen wij door Hans aangewezen, voorzien van kleuren tv, drie boxspringbedden en een grote kledingkast.
Terwijl we samen met Hans op het dakterras zitten, en ons eerste kopje koffie drinken, geniet ik enorm van het uitzicht en het warme zonnetje.
Wat geweldig, gewoon je vakantie vieren in een klein Tsjechische dorpje, helemaal tussen de lokale bevolking, op een berg van 800 meter hoog! ( alleen bij die hoogte brak me toch wel even het zweet weer uit )
Na ons geinstaleerd te hebben op de kamer direkt maar de stoute schoenen aangetrokken en de auto gepakt om de buurt eens te verkennen.
Na een ritje van 45 minuten stopt onze auto in Hrensko, prachtig idyllisch plaatsje aan de Elbe.
( Zie de foto’s op Hyves onder Vakantie Tsjechie)
Toch wel enigszins verbaasd stuitte we op een grote groep Vietnamezen die, op een soms toch wel hinderlijke manier, hun waren aan de man proberen te brengen. Van autovelgen, tuinkabouters, waspoeder, tot nep merken als Nike aan toe. Voor de kramen van deze Vietnamezen waren nog wat parkeerplaatsen vrij dus besloten wij de auto daar maar op te zetten. Binnen een hum en nog voor de zucht stond er een kleine vietnamees naast onze auto, die wilde parkeergeld zien, dat was wel duidelijk.
Nu was zijn Engels net zo goed als ons Tsjechisch dus met handen en voeten liet hij Peter weten dat het 30 EURO per uur kosten.
“Wat?” even dacht ik dat Peter omviel “30 EURO per uur ? “
Ik keek naar Peters gezicht en daar verscheen een gelaatsuitdrukking op die ik nog nooit van hem gezien had, de vietnamees schrok zo van Peter zijn gezicht dat hij direkt bij zichzelf ging nadenken waar hij fout zat.
Even duurt het voordat de vietnamees beseft dat het geen euro’s moeten zijn maar tsjechische kronen.
En snel een omrekensommetje verteld mij:
Dertig kronen is 1,20 Euro, dat klinkt een stuk aannemelijker dan 30 Euro per uur.
Heerlijk gegeten in een restaurantje aan de Elbe, daarna de prachtige terugreis gemaakt door de bossen naar het pension. En omdat ik het niet kan laten zeg ik nog even tegen Peter; Is toch niet duur, parkeren voor 30 euro per uur! Met een smile op ons gezicht vallen we allebei in slaap.

Maandag 10 Augustus
Het is goed fris als ik s’morgens vroeg ons dakterras op loop.
Zandov, Usti Nad Labem ontwaakt!
De haan van de buurman naast ons kraait krachtig de longen uit zijn hanenlijf, waarop de haan van de buurman aan de overkant van ons dapper zijn tegengeluid wil geven.
Nu ben ik geen hanenkenner maar waar de laatste haan zijn geluid vandaan moest halen is ons na alle dagen nog steeds onbekend, het klonk meer als een haan die bij iedere kraai overreden werd door een tractor, een geknepen geluid verliet de hanenkeel, maar trouw deed hij zijn best.
Een grote groep jongen zwaluwen poetst de veren al zittend op de stroomkabels, die hier nog via houten palen van huis naar huis worden geleid.
Nou het spreekwoord zegt; 1 zwaluw maakt nog geen zomer.
Toch maar ff tellen!
Meer dan 37 zwaluwen zitten verdeeld over de vier lijnen die boven elkaar hangen, dat beloofd me toch wel een zomerdag te worden, of niet ?
Ik denk dat je er zo een klassiek stuk van Beet hoven uit kan spelen als je iedere zwaluw aan zou zien voor een muzieknoot.
Thuis heb ik op internet al wat bezienswaardigheden opgezocht van de omgeving waar we zitten en we besluiten dan ook om vandaag naar Karlovy Vary te gaan, het grootste kuuroord van Tsjechie gesticht in het jaar 1350.
In Karlovy Vary staan een groot aantal geneeskrachtige bronnen, met warm water overigens.
De meeste bronnen zijn tussen de 30 en 50 graden, de warmste bron, die vanuit een diepte van ongeveer 2500 meter komt, is 73 graden.
Nu gaat de legende dat wanneer je van alle bronnen drinkt je beschermt ben tegen van alles waar je normaal voor naar de dokter moet.
Dit drinken gebeurt overigens uit een speciaal kannetje, die hou je eerst onder het waterstraaltje en uit het veel te kleine tuitje lurk je dan je kannetje leeg.
Nou en onder het motto: Baat het niet, dan schaad het niet, schaffen wij direct ons eigen kannetje aan!
Op naar de eerste bron, dapper vul ik mijn hele kan met het water en zet met goede moed het tuitje aan de lippen!
O mijn hemel, dit water smaakt ook naar het jaar 1350! Dit is vies! Dit is echt vies!
Even vraag ik me af of de Tsjechen het niet verkeerd begrepen hebben?
Is de legende niet zo dat je na het drinken uit alle bronnen juist naar de dokter moet?
Een tikkie cynische vraag peter me of het lekker is, ja lieve schat maar jij zal er toch ook niet onderuit komen om even aan de slurptuit te lurken.
Dapper als mijn man is laat hij zich door mijn vieze gezicht niet uit het veld slaan en steekt de kan onder het waterstraaltje.
Maar nadat Peter het eerste slokje uit het kannetje neemt besluiten wij direct dat we, na het drinken uit de eerste bron, gezond genoeg zijn.
Mocht deze conclusie nu fout zijn dan gaan we bij thuiskomst wel langs de huisarts!
Verbaasd aanschouwen we de lokale bevolking, deze toveren kannen uit hun tas waar volgens onze inschatting wel een halve liter in gaat.
Er wordt getapt, er wordt gedronken, er wordt getapt, er wordt gedronken.
En met een half open mond van verbazing besluiten we verder de wandelpromenade op te gaan en wel alle bronnen te bezoeken.
Getrakteerd worden we op de mooiste bouwwerken en komen ogen tekort en genieten van het mooie weer!
Het fototoestel van Peter draait overuren!
Wat een prachtige 2de dag in Tsjechie!
Tsjechie, Dekuji!

Dinsdag 11 Augustus

De kraaiende hanen, de zwaluwen op de stroomkabels, het heerlijke ontbijt wat Hans s’morgens voor ons klaarmaakt, en de opkomende zon beginnen al behoorlijk te wennen.
Wat een heerlijke vakantie!
Even de map uit de tas, waar gaan wij vandaag, met behulp van Tom, naar toe?
Al snel is onze keuze gemaakt, het wordt Kutna Hora!
Hetgeen we daar willen bezoeken is de Charm sv Barbory ( Sint Barbara Cathedral )
Een kerk waarvan de bouw is begonnen in 1388, het geld om deze kerk te bouwen is opgebracht door de mijnwerkers uit deze stad. De vroegere rijkdom van Kutna Hora is goed af te lezen aan het prachtige interieur van de kathedraal. Wapenschilden, muurschilderingen, de glas in loodvensters, de sculpturen en het rijkelijk versierde altaar.
Even tollen de ogen in mijn kassen, ik weet niet waar ik kijken moet, wat een pracht en een praal.
Ik laat me achterwerk in de kerkbanken zakken en bedenk me opeens wat deze pracht en praal in schril contrast staat met de armoede die hier in Tsjechie toch ook nog erg aanwezig is.
In de twee dagen dat we hier nu zijn heb ik dorpjes gezien die gewoon een spookachtige indruk achter laten, alsof men er gisteren weggevlucht is.
Grauwe, vervallen huisjes, verlaten straatjes en hier en daar een oude vrouw die haar laatste dagen slijt op het bankje voor het huis, in kleding die wij niet eens meer naar de kringloopwinkel zouden brengen. De straatverkoopsters die met een karretje hun aardappelen of andere waar aan de man proberen te brengen om op deze manier ook maar enigszins wat kronen te verdienen. Tsjechie moet zich hier en daar nog echt los maken van het ijzeren gordijn waarachter zij hebben moeten leven, het communistische regime heeft nog steeds zijn sporen na gelaten en duidelijk is dat het heel veel Tsjechen moeilijk af gaat om deze strijd te winnen.
Wakker word ik uit me dagdroom en samen met peter verlaat ik de Charm sv Barbory.
Via een soort van promenade, versierd met heiligenbeelden, komen we in een nauw straatje van de stad en eten een hapje bij een typische Tsjechisch restaurant.
Nog zo iets, hoe houden de restaurants het hoofd boven water?
Voor een paar euro per persoon krijg je een tafel vol met eten, Tsjechie verbaast ons meer en meer.

We starten ons autootje weer en rijden naar de volgende bestemming, de Kostnice in Sedlec, een knekelhuis in de buitenwijk van Kutna Hora.
Ook zo’n verhaal apart.
Volgens de verhalen zou een monnik ooit grond van het Heilig land hebben uitgestrooid op het kerkhof achter de kerk.
Daarom wilde vele rijke burgers, uit alle streken van het land, begraven worden op dit kerkhof.
Echter werd de berg beenderen in de 19de eeuw, mede veroorzaakt door de uitbraak van de pest en oorlog, zo groot dat men besloot ze op een berg achter de kerk te leggen.
F.Rint besloot uiteindelijk om deze mensen “opnieuw” te begraven in een kapel, het knekelhuis.
Uit de beenderen van 40.000 mensen maakte hij, nadat de botten gedesinfecteerd en gebleekt waren, kunstwerken.
Met deze vooraf vergaarde informatie lopen Peter en ik de Kostnice van Sedlec binnen.
Een grote mammeren trap laat ons zakken naar het onderste gedeelte van het tweedelige kapelletje.
Ongelooflijk, waar je kijkt menselijke beenderen.
Kroonluchters, kandelaars, pyramide’s, als eerbetoon aan de overledenen een groot kruisbeeld, etc.
Terwijl een groep buitenlandse toeristen door hun gids door de kapel worden geleid pik ik hier en daar wat mee van zijn uitleg in het Engels.
Hij verteld dat de botten in de pyramide’s los liggen in houten constructies en dat de raaf, ook gemaakt van mensenbotten, die op een schedel pikt symbool staat voor de pest.
Bij thuiskomst in het pension komt Hans even naar boven en vraagt geintereseerd waar wij vandaag geweest zijn, zelf is hij nog nooit in de Kostnice geweest en vergaapt zich dan ook aan de foto’s die Peter gemaakt heeft.
Kostnice, een lugubere ervaring die niet is weggelegd voor tere zieltjes!

Woensdag 12 Augustus

De zon kom langzaam tevoorschijn achter de bergen en het leven van Zandov, Usti nad Labem komt langzaam op gang.
De tractor die in de verte zichtbaar is maait het dorre gras van de velden om het daarna samen te persen tot enorme rollen, die je ook door heel Tsjechie op de velden ziet liggen.
Het wordt onder andere gebruikt als voer voor het wild verteld Hans mij, op die manier helpen we de dieren de strenge winter door.
Nou als de arme bevolking net zoveel geld zou hebben als rollen hooi op het land weet ik zeker dat het met de armoede snel gedaan zou zijn, maar dromen zijn bedrog bedenk ik me opeens.
Tijdens het verzamelen van informatie over Tsjechie kwam ik thuis op een internetsite die mij vertelde over Lidice.
Een zeer aangrijpend verhaal.
Lidice was een ooit een vredig dorpje, 25 kilometer ten noordwesten van Praag.
Op 9 juni 1942, in de Tweede Wereldoorlog, richtte de SS een bloedbad aan in Lidice als vergelding voor de moord op Reichsprotektor Reinhard Heydrich.
Onterecht dachten de Duitsers dat de inwoners van Lidice onderdak hadden geboden aan de moordenaars.
Op 9 juni 1942 werden alle inwoners van Lidice bij elkaar gedreven, 192 volwassen mannen werden geëxecuteerd, hun vrouwen en kinderen werden naar concentratiekampen gestuurd, waar al snel bij aankomst de volledige groep kinderen werd vergast, 82 in totaal.
Het dorp werd volledig in de as gelegd en de nazi’s dachten met deze vergelding Lidice uit de geschiedenis te hebben gewist.
Echter pakte deze gruweldaad anders uit.
Na de oorlog werd er naast de ruines van het dorp een nieuw Lidice gebouwd, er werd een rozentuin aangelegd en het verwoeste dorp zelf werd een monument voor de doden.
Speciaal voor de kinderen van Lidice is een bronzen beeld geplaatst, bestaande uit 82 kinderen.
Lidice zou voor eeuwig op de kaart staan!
Toen ik dit verhaal vertelde aan Peter toen wij nog thuis waren vonden wij allebei dat we hier niet om heen mochten.
Dit is een stuk geschiedenis van Tsjechie waar je niet omheen mag en kan.
Ook onze ouders en voorouders hebben geleden in deze Tweede Wereldoorlog.
Vast stond dan ook dat wij Lidice zouden bezoeken, als eerbetoon aan de gevallen slachtoffers.
De auto geparkeerd en toch met behoorlijk gemengde gevoelens het terrein van Lidice opgelopen.
En terwijl de ochtenddauw zijn best nog deed om zich los te maken van het gras verscheen recht voor onze ogen het levensgrote bronzen beeld van de kinderen.
Allebei waren we stil en stap voor stap begaven we ons steeds dichterbij.
En daar sta je dan, oog in oog met 82 individuele bronzen kinderen, in de doodse stilte die over de vallei hangt.
Alles tot in detail nagemaakt en hoe meer ik kijk hoe meer ik lijk te verdwijnen in het gruwelijke verhaal van Lidice. Mijn ogen dwalen de kindergezichtjes af waarop het hele verhaal is af te lezen.
En langzaam voel ik een traan uit me ogen lopen, de tweede traan volgt al snel.
Voor het beeld zijn door bezoekers allerlei spulletjes neergelegd.
Knuffeltjes, kaarsjes, bloemen, geld en op één van de steentjes liggen twee snoepjes, nog verpakt in hun plastic wikkeltje.
We besluiten verder het landschap van Lidice op te lopen.
Dwalend over de enorme vallei zien we de fundering nog staan van wat ooit de boederij was van de familie Horak.
Een klein betonnen paaltje laat met tekst iedere bezoeker van Lidice weten dat hier ooit, heel lang geleden, gewoon vredig geleefd werd.
Zo ook de kerk en de school van Lidice, al wat over bleef na de nacht van 9 juni 1942 zijn de betonnen funderingsresten diep verscholen in de grond.
Een enorm betonnen beeld van een huilende vrouw, waarbij een kind, uit angst, tegen haar schoot dekking zoekt, reikt naar de hemel.
En Peter en ik bemerken dat wij de kippenvel nog niet kwijt zijn.
De rozentuin met het kruis van Lidice lopen we dan ook in stilte door.
Voor het gedenkteken zijn door andere toeristen waxinelichtjes neergezet.
De vlammetjes zijn gedoofd door wind en regen.
Direct pak ik de aansteker uit mijn tas en steek de eerder neergezette waxinelichtjes opnieuw aan,
Voor hoe lang ze zullen branden ? Ik weet het niet, maar het is al wat ik kan doen.
De vrouwen van Lidice zijn in de gruwelijke nacht, vergezeld van hun kinderen, op transport gezet naar Terezin, een doorvoer kamp verderop gelegen in Tsjechie.
Bovenaan de vallei van Lidice is een klein museum en terwijl het groene gras van het landschap achter ons verdwijnt lopen we het museum in.
Propaganda Materiaal, SS Documenten, foto’s van voor en na het bloedbad liggen onder glimmende glasplaten.
Zo ook tekeningen en ansichtkaarten, geschreven door de kinderen van Lidice.
De dag voordat ze vergast werden kregen zij de opdracht van de nazi’s om aan hun familie in Tsjechie, Polen en Duitsland een kaart te schrijven en daarop in alle vreugde te vertellen hoe goed het wel niet met hun ging. Het was hun laatste teken van leven voordat ze, gedwongen, de poort des doods zouden betreden.
En weer drukt dit alles mij met de neus op de feiten hoe gruwelijk de Tweede Wereldoorlog was.
Lidice, om nooit te vergeten.

Beduusd van alles wat we zojuist gezien hebben lopen we terug naar onze auto.
In een klein uurtje rijden we naar de Vesting Terezín, deze werd gebouwd in de jaren 1780-90 en moest dienen als verdedigingscomplex in de oorlogen van de achttiende eeuw.
Vanaf de negentiende eeuw dienden Vesting Terezín als gevangenis voor soldaten en politieke tegenstanders.
Toen Tsjechie werd bezet door nazi-Duitsland veranderden Terezín in een oord van vervolging en onderdrukking en moest de vesting dienst gaan doen als gevangenis van de Praagse Gestapo, de garnizoensplaats werd een concentratiekamp voor joden.
De oorspronkelijke bewoners van Terezín werden halverwege 1942 geëvacueerd en heel Terezín werd een stad achter tralies.
Het terrein is enorm, met aan de ene kant het Getto Museum en aan de andere kant de vesting Terezín.
Het is even puzzelen voor Peter en mij waar we nu precies moeten zijn, maar met wat gebrekkig Engels/Duits verteld de dame, die aan de informatiebalie zit van één van de gebouwen, dat we bij haar een toegangsticket kunnen kopen die we in heel de stad, voor alle bezichtigingen, kunnen gebruiken.
Na afgerekend te hebben wijst zij vriendelijk met haar rechterhand de kant aan die wij op moeten lopen om het eerste museum te bekijken.
Met mijn eerste opgepikte woorden bedank ik haar in het Tsjechisch.
Het museum toont ons foto’s, documenten van de SS, brieven van de gevangen, overgebleven persoonlijke bezittingen van de gevangenen, keukengerei, de kleding van sommige gevangen, het werkgereedschap waarmee de gevangen gewerkt hebben, het toont ons teveel om op te noemen.
Ook hier glimmende glazen platen, daaronder wat kaarten geschreven door de gevangen, een klein zwart tekstbordje laat mij weten dat dit alles nog is wat van deze mensen overbleef.
Ook veel zelfgemaakte spulletjes , door materialen te verzamelen konden de gevangen de mogelijkheid creëren om in hun schaarse vrije tijd wat te handwerken.
Een zelfgemaakt geboortekaartje houdt mij in zijn greep, niet te geloven dat onder deze omstandigheden het nieuwe leven werd geboren, bij je geboorte al kansloos zijn en de dood direct in de ogen kijken, dat was toch niet menswaardig meer.
Een enorme dikke zwarte lijst houdt met glas vele Jodensterren bij elkaar, de bekende davidster die de joden op hun kleding moesten dragen.
En natuurlijk heb ik in de films over de oorlog ook deze vel gekleurde sterren gezien, maar wat maken deze sterren verpletterende indruk als je er met je neus boven op staat.
Een verweerd spiegeltje, een totaal versleten tandenborstel en een stukje van een haarkam liggen in de volgende vitrine, ik kan me niet voorstellen dat het alles was wat men nog bezat.
Waar zouden wij zijn als dit alles nog was wat we zouden bezitten?
Wij die opgroeien in vrijheid, overspoeld zijn met luxe, en soms nog niet tevreden.
En in gedachten denk ik opeens aan de mensen die tegenwoordig beweren dat deze gruwelijkheden nooit hebben plaats gevonden, of de mensen die heden ten dagen de SS nog aanbidden.
Hoe ziek is je geest als je dit kan ontkennen?
Hoe ziek is je geest als je de SS kan aanbidden?
Peter en ik verlaten het eerste museum en lopen richting de Vesting, het kamp.
Voor vele mensen is Terezín een “overstapstation” geweest om daarna naar de nazi-rechtbanken, gevangenissen, tuchthuizen en concentratiekampen te worden gedeporteerd.
Wanneer we de parkeerplaats verlaten lopen we voorbij de Nationale Begraafplaats, waar onder kleine grafstenen de stoffelijke resten van ongeveer 10.000 slachtoffers liggen begraven, de honderden rozenstruiken staan in bloei.
Een grote davidster en een kruisbeeld staan ter nagedachtenis aan het einde van deze begraafplaats.
Over de brug, die over de gracht van de Vesting ligt, lopen Peter en ik de toegangspoort van de Vesting binnen.
Even haal ik diep adem en voorzichtig zet ik mijn volgende stap.
De keien in de hele Vesting zijn diep uitgesleten, niet raar als je bedenkt dat tot het einde van de oorlog 32.000 mensen de poort zijn gepasseerd.
We lopen naar links en komen in de laan die naar het eerste hof leidt.
We passeren de Geschaftszimmer, ( de registratiekamer ) de Wachtstube ( het wachtlokaal )
De Kammer ( het kledingsmagazijn)
En plots staan we voor de poort waarop het volgende opschrift staat:
Arbeit Macht Frei!
Het typerende opschrift voor de meeste nazi-concentratiekampen, en ik weet hierachter bevindt zicht het cellenblok.
Met dikke kippenvel op mijn armen besef ik opeens dat dit de plek is waar de vrouwen van Lidice hebben gestaan, angstig, doodsbang en zoekend naar hun kinderen, zonder enig idee wat hen voor gruwelijks boven het hoofd hing.
We lopen onder de poort door en staan oog in oog met het eerste cellenblok.
Daar komen we onder andere in de slaapvertrekken met twee rijen houten vlonders, boven elkaar, die als slaapplek diende.
Een zwarte potkachel en een aantal kleine, houten, smalle kastjes was al wat er in deze slaapvertrekken stond.
En hoe raar het ook klinkt, je voelt aan de omgeving dat hier vreselijk geleden is, het verdriet kruipt door iedere porie van je huid, en de angst doet zijn je best je naar de keel te grijpen.
We banen ons verder een weg langs het waslokaal en de ontluizingskamer, de ziekenzaal en het ziekenblok, waar een aantal doorgeroeste bedden staan die nog stille getuigen zijn.
De behandelkamer van politiearts B. Kronert, een Tsjech die onder dwang belast was met de medische zorg van de gevangenen, staat er nog net zo bij als hoe het toen verlaten is, met de witte, verweerde, houten behandelbank in het midden van de kamer.
Het kantoor van de commandant van hof 1, het Mortuarium, de onderaardse verbindingsgang, en de gevangeniscellen liggen in de volgende laan die we inlopen.
Cellen van nog geen 2 bij 2 meter waarin 60 tot 90 mensen werden samengeperst.
Sommige vertrekken kan je vrij in lopen, andere vertrekken kan je bezichtigen door een glazen deur, dit omdat er nog originele papieren en documenten in de kasten staan, daarnaast zijn er ook hofjes die niet voor het publiek toegankelijk zijn.
We lopen naar rechts en stuitte op een smalle doorloop, een soort tunnel, met aan het einde een ronde poort van dikke, grijze stenen.
Dit had geen uitleg nodig, de Poort des Doods.
En mocht je als gevangen nog niet bezweken zijn aan de miserabele leefomstandigheden, ziekten zoals de vlekkentyphus of mishandeling en je lot was om deze tunnel door te lopen dan wist je;
Een ieder die onder deze poort door loopt ziet geen licht meer aan het einde van de tunnel.
We verlaten de vesting en lezen in het pension nog uren door over alles wat we gezien hebben en Peter en ik raken er samen niet over uitgepraat.
En voor ik in slaap val denk ik;

Dit mag nooit meer gebeuren!

Nooit meer Lidice!
Nooit meer Terezín!
Alstublieft,
Nooit meer Oorlog!

Donderdag 13 Augustus

Zo, vandaag is het zo ver, we gaan aapjes kijken, letterlijk en figuurlijk!
De dierentuin van Praag staat op het ‘’Menu”!
Of wel op zijn Tsjechisch: Zoo Praha!
Eerst een autoritje van één uur en een kwartier om in Troja, een buitenwijk van Praag te komen.
Nou moet ik eerlijk zeggen dat dat hele autorijden in Tsjec hie geen straf is, er is zoveel te zien onderweg dat je voor je het weet de hele rit al weer achter de rug hebt.
De grote autowegen zijn file vrij en goed te rijden, wat je van sommige kleinere wegen weer niet kan zeggen.
Tijdens één van onze ritten afgelopen week zag Peter heel even een nogal diepe kloof in de weg over het hoofd.
Terwijl de rechtervoet flink op het gaspedaal drukte en wij uit volle borst zaten mee te zingen op de muziek die uit de autoradio kwam werden wij zeer verrast door een soort van lancering, een Wubbo Ockels gevoel bekroop gelijk mijn onderbuik!
Toch wel geschrokken keken we elkaar even aan, allebei hadden we deze kloof niet gezien.
“Nou, hadden we toch bijna op de maan gezeten” liet ik me ontglippen.
“Precies” antwoorden Peter “of naar de maan gegaan”
Op de grote autowegen is het wel zo dat je op moet passen dat je de Tsjechen niet uit hun sokken rijdt.
Op sommige stukken is er namelijk geen alternatief om van A naar B te komen voor de Tsjech, dus tja dan maar langs de autoweg lopen, fietsen, brommer rijden en prostitueren!
Prostitueren? Ja, jullie lezen het goed!
Ik vond de afgelopen dagen al dat de Tsjechische dames, zowel jong als oud, met en zonder tanden, wel op erg hoge hakken en met een zeer kort rokje aan hun boswandeling gingen beginnen, en dan te bedenken dat er nogal veel teken ( de vervelende, kleine, spinachtige beestjes ) zijn.
Het duurde überhaupt al lang voordat ze dat bos in gingen, had eerst het idee dat ze het juiste bospad niet konden vinden. Maar toen wij voor de tweede keer langs dezelfde weg moesten rijden viel mij opeens ook op dat er wel heel veel bordjes Night Club aan de Tsjechische dennenbomen groeien!
Heel wat keren hebben wij dan ook door het “ Red Light in het groene bos district” moeten rijden.
Al snel verzon ik een parodie op het kinderliedje, In het bos zijn de wilde dieren!
Maar de songtekst ga ik jullie besparen.
Ondertussen zijn we aangekomen bij de kassa van Zoo Praha!
150 CZK kost een toegangsbewijs voor een hele dag dierentuin, omgerekend 6 Euro!
Nou daar haal in Nederland net aan een patat mayonaise en een kroket voor en dan nog maar hopen dat de mosterd gratis is.
Een toegangshekje passeren we en voor ons verschijnt een mega grote dierentuin.
Hier komt geen einde aan, wat een oppervlakte, wij kijken onze ogen uit!
Maar goed, de paden op, de lanen in!
Wat ons direct op valt is dat de dieren is deze dierentuin hele grote verblijven hebben en zich daar dan ook vreselijk thuis voelen, wat je kan aflezen aan het natuurlijke gedrag wat ze vertonen.
Alleen de ijsberen maken hierop een uitzondering, die lopen te ijsberen, dat is niet normaal.
Boven aan hun verblijf zijn een aantal ijzeren deuren en één van de ijsberen is zeer gefrustreerd hard aan deze deur aan het krabben, de rode verf vliegt als losse schilfers door de lucht.
Op het terras van de dierentuin drinken we koffie en eten we wat, doordat dit terras behoorlijk hoog ligt heb je een schitterend uitzicht over de stad Praag, dat vol in de zon ligt.
Het eten is even een drukke bedoening, bij iedere hap proberen wij met de menu- en ijskaart de wespen van ons af te slaan, zoals alle bezoekers doen die op het terras aanwezig zijn.
Het is net een aflevering van het programma: Tsjechie in Beweging, ondanks dat Olga Commandeur ontbreekt, en de “oefeningen” niet synchroon gaan .
Het is vier uur later en we besluiten dat het wel mooi geweest is zo, genoeg vogels, apen, tijgers en winden latende Tapirs gezien en we gaan op naar de uitgang.
En op de teller, die bij het uitgangspoortje staat, kan ik lezen dat ik, vandaag, bezoeker 6032 ben die de Zoo Praha verlaat.
We willen proberen om toch de stad Praag binnen te komen, maar beseffen ons ook dat het een hele bedoening zal worden, het is druk richting de stad.
Maar niet geschoten, altijd mis!
We passeren de rivier de Moldau en besluiten hier onze auto neer te zetten en een boottocht te maken over de rivier, op deze manier zien we in ieder geval nog iets van Praag.
Als we terugkomen van de boottocht lopen we toch een stukje richting het oude centrum en voor we het weten staan we bij de Karluv Most, de Karelsbrug, één van de mooiste bezienswaardigheden van Praag.
Het krioelt er van de mensen maar ook wij willen over deze brug gelopen hebben dus begeven we ons in de menigte. Werkelijk alle wereldtalen hoor je om je heen en iedereen laat zich meevoeren in de mensenmassa.
Op de zijkanten van de brug staan 30 prachtige beeldhouwwerken, een lust voor het oog van mijn persoonlijke fotograaf, mijn man Peter. Beeld voor beeld knalt hij ze op de digitale camera en aan zijn gezicht is het genieten af te lezen.
Één van de beelden heeft een bijzonder, verweerd, koper reliëf.
Op deze plek heeft de koning, in 1393, J. van Nepomuk van de brug af laten gooien, omdat hij volgens de koning monniken opzetten tegen de kerk.
De legende gaat dat toen J. van Nepomuk onderging er een cirkel met zeven sterren verscheen, de martelaar werd later dan ook heilig verklaard.
Op het koperen reliëf staat deze daad van de koning ook afgebeeld.
Nu wordt er beweerd dat wanneer je het reliëf aanraakt dit je terugkeer naar Praag garandeert.
Nou ik kan jullie vertellen, op die bewuste plek in het reliëf glimt het als een snottebel in de maneschijn! Iedere toerist sluit netjes aan in de rij en pakt zijn kans om het reliëf aan te raken en er over heen te wrijven, dus ook wij sluiten netjes aan.
Zo, dat zit wel snor, allebei de kans gekregen om het koperen reliëf aan te raken, dus terug keren naar Praag doen we!
Een beetje bijgeloof moet kunnen toch!
Over de gehele brug staan kunstenaars die schilderijen, sierraden, of karikatuur tekeningen maken en verkopen, bij sommige van hen is het een drukte van belang.
We slenteren nog wat door de stad en tikken wat souvenirs voor thuis op de kop.
Op ons gemakje lopen we terug, over de lange laan met bomen, richting onze auto.
Aan mijn rechterhand liggen drie zwervers op een bankje en nuttigen , in een rap tempo, een paar flessen sterke drank, één van hen besluit alvast op zoek te gaan naar het avondeten en neemt een flinke duik in de prullenbakken die naast de bomen staan.
Aan mijn linkerhand liggen de inwoners van Praag, veelal studenten, in het gras te chillen op hun boekentas in volle zon.
En ik weet dat ik vandaag nog maar een klein stukje van deze wereldstad heb gezien maar kan met volle overtuiging zeggen:
Praag, wat een wereldstad!
Laat op de avond komen we terug in ons pension en aanschouwen we hoe de maan zijn uiterste best doet om heel Zandov rood te kleuren, daarna kruipen we in ons bed en slapen totdat de jonge zwaluwen weer op de stroomkabels komen zitten en de oude haan zijn karige kraaien laat horen.
Welterusten, Zandov Usti nad Labem.

Vrijdag 14 Augustus

Vandaag staat een ritje in de omgeving van het pension op de planning.
Achter ons pension kan je je trouwens prima uitleven voor een lange boswandeling die je, door de bergen, ook naar de aangrenzende dorpjes brengt, een hele klim langs rotsen en beekjes, maar je kan je er uren vermaken.
Iedere ochtend loopt er trouwens beneden aan de weg ook een mannetje met een mandje aan zijn arm.
Met enige nieuwsgierigheid vragen we dan ook aan Hans wat die meneer daar nu precies gaat doen.
Hans legt ons uit dat hij paddenstoelen gaat plukken.
Iedereen heeft zo’n beetje zijn eigen plekjes gevonden in het bos, die ze zeker niet vertellen aan de andere dorpsbewoners, zo ben je verzekerd van je eigen, verse paddenstoelen.
Deze worden gebakken, verwerkt in soep, gedroogd, verkocht, etc.
De kunst is wel om het onderscheid te kunnen maken tussen de eetbare en de giftige, dus ik waag me maar niet aan dit paddenstoel verhaal, je zal zien, voordat je het weet sta ik weer op een giftig plofstam, stuifsteel, of knots champignon te kauwen.
En dan nog te bedenken dat ik met mijn plukactie vele kaboutertjes dakloos zou maken, daar moet je toch niet aan denken?
Langs de binnenwegen in Tsjechie heeft het ons überhaupt verbaasd hoeveel fruitbomen/struiken er staan.
Appels, peren, pruimen, bramen, noem het maar op, en je mag naar harte lust plukken, het is van iedereen.
Hans zelf heeft ook een aantal bomen in zijn tuin staan en overhandigde mij eerder deze week al een perzik die zo groot was dat ik hem met twee handen vast moest houden.
Bij mijn eerste hap liep er zoveel sap uit, dat pers je in Nederland nog niet uit een kilo.
De natuur in Tsjechie is sowieso verbazend mooi, bergen, dalen, bossen, velden, het heeft echt alles.
Nou ja, op een strand en een zee na dan, daarvoor moet je niet in Tsjechie zijn.
Maar afkoeling kan je prima zoeken in één van de honderden prachtige meren, met kristalhelder water.
Ook zo’n wens van mij, naar een heel groot meer in Tjsechie, omgeven door bos en daar eens lekker zwemmen.
Nou is deze wens gelukkig ook in vervulling gekomen maar had wel wat voeten in de aarde.
Op de ouderwetse, papieren wegenkaart van Tsjechie, die wij naast Tom ook bij ons hadden, had ik een prachtig meer zien liggen.
Dus op naar het water dachten wij zo.
Daar aangekomen heb ik me echt even staan verbazen hoe mooi het was, wow, alsof ik naar een schilderij stond te kijken.
Vreemde was alleen dat je niet dicht bij het water kon komen?
Het meer was omgeven met bomen, hekken, paaltjes enz.
Nou ja zeg, ik vond het maar van de zotte, heb je zo’n stuk prachtig water, kunnen de mensen er geen gebruik van maken.
Toch nog even van het uitzicht genoten en toen maar, enigszins teleurgesteld, terug naar de auto.
Nu toch nog een keer die kaart eens bekijken, ja we staan hier toch echt bij Vodni Nadrz Nechranice.
In een vlaag van verstandsverbijstering dook in naar me Tsjechisch Pocket woordenboek.
FF puzzelen, Vodni, Nadrz, ja gek hé dat wij er niet bij kunnen komen, het is een drinkwatergebied!
Ja en dat de Tsjechen het tegen houden dat ik daar, met me Hollandse zweetkakkers , ga lopen pootje baden is meer dan logische!
Ondertussen zitten we nu in de auto en gaan op naar Petrovice, Tisa, Jilove, allemaal gelegen in het Boheemse Paradijs, Boheems Zwitserland.
In Petrovice, en op nog een aantal plaatsen in Tsjechie, staat een vliegtuig wat met pensioen is, de trouw gevlogen kilometers zitten er op en het is tijd voor, op de plaats RUST!
Dit vliegtuig is omgebouwd tot restaurant, en plots verschijnt de enorme “kist” ook voor ons.
Wat een geweldig gezicht om daar zo’n vliegreus te zien staan!
Onder de vleugel buiten is een heel terras waar je koffie kan drinken, de maaltijden worden gekookt in het staartstuk van het vliegtuig en daar waar normaal de stoelen stonden van de passagiers vind je nu stoelen en tafeltjes waarop de menu kaart staat en een bloemetje het interieur kleurt!
De reis gaat verder naar Tisa, een uniek stukje natuur.
In heel Tsjechie zijn vele plekken waar je zo’n uniek stukje natuur vinden kan.
Op deze plekken komen enorme rotssteden de grond uit, bestaande uit zand-, graniet- en kalksteen.
Boven op de rotsen plateaus heb je een enorm uitzicht over deze rotssteden.
En al heb ik hoogtevrees, ik zal boven komen!
Nu is het zo dat ik in mijn reisdagboek wel schrijf; We lopen, maar het lopen is, voor veel van jullie bekend, voor mij niet zo makkelijk en vanzelfsprekend. Door problemen met mijn rug ben ik afhankelijk, in het bijzonder op lange stukken, van rolstoel, scoot mobiel en in dit geval, krukken.
Maar ik zal me naar boven worstelen op die dingen, ik ben er van overtuigd.
In het bos bij Tisa komen we een klein stukje gras tegen waarop een auto geparkeerd staat, zodra we er op komen rijden komt een Tsjechisch baasje naar ons toe.
Niks geen Duits/Engels, Tsjechish!
Na even wat hand gebaren begreep hij dat we wilde parkeren op zijn gras stukje.
Het bleek het stukje te zijn voor zijn campingplaatsje, waarvan hij de eigenaar was.
Nou oké, hij streek zijn hand over zijn Tsjechische hart en stond voor 25 CZK toe dat wij Hollanders daar mochten staan met onze auto.
Enfin, op naar het bos en de rotsplateaus!
Nou hoe ik boven ben gekomen weet ik nu nog niet, het was een soort van circusnummer maar dan zonder vangnet!
Maar opeens staan we op één van de rotsplateaus en het uitzicht is adembenemend!
Voor ons verschijnt een prachtig uitzicht en de rotsen staan trots richting de blauwe hemel.
Als ik door één van de rotsspleten naar beneden kijk krijg ik behoorlijke vla knieën en bibberkuiten, om mijn god wat staan we hoog.
Ja en dan komt het moment dat je ook die hoogte weer moet verlaten, dus dezelfde trap waarmee ik omhoog gekomen ben wacht geduldig op mij om me ook weer naar beneden te brengen.
Ik sta bovenaan, de eerste tree, o nee, hier ga ik niet af!
Peter kijkt me even aan en zonder wat te zeggen lees ik in zijn ogen; Tja, we kunnen hier ook niet blijven staan tot 1ste kerstdag , toch?
Langzaam zak ik door me knieën en op me achterwerk laat ik mezelf van de eerste treden zakken.
Het mos van de trede blijft dankbaar aan mijn jurk plakken en de schoenen die ik aan heb, die ook totaal niet voor deze activiteit geschikt zijn, scheppen zich geduldig vol met alles wat ze onderweg tegen komen.
Opgelucht haal ik adem omdat ik, ter hoogte van de vijfde tree, een trapleuning van groen ijzer zie hangen.
Eenmaal met een nat voorhoofd van het zweten bij die leuning aangekomen zie ik dat de bevestigingspunten totaal doorgeroest zijn, zo dat wordt dan een circusnummer met een trapleuning in mijn hand en nog steeds zonder vangnet.
Toch heel voorzichtig probeer ik me hier en daar vast te houden en bereik uiteindelijk de lager gelegen begane grond weer, en ik weet zeker dat het geen wereldrecord tijd was!
Tussen de rotsen zijn groepen bergbeklimmers bezig om zich, via een touw, naar de top te begeven.
Hun kinderen zijn door een leraar bergbeklimmen in een tuigje in de boom gehangen, dit om te leren afzetten.
Even blijven we staan en aanschouwen het sportieve spel, wel leuk gezicht hoor, pap en mam beklimmen een berg en de kinderen hangen te “drogen” in de boom.
Een prachtig gebied, ik kan niets anders zeggen en wat hebben we genoten!
Via wat dorpen komen we uit in Krupka, hier maar even wat eten.
Aangekomen bij een Tsjechisch Hotel/Restaurant duiken we het terras op en drinken een glaasje en eten een hapje, terwijl we heerlijk genieten van de zon.
Terug in de auto zie ik op de kaart weer een waterplas liggen, voorzichtig zeg ik tegen Peter dat we anders deze nog kunnen proberen.
Peter pest je totaal niet met autorijden dus de neus van onze toet ging richting Hrob en daar aangekomen kwam mijn lang gekoesterde droom wel uit, een heerlijk meer, kristalhelder water, zalig gras om in te liggen, en zo vertoeven we samen een poosje in mijn droom!
Bij thuiskomst kan ik niks anders zeggen dan, ook deze dag was meer dan geweldig!
Dobrou noc, Zandov, Usti Nad Labem!

Zaterdag 15 Augustus

Een prachtige zonnige dag vandaag, ik kan niet anders zeggen!
Het is zeer warm en we drinken, na ons ontbijt, nog lekker een bakkie koffie op het terras van ons pension.
Om het hoofd, en de rest van me lichaam, een beetje koel te houden stap ik in het zwembad wat in de tuin van het pension ligt, zo, dat is even naar lucht happen, het water is veel kouder dan verwacht.
Lui liggen we in de zon op de stretcher als Hans mee deelt dat hij nog even een paar boodschappen gaat doen, gezellig Hans, gaan we even mee!
Met zijn drieën op weg naar de Tesco!
Ongelooflijk wat een winkel, of je nu nieuwe schoenen nodig hebt, verse broodjes , of je foto’s wilt laten ontwikkelen, dat kan allemaal in 1 winkel.
Dat heet nog eens tijdsbesparing!
Overigens zijn vele grote boodschappenwinkels 24 uur per dag open!
Bekende supermarktketens zijn Tesco, Bila, Albert ( maar dan zonder Heijn ) en de LIDL.
Andere bekende winkelketens/restaurantketens ben zijn we ook volop tegen gekomen deze week,
Mad Donalds, KFC, C&A enz.
Hans en Peter keutelen, na het boodschappen doen, nog ff samen door de tuin.
Morgen, na het ontbijt, gaan we weer richting Nederland, en ik weet nu al zeker, met pijn in ons hart.
Alleen deze planning loopt even anders dan dat we gedacht hadden.
Mijn gezondheid laat mij, voor de zoveelste keer, behoorlijk in de steek.
In combinatie met het feit dat we ook nog hadden vernomen dat er behoorlijk zwaar weer op komst zou zijn hebben we het besluit genomen een paar uur eerder naar huis te rijden.
Eigenlijk zouden we vanavond met Hans nog een heerlijke BBQ doen, maar dat feest gaat jammer genoeg niet meer door.
Peter legt Hans de situatie uit en hij toont alle begrip, mijn man pakt de spullen en Hans helpt zelfs nog mee onze auto in te laden.
Om vier uur stappen Peter en ik in de auto en zwaaien nog, door het open autoraam, naar Hans.
Even rolt er toch een traan bij mij, verdorie, ik heb niet de hele vakantie vol kunnen maken.
Maar als ik aan de andere kant bedenk dat ik, nog geen drie maanden geleden, door een vreselijk uit de hand gelopen operatie, op het randje van de dood, lag te vechten voor mijn leven op de Intensive Care van het ziekenhuis besef ik me dat het eigenlijk een vreselijk groot wonder is dat ik, samen met mijn man, een week in Tsjechie ben geweest !!
Dat ik me handen dicht mag knijpen dat ik zoveel beleefd en gedaan heb in Tsjechie met Peter!
We praten er, tijdens onze terug reis, honderduit over en besluiten gelijk al dat we zeker terug gaan naar dit land, en onze terugkeer laat niet lang op zich wachten.
Tsjechie zal altijd bijzonder blijven, de eerste vakantie die ik weer maakte na een hele nare periode in mijn/ons leven.
Tsjechie zal überhaupt altijd bijzonder blijven!
Wat een land, wat een natuur, wat een mensen, wat een geschiedenis.
Kortom, wat een geweldige vakantie, Tsjechië 2009!

Tsjechie, Miluju Te, Dekuji & Nashledanou!

Wat heerlijk om te lezen,hoe de vakantie is geweest. En wat je zegt wat een natuur.En er is nog veel meer moois te ontdekken in dit prachtige vakantieland.Zowel zomers als s"winters.:zon02: