Turkse taal

Merhaba,

Misschien is het handig als we in dit topic allemaal een handje helpen om de turkse taal te kunnen leren.
Bijvoorbeeld dat iedereen een paar woorden met vertaling neerzet of een paar zinnen die jij weet. En misschien kan iemand anders daar dan weer wat van leren !

:dag:.

Nederlands. Turks. Uitspraak.

Goedendag Iyi günler iejie künler.
Goedemorgen günaydin künajdun.
Goedemiddag iyi öglenler iejie eu:lenler.
Goedenavond iyi aksamlar iejie aksjamlar.
Goedenacht iyi geceler iejie kedjeler.
Hallo merhaba merhaaba.
Tot ziens görüsmek üzere** keurüsjmek üzere.**
Hoi selam sela*m.

Bedankt tesekkürler tesjekkürler.
Beterschap gecmis olsun ketsjmiesj olsoen.
Dank u wel tesekkür ederim tesjekkür ederiem.
Alsjeblieft buyurum boejoeroen.
Alsjeblieft lüften lütfen.
Goedereis iyi yolculuklar iejie joldjoeloeklar.
Smakelijk eten afiyet olsun aafiejet olsoen.
Werk ze iyi calismalar iejie tsjalusjmalar.
Sterkte Allah güc versin allach kütsj wersien.
Welterusten iyi uykular iejie oejkoelar.

Turkse woordjes.

Bu - Dit, Deze.
Ne - Wat.
Otobüs - Bus.
Peki - En; Okè: Nou goed: Goed dan.
O - Die: Dat: Zij: Hij: Het.
Bir - Een; Èen.
Ucak - Vliegtuig.
Su - Deze.
Bardak - Glas.
Kim - Wie.
Bunlar - Meervoud van bu.
Onlar - Meervoud van o.
Kalem - Pen.
Ise - Daarentegen.
Defter - Schrift.
Otobüs garaji - Busstation.
Nerede - Waar.
Burada - Hier.
Degil - Niet; geen.
Baska - Ander(e); anders.
Mahalle - Wijk.
Hangi : Welke.
Esenler : Een wijk in Instanbul.
Yeni : Nieuw.
Simdi : Nu.
Orada : Daar.
Ev : huis.
Kadiköy - Een stadsdeel van Istanbul.
Durmak - Stoppen.
Gitmek - Gaan.
Kalmak - Blijven.
Okul - School.
Kilim - Kleed.
Hali - Tapijt.
Pasaport - Paspoort.
Carsi - Winkelcentrum.
Dükkan - Winkel.
Ama - Maar.

Aksam - Avond.
Araba - Auto.
Biz - Wij.
Bardak - Glas.
Cam - Ruit.
Cüzdan - Portemonne.
Cicek - Bloem.
Cocuk - Kind.
Deniz - Zee.
Ders - Lers.
Ekmek - Brood.
El - Hand.
Firsat - Gelegenheid.
Fiyat - Prijs.
Göz - Oog.
Gün - Dag.
Degil - Niet, geen.
Harita - Plattegrond, kaart.
Hesap - Rekening.
Izgara - Grill, rooster.
Irmak - Rivier.
Isim - Naam.
Insan - Mens; iemand.
Jeton - muntje.
Jilet - Scheeermesje.
Kalkis - Vertrek.
kapi - Deur, poort.
Limon - Citroen.
lokanta - Eethuis.
Masa - Tafel.
Manzara -Uitzicht, landschap.
Neden - Waarom.
Nasil - Hoe.
Oda Kamer.
Orman - Bos.
Ögle - Middag.
Öpmek - Kussen, zoenen.
Para - Geld.
Postane - Postkantoor.
Rehber - (reis)gids.
Rüzgar - Wind.
Sabah - Ochtend.
Su - Water.
Seker - Suiker.
Sise - Fles.
Tatil - Vakantie.
Tepe - Heuvel.
Ucak - Vliegtuig.
Ucuz - Goedkoop.
Üzüm - Druiven.
Ülke - Land.
Varis - Aankomst.
Vücut - Lichaam.
Yarin - Morgen.
Yemek - Eten.
Zarf - Envelop.
Zaman - Tijd.

Iyi - Goed.
Hayir - Nee.
Nasil - Hoe.
Degil - Niet.
De/Da - Ook.
Ben - Ik.
Güzel - Mooi.
Sen - Jij.
Memnun - Tevreden.
Evet - Ja.
Biz - Wij.
Siz - U; Jullie.
Onlar - Zij Die Dat (meervoud)
Bos - Leeg; vrij.
Gül - Roos.
Sandalye - Stoel.
Masa - Tafel.

Ik weet niet precies waar al de turkse tekentjes zitten op mijn toetsen bord dus bij
sommigen woorden horen en nog dingen onder of boven…

Hoe je de letters uitspreekt.

A - als in pak; band.
B - als in boer.
C - dzj als in jazzmuziek.
D - als in doen.
E - als in mes.
F - als in fijn.
G - als in het engelse woord good.
H - als in haar.
I - niet precies te vergelijken maar lijkt een beetje op de laaste e in vergeten.
J - als de j van jam of jus.
K - als in kaal.
L - als in lam.
M- als in maan.
N - als in ene.
O - als in bos of pot.
P - als in pen.
R - als in roer.
S - als in sla.
T - als in tak.
U - als in doek.
V - tussen de w&v of als wraak.
Y - als de nederlandse j in jawel.
Z - als in zeep.

Oefeningen die je kunt doen.

Welke van de volgende meervoudsvormen is juist.

a evler.
b avlar.

a üzümlar.
b üzümler.

a masalar.
b masaler.

a denizler.
b denizlar.

Zet de volgende woorden in het meervoud.

otobüs (= de bus)
otobüsler (= de bussen)

oda (= de kamer)
odalar (= de kamers)

1 ucak.
2 bardak.
3 kapi.
4 limon.
5 sisi.
6 güz.
7 üzüm
8 harita

Welke van de volgende woorden is juist ?

a Istanbul’da
b Istanbul’de

a Izmir’de
b Izmir’da

a Almelo’de
b Almelo’da

a evde
b evda

Zet de volgende woorden in de 5e naamval.

vb. Hollanda (= Nederland)
Hollanda’da (= in Nederland.

vb. Ingiltere (= Engeland)
Ingiltere’de (= in Engeland)

vb. Jacqueline
Jacqueline’de (= bij Jacqueline)

1 Türkiye.
2 Amsterdam.
3 Istanbul.
4 Izmir.
5 Hengelo.
6 Diyarbakir.
7 Kadiköy.
8 Pülümür.
9 Ali.
10 Nina.

Oefeningen die je kunt doen.

Zet de volgende woorden in het meervoud :
araba, ev, yemek, tatli, bahce en göl.

Wat is het (onregelmatige) meervoud van :
saat, rol, harf, hal en kalp.

Maak de bezitsvormen voor ‘‘mijn’’ van :
ev, bahce, okul, araba, göl, at en ad.

Maak de bezitsvormen voor ‘‘jouw’’ van :
ev, bahce, okul, araba, göl at en ad.

Maak de bezitsvormen voor ‘‘haar’’ van :
ev, bahce, okul, araba, göl, at en ad.

En doe dit ook met ons, onze, jullie hun enc.

Meervoud.

De achtervoegsels ler/lar hebben te maken met de klinkers die in de woorden zitten. Ler/lar maken de woorden meervoud. Les- lessen : ders – desler / vader – vaders : baba – babalar.
a/o/u/[ı](javascript:play_text(%22%C4%B1.%22,%22tr%22)) dan krijgt het achtervoegsel een a. Is de laatste klinker een e/i/ö/ü dan word het een e.

Aanwijzende naam woorden.

Bu: dit, deze / su: die, dat / o: die, dat. En hier heb je ook een meervoudsvorm van… Bunlar: deze / sunlar: die / onlar: die.

Tijds & plaatsbepaling.

Dit doen we met de/da. Hier word ook weer de manier met klinkers toegepast. Op school: okulda. Bij de chauffeur: soförde. Met plaatsnamen komt er altijd een > ‘achter de plaats en daarna pas da of de.

En dit kan je ook weer doen met bu, su en o. Burada of burda: hier / surada of surda: daar / orada of orda: daar.

Gebiedende wijs.

Dit is de stam nu hebben we te maken met mek/mak… Dit kan je vraag of antwoord ontkennend maken. Gel: kom / gelme: kom niet. [yüz](javascript:play_text(%22y%C3%BCz.%22,%22tr%22)):is zwem / [yüzme****](javascript:play_text(%22y%C3%BCzme.%22,%22tr%22)): zwem niet. En dit heeft ook weer met de klinkers te maken in de woorden, wat dan nu weer de uitgangen worden.

De grote klinkerharmonie.

Ipv twee klinkers gaat het hier om 4 klinkers, **[ı](javascript:play_text(%22%C4%B1.%22,%22tr%22)),u,i,ü. **De regel is de volgende : laatste klinker **a **of **[ı](javascript:play_text(%22%C4%B1.%22,%22tr%22)) = [ı](javascript:play_text(%22%C4%B1.%22,%22tr%22))/o of u = u / e of i = **i / ö of ü = ü


Vraagwoord mi.**

In het Nederlands kun je een zin vragend maken door de zin te veranderen. In het Turks word dit vervangen door het woordje mi dat bestaat uit vier vormen, mi,m[ı](javascript:play_text(%22%C4%B1.%22,%22tr%22)), mu en mü. Het word niet aan het word vastgekoppeld maar gewoon na het word geplaatst waar de nadruk op ligt. Bijvoorbeeld : is die man Turks ? Su adam türk ? En dat het is heeft weer te maken met de grote klinkerharmonie.

Persoonlijke naamwoorden.

Ik » ben / Jij » sen / Hij, zij, het » o / Wij » biz / Jullie, u » siz / Zij » onlar.

Het werkwoord zijn.

Hier staat elke keer (x4) achter en ik denk dat dat heeft te maken met de grote klinkerharmonie.

Ik ben » (y)im / jij bent » sin / hij,zij, het is » dir / wij zijn » (y)iz / jullie zijn, u bent » siniz / 4 / zij zijn » dirler, d[ı](javascript:play_text(%22%C4%B1.%22,%22tr%22))rlar, dürler en durlar.

De (y) staat dus voor de y die als verbindingsletter word gebruikt tussen twee klinkers.

Super deems!
zal er binnekort ook wat aan gaan doen hihi
heel erg fijn zown topic! :smiley:

Dit past beter bij het forumonderdeel Turkse taal

Ik ook!!
Dus ik zet het over daarheen

Maar zeker een goed topic Deems!!!

Hihi ik had het helemaal niet door dat ie is verplaats. Dankjewel !

De ontkennende vorm van zijn.
Voor ontkenning van het werkwoord ‘’zijn’’ gebruiken we ‘’degil’’. Degil word achter het werkwoord geplaatst waarop de ontkenning betrekking zijn en de persoonsuitgang en wordt enkel gebruikt met het werkwoord ‘’zijn’’. In de derde persoon enkelvoud wordt –dir vaak weggelaten. De persoonsuitgang wordt gevormd met de i van ‘’degil’’.

Vragende vorm van zijn.

De vragende vorm van zijn word gevormt door mi natuurlijk enkel wanneer er geen vraagwoord in de zin voorkomt. Mi word geplaatst tussen het bassisword en de persoonsuitgang met uitzondering van de derde persoon meervoud aar komt mi na de persoons uitgang. Vragend + ontkennend : ‘’degil’’ gevolgd door mi + persoonsuitgang.

Voorbeelden.

Ik ben ziek: Hatayim / Ben ik ziek: Hasta miyim ? / Ik ben niet ziek: Hasta degilim / Ben ik niet ziek: Hasta degil miyim.

meervoud en 5e naamval weet ik al :smiley:

ik kan alleen dat bu, o, niet uitelkaar houden =(
weet iemand daar misschien een makkelijk truckje voor ? whahaha
heb daar echt moeite mee hihihi

een linkje om gratis woord oefeningen te doen.
Bovendien net wat gramatikale oefeningentje geplaatst.
Er is ook een programmatje (teach2000) te downloaden om op je eigen computer te oefenen.

Niktaa : ik ben ook druk bezig met het onthouden van die dingen maaruhh ik moet daar ook nog wat op zien te verzinnen…

Jschoonh : dankjewel, dat ga ik zeker gebruiken !

Ik zal binnekort meer uitleg en oefeningen plaatsen. Maar ik moet het even over typen in word allemaal en het allemaal voor mezelf even duidelijk maken !

Leuk die site! thanks!

Deems: Hmmm hahaa okee, nou mocht ik ooit met een truckje komen laat ik t je wel weten, haha, hou er nu maar een papiertje bij dat bu -deze dit is en o die dat.
pfff kan t op 1 of andere manier niet blijven onthouden:mad:

Nikitaa : haha ik heb 100 papiertjes waar aantekening en dingen op staan maar het blijft toch allemaal niet helemaal hangen =(, haha nou ga er iets op verzinnen om het te onthouden ik ga ook kijken of daar ezelsbruggentjes voor zijn hihi !

Een handige tip misschien, op de site www.wrts.nl kun je je eigen woordenlijst samen stellen en later kan je jezelf overhoren !

Succes.

  1. Allereerst heb je een schriftje of notitieboek nodig om nieuwe dingen in op te schrijven. Zelf heb ik een apart schriftje voor woorden en grammatica. Hier schrijf ik ook woorden in op die ik op de TV hoor of op een verpakking lees. Als je er een verhaaltje bij weet, onthoud je het woord op de een of andere manier toch beter.

  2. Je kan ook kaartjes maken. Dan schrijf je aan de ene kant het Turkse woord en aan de andere kant het Nederlandse woord. Dan neem je de stapel in je hand en bekijk je de ene kant en raad je wat er aan de andere kant staat. Zo leer je het eerst van Nederlands naar Turks en daarna van Turks naar Nederlands. Je kan er zelfs plaatjes bij plakken maar dat is wel heel veel werk. Zo heb ik stapeltjes bij thema’s gemaakt: een stapeltje met lichaamsdelen, met groente, …

  3. Je kan ook plaatjesvellen maken. Dan neem je een vel papier en daar plak je plaatjes op en daar schrijf je dan het woord onder.

  4. Je kan ook briefjes in je huis plakken. Een briefje op de tafel met ‘masa’, een briefje op de stoel met ‘sandalye’, …

  5. De grammatica is moeilijker om te leren. Het enige dat bij mij werkte was alle rijtjes net zo vaak over schrijven tot ik ze eindelijk kende.

  6. Dan kan je nog proberen jezelf te vertellen in het Turks wat je aan het doen bent om te kijken of je het weet.

Op een andere site vond ik nog deze tips, misschien ook handig om te gebruiken bij het onthouden van dingen !