Column 53: de Semana Santa beleven als Jerezaanse

De Semana Santa beleven als Jerezaanse

De week voor Pasen was hier wederom een bijzondere week. De heilige week – de Semana Santa. Voor mij was het dit jaar extra speciaal, omdat ik het voor het eerst zou ervaren zoals de Jerezanos dat doen. Ik geloof niet dat ik deze ervaring snel zal vergeten. Het was een intensieve, indrukwekkende en soms ook vermoeiende week waarin ik veel geleerd heb. Zowel over het geloof als over hoe de Spanjaarden daar mee omgaan.

Het is bekend dat de Spanjaarden zeer katholiek zijn. Toch is dat lang niet altijd zichtbaar. Zo gaan ze hier bijvoorbeeld absoluut niet vaak naar de kerk. Velen gaan zelfs nooit. Inmiddels heb ik geleerd dat het geloof hier veel meer iets is, wat ze in hun dagelijks leven met zich meedragen. Je ziet het niet, maar het is er wel degelijk en in een heilige week zoals die van vorige week, merk je werkelijk dat het simpelweg een deel van ze is.

Zo ook hier in het zonnige zuiden. Elke Andalusier groeit op met de Semana Santa. Van jongs af aan leert hij deze te waarderen en respecteren. Eenvoudig gezegd wordt in deze week de lijdensweg herdacht van Christus voor zijn sterven. Het is typisch iets van Andalusië om dit in elke stad en in elk dorp te herdenken en vieren door middel van processsies, waarbij het Christusbeeld en, als dit er is, ook het beeld van de Heilige Maagd uit verschillende kerken door de stad gedragen worden.

Deze processies, of “pasos” zoals ze hier heten, worden uitgevoerd door broederschappen. Elk broederschap behoort tot een bepaalde kerk en heeft zijn eigen afbeelding van de laatste tocht die Christus afgelegd heeft. Zo heb je onder andere Christusbeelden van de “genade”, de “vrede”, de “gevangenneming”, de “goede dood”, “liefde en opoffering” en nog vele meer. Elk beeld verwoord een nog stervende of reeds gestorven Christus.

De week begint voor ieder broederschap gelijk: voordat de Heilige week begint is er een levanto – het tillen. Een ceremonie van het eerste keer officieel optillen van het Christusbeeld. Vaak wordt het tegenover het beeld van de Heilige Maagd geplaatst, indien dat aanwezig is. Ieder broederschap heeft dan in de Semana Santa één paso. Mocht die niet door kunnen gaan, door bijvoorbeeld regen, dan is dat een enorme teleurstelling voor iedereen.

De uiteindelijke paso gaat vanaf de eigen kerk of parochie naar de kathedraal en dan weer terug. Hoe verder deze dus van de kathedraal af is, hoe langer de paso duurt. De langste dit jaar duurde ongeveer tien uur. Veel leden van het broederschap gaan mee. Onder de beelden gaan zeker dertig personen en met wat geluk heeft een broederschap meerdere aflossingen hiervoor, maar niet altijd. De overigen gaan mee als boetelingen in de zo bekende boetekleden met de gepunte mutsen.

Het geheel is heel indrukwekkend. De devotie die men heeft voor hun geloof, straalt af van deze processies. Het geeft een bijzonder saamhorigheidsgevoel, van zowel de leden van de broederschappen, als van de rest van de mensen, die toekijken en zelfs supporteren. Het maakt niet uit welke tijd van de dag het is, iedereen is er voor elkaar. Vooral dedragers vond ik heel bijzonder, met hun vaak oververmoeide lichamen, maar het gezicht steeds vol kracht en doorzettingsvermogen.

Liefs,
Carolina