U zit op een terrasje in Bangkok. Plotseling staat een olifant achter u. De bijbehorende mahout (oppasser) laat het beest trompetteren of een buiging maken. Dat alles om u wat geld uit de zak te kloppen, zogenaamd voor eten van de dikhuid.
Ondanks alle pogingen van de Thaise overheid om olifanten uit het straatbeeld in Bangkok te weren, blijven de mahouts met hun beesten naar Bangkok komen. Dat ze niet thuishoren in deze stedelijke omgeving, mag duidelijk zijn. De mahouts weten dat, zeker toeristen, gevoelig zijn voor een appèl op de honger van de olifant. De officiële instanties raden Thai en toeristen af om door het geven van geld mee te werken aan het onnatuurlijke leven dat de vaak jonge olifanten in Bangkok leiden. Ze worden soms aangereden of vallen in een van de vele gaten in de weg. Ook de behandeling door de mahout laat vaak te wensen over.
Geld geven aan bedelende mannen of vrouwen moet eveneens worden ontraden. Onlangs heeft de politie in de badplaats Hua Hin geprobeerd ruim honderd bedelaars op te pakken. Dat is niet gelukt, omdat zij vrijwel allemaal beschikken over een mobiele telefoon. De bedelaars blijken deel uit te maken van een georganiseerd netwerk en waarschuwen elkaar via het mobieltje.
De Thaise overheid is daarnaast begonnen met een actie tegen kinderen die bij nacht en ontij bloemen verkopen in de buurt van stoplichten. Onlangs is een verkopend meisje van negen jaar bij haar ‘werk’ omgekomen. De Thaise regering stelt strenge straffen en boetes in het vooruitzicht aan ouders die hun kinderen op deze manier exploiteren.