Den Haag Negeerde 60 Jaar Een Datum

Den Haag negeerde 60 jaar een datum
Bron Trouw
2005-07-27 -

Om aan de gevoeligheden onder oud-Indiëgangers recht te doen, gaat minister Bot zich haasten.

Hij wil niet ontbreken bij de jaarlijkse herdenking van de Japanse capitulatie bij het Indisch monument in Den Haag, op 15 augustus. Twee dagen daarna heeft hij een bijzondere afspraak in Jakarta.

Door zijn aanwezigheid bij het monument wil de minister van buitenlandse zaken tonen dat hij oog heeft voor de Indische gemeenschap in Nederland, ook nu een lid van de regering voor het eerst vertegenwoordigd zal zijn bij de onafhankelijkheidsviering in Indonesië, op de gevoelige datum van 17 augustus.

Achtereenvolgende kabinetten lieten het erbij zitten. De Indonesische feestdag ter viering van de eenzijdige onafhankelijkheidsproclamatie in 1945 door de latere president Soekarno, werd hooguit door de ambassadeur bijgewoond. Voor Nederland bleef het formele afscheid van de kolonie vastgesteld op 27 december 1949, de soevereiniteitsoverdracht in Amsterdam.

Het was schipperen: Den Haag verkoos respect voor de Indische gemeenschap en bleef daarnaast rechtvaardiging zoeken voor de politionele acties, waarmee tussen 1945 en 1949 het gezag moest worden hersteld in een land dat zichzelf al onafhankelijk had verklaard.

Veel tempo zat er niet in bij het ontwarren van die knoop. Vergeleken met andere mogendheden loopt Nederland ver achter met het accepteren van de Indonesische geschiedenisboekjes.

Bot gaat nu zestig jaar Indonesische vrijheid meevieren, terwijl al tien jaar geleden minister Pronk vond dat Nederland moest erkennen dat Indonesië op 17 augustus 1995 haar vijftigste verjaardag vierde. Het kwam er niet van, een staatsbezoek van de koningin werd toen zo gepland dat zij twee dagen na het feest in Jakarta arriveerde.

De zeeën in Nederland gingen juist in die periode extra hoog, omdat minister van buitenlandse zaken Van Mierlo een visum verleende aan Poncke Prince. Deze Indonesische mensenrechtenactivist, die als Nederlands militair overliep naar de Indonesische vrijheidsstrijders, werd door de oud-strijders van de politionele acties beschouwd als een landverrader. In die hectiek vond het kabinet-Kok 1995 geen geschikt moment om het oude taboe rond de 17de augustus te doorbreken.

,Eindelijk erkent Nederland ruimhartig de onafhankelijkheidsdatum”, verzuchtte PvdA-buitenlandwoordvoerder Koenders gisteren. ,We zijn er spastisch mee omgegaan. De politiek liet zich gijzelen door de Indië-veteranen. Den Haag was verantwoordelijk voor hun uitzending, maar nam later niet de verantwoording om dit probleem met Indonesië op te lossen.”

Bot beschikt over twee voordelen waardoor hij de reis nu wel kan maken. Het eerste is een beetje cynisch: hij zat zelf als jongen in een jappenkamp. Ten tweede: hij heet geen Van Mierlo.

Een oud-Indië-strijder, secretaris H.M. Vos van de Vereniging Nieuw- Guinea-militairen, ziet het zo: ,Natuurlijk zijn er in onze kringen nog veel klachten. Die gaan over het gebrek aan waardering voor Indië-veteranen. Wij kregen nooit de nazorg zoals de veteranen van de huidige vredesmissies. We werden bij thuiskomst aan ons lot overgelaten.”

,Met de stap die Bot nu zet heb ik echter geen problemen, zoals ik destijds wel had met de actie van Van Mierlo. Uiteindelijk moeten we verder met dat land. Als oud-strijders zijn we soms rancuneus, maar dat zijn we niet ten aanzien van Indonesië en ook niet over Bot”, zegt Vos.

Indonesiërs laat het koud of Bot op 17 augustus komt of niet. Voor hen is deze dag allang een erkende feestdag. Nederland is onbelangrijk voor het gigantische eilandenrijk met zijn meer dan 200 miljoen inwoners. De Indonesische media besteedden gisteren geen aandacht aan het aanstaande bezoek van Bot.