MEXICO-STAD, 7 januari 2008 (IPS) - De Mexicaanse landbouw gaat een zwart jaar tegemoet, voorspellen critici van het Noord-Amerikaans Vrijhandelsakkoord (Nafta). Amerikaanse boeren kunnen sinds begin dit jaar zonder beperkingen maïs exporteren naar Mexico en dat zou veel kleine boeren de das omdoen. Maar volgens experts is de grootste schade al aangericht: de voorbije negen jaar voerde Mexico al veel Amerikaanse maïs in.
‘Sin maíz no hay país, sin frijol tampoco ¡Pon a México en tu boca!" (Zonder maïs of bonen houdt Mexico op te bestaan: Eet Mexicaans!). Met die slogan voerden kleine boeren in Mexico de voorbije week actie tegen de volledige vrijmaking van de landbouwhandel met de VS. Op nieuwjaarsdag blokkeerde een 200-tal actievoerders één van de vijftien grensovergangen tussen Mexico en de VS. De dag daarop werd er betoogd voor de Amerikaanse ambassade in Mexico-stad. Op 31 januari komt er een grote betoging in de hoofdstad, beloven boerenorganisaties.
Het vrijhandelsakkoord tussen Mexico, de VS en Canada dat in 1994 van kracht werd, bepaalde dat de landbouwhandel tussen de drie landen op 1 januari 2008 helemaal zou worden vrijgemaakt. Mexico schafte daarom op 31 december de laatste invoerheffingen en quota’s voor maïs, bonen, suiker en melkpoeder af. Maïs en bonen zijn de basisingrediënten van de Mexicaanse keuken en traditioneel de belangrijkste gewassen voor veel kleine Mexicaanse boeren.
De actievoerders willen dat er opnieuw importquota of heffingen komen, tot de Mexicaanse boeren bestand zijn tegen de concurrentie van de veel grotere Amerikaanse maïsproducenten. Import kan volgens hen alleen om eventuele tekorten te dekken.
Maar dat is precies wat de voorbije negen jaar al op grote schaal is gebeurd. “De Mexicaanse regering staat al sinds 1996 elk jaar tolvrije import van maïs toe om de plaatselijke productie aan te vullen”, zegt de Mexicaanse handelsexpert Luis de la Calle. Eventuele negatieve gevolgen van de vrijmaking van de maïshandel zijn dus al lang opgetreden, oordeelt De la Calle, van 1994 tot 2006 vice-minister van Handelsonderhandelingen.
Heronderhandeling
Miguel Colunga, de voorman van de Nationale Campagne ter Verdediging van Voedselsoevereiniteit en voor de Revitalisering van het Mexicaanse Platteland, maakt zich sterk dat de 300 sociale en boerenorganisaties die zich achter de campagne hebben geschaard, genoeg druk kunnen uitoefenen om tot een heronderhandeling te komen van de verdragen met de VS en Canada.
Volgens Colugna krijgt de eis voor nieuwe onderhandelingen steun in het Mexicaanse parlement. Maar De la Calle en andere experts achten het onwaarschijnlijk dat er een heronderhandeling komt. De regering van de conservatieve president Felipe Calderón is er in elk geval geen voorstander van. Volgens de regering biedt de vrijmaking van de markt ook kansen: Canada en de VS hebben ook een einde moeten maken aan alle invoerheffingen en quota.
Calderon heeft aangekondigd dat er meer steun komt voor de Mexicaanse boeren om de toenemende concurrentie aan te gaan. Volgens Colunga zijn de voorbije regeringen daarin zwaar tekort geschoten. “De steun werd net afgebouwd; de kleine boeren werden aan hun lot overgelaten. Dat valt te merken aan de toenemende migratie naar de steden en naar de VS.”
Colunga, die op een bedrijf van 10 hectare in de Noord-Mexicaanse deelstaat Chihuahua sorghum verbouwt, zegt dat hij elk jaar maar nipt het failliet kan vermijden.
Op het Mexicaanse platteland leven 20 miljoen mensen. Driekwart daarvan is straatarm. Van de 31 miljoen hectare landbouwgrond in het land wordt minder dan een miljoen hectare gebruikt om exportgewassen te telen. Mexico voert veel tomaten, sla, broccoli, avocado’s en mango’s uit naar de VS. Maar Mexicaanse producenten van bulkproducten als maïs en bonen zijn niet opgewassen tegen hun Amerikaanse concurrenten.
Als gevolg van schaalvoordelen, automatisering, technologische verschillen en veel hogere subsidies in de VS kost de productie van maïs volgens de Nationale Federatie van Kleine Boeren (CNC) in Mexico 300 keer meer dan in de VS, terwijl een hectare in de VS 3,5 keer meer maïs oplevert dan in Mexico.
Volgens Colunga is het grootste probleem het gebrek aan overheidssteun voor de boeren. “De problemen waarmee het Mexicaanse platteland worstelt, dateren van de jaren ’80, voor de Nafta dus. Toen al deden onze regeringen niets meer voor de landbouw. Daarna gingen de markten open en kwam er nog altijd geen steun. Daardoor raakten we verzeild in de situatie waarin we ons nu bevinden.”
Het CNC rekent voor dat een gemiddelde boer in de VS 20.000 dollar steun per jaar krijgt. Zijn Mexicaanse collega ontvangt niet meer dan 770 dollar per jaar.
Bron: mo.be