http://www.reizennaariran.com/422908399
Reis IRAN 28 september – 9 oktober 2014
Deelnemers:
Frans Smit, Saba Tavakoli, Estell en Ed d’Hondt, Monique en Harrie Sturm, Jan Boley, Greet en Denis Schils, Hans en Til van den Heuvel.
Voorbereiding
In februari 2014 begint de reis vorm te krijgen met een email van Frans, waarbij hij ons een door Saba gemaakt voorstel doet voor een jaarclubreis naar Iran. Het voorstel ziet er goed uit. Gerekend wordt met 10 man. Er zijn 9 belangstellenden vanuit de jaarclub en wij schoffelen er Moniek en Henri en Til en Hans nog bij, die zich in ons gezelschap uitstekend aanpassen. Een puik voorbeeld van integratie. Wel zijn er vragen. Er ligt een negatief reisadvies van Buitenlandse Zaken; voor verzekeraars, zo melden de websites, een reden om geen reisverzekering af te sluiten. Bij navraag blijkt dat echter geen probleem. We gaan aan de slag met de voorbereidingen. Visumaanvraag, kledingvoorschriften. Wat mag,wat mag niet? Kleding niet te strak? Conservatief sluieren of meer lichtzinnig? Gooit dan in september 2014 ISIS nog roet in het eten? Er wordt druk geëmaild. Twee medereizigers haken af. De rest gaat. God zegene de greep; in dit geval Allah.
Zondag 28 september 2014 Teheran
Teheran is in eerste aanblik meer een grote dan een oude stad. 13 miljoen inwoners op een oppervlakte van 1650 km². In het noorden wordt de stad begrensd door de uitlopers van het Alburggebergte, met als hoogste top de Damavand (5671 meter). Teheran is sinds 200 jaar de hoofdstad van Iran en is centrum van het culturele, sociale en politieke leven. We zullen hier prachtige paleizen bekijken gebouwd in de periode vanaf de Qajarenvorsten tot de Pahlevi dynastie.
Om ca 9 uur ontmoeten de leden van de groep elkaar op Schiphol. Saba en Frans verwelkomen iedereen rond die tijd bij de ontvangstbalie van Air Iran. Instapkaarten worden verzorgd, de bagage afgegeven. Het wachten tot aan vertrek om 11.55uur begint. Dan blijkt er vertraging. Uiteindelijk vertrekken we ruim een uur later richting Teheran, maar, naar blijkt, eerst naar Boedapest. De boycot brengt mee dat Air Iran in Nederland niet mag tanken. In Boedapest kennelijk wel. Met die tussenstop en de opgelopen vertraging bereiken we Airport Khomeini pas na 21.00 uur. Dan begint het. Wel voor de landing sluieren, maar de kledingvoorschriften worden soepel gehanteerd. Op het vliegveld grote portretten van Khomeini en Khamenei. Dit duo zal ons overal volgen. Op overheidsgebouwen, moskeeën en andere openbare gebouwen. Maar, ook vaak in winkeltjes en restaurants als de padres Pio’s van Iran.
We rijden naar de stad en maken er een korte rondrit, waarbij we het in de nacht felrood gekleurde Azadi (vrijheids)monument bezoeken. Het gebouw is 45 meter hoog, is opgetrokken uit staalbeton en bedekt met 25000 platen wit marmer. Dit monument werd in 1971 door architect Hossan Amanad in opdracht van de Sjah en onder supervisie van Farah Diba als Sjah gedachtenis monument gebouwd. Dat gebeurde bij de herdenking van het 2500-jarig bestaan van het Perzische Rijk. Een werkelijk indrukwekkende toren en dito plein met veel verkeer overigens. Intussen is het laat. We begeven ons naar ons hotel, het Marlik hotel Niemand heeft nog lust om uit te gaan eten. We maken in de lounge kennis met het Iraanse alcoholvrije bier, dat we de komende dagen als dé dorstlesser zullen omarmen.
Abasi hotel in Isfahan
Ed d’Hondt
Maandag, september 2014 Teheran en vliegtocht naar Shiraz
Vroeg weer op om om 07.30 uur aan het ontbijt te zitten. Na het ontbijt gaan we naar het archeologisch museum. Pech. Het museum is ‘s-maandag’s gesloten. Op straat is het al een drukte van jewelste. Het verkeer regelt zich zelf. Geen politie te zien. Het is geven en nemen. Goed opletten en af en toe inhouden. Zonder dralen rijden we naar het paleis Golestan, een enorm paleis, dat tussen de vele overheidgebouwen zo op het eerst oog verscholen ligt. Op de overheidsgebouwen, hier zowel als elders, overal Koran-teksten, die bemoedigen, waarschuwen en wijzen op de plichten jegens de armen. Tegenover het paleis staat een oude moskee, befaamd omdat daar Khomeini zijn revolutie tegen de Sjah is begonnen. Er is een enorme drukte van bewakers met portofoons en werklieden die de moskee in orde moeten brengen voor een die dag te houden uitvaartdienst voor een hoge imam. We hebben tijd om alles goed te bekijken; het paleis gaat pas om 10.00 uur open. Het complex bestaat uit een zomer- en winterpaleis en ook een all-seasons paleis. De Golestan paleizen zijn in de 18e en 19e eeuw gebouwd door de Qajaren Sjah’s . De paleizen zijn gebouw rond een grote binnentuin met bomen, planten en waterpartijen. De bassins zijn leeg. Een zekere verwaarlozing van dit enorme complex -i.t.t. het perfecte onderhoud van vele moskeeën naar we later zullen merken- is zichtbaar. We wandelen door het park en door de zalen van het paleis, waar spiegelzalen in alle kleuren en formaten te bezichtigen zijn. Een enorme veranda met een albasten troon valt het eerst in het oog. Veel kunstnijverheid, prachtige inheemse en westerse architectuur is zichtbaar. Talloze mozaïeken in grote en kleine afbeeldingen. We fotograferen ons wezenloos. Drinken koffie in een typisch Iranees koffiehuis op het complex. Ons volgende doel is een enorme bazaar, waar je met gemak kunt verdwalen. De bazaar kent gespecialiseerde wijken, dameskleding, herenkleding, huisraad, schoenen, levensmiddelen etc. Er is een enorme drukte. Alles lijkt goed geordend. We eten in een typisch Iraans restaurant in de bazaar. Buiten staat een grote rij, binnen is het zeer druk. Op twee niveau’s wordt aan lange tafels gegeten. Saba weet behendig mensen voor onze groep plaats te laten maken. Het eten bestaat uit diverse schotels rijst met gedroogde bessen, kebab, shaslik, groene sla,naanbrood en maltbier met verschillende smaken. Na het eten geen rust. In gezwinde vaart gaan we naar de Nationale Bank van Iran, waar de sieraden van Palhavi en zijn voorgangers worden geshowd. Ook de pauwentroon staat er. We worden er rondgeleid.
‘s Avonds transfer naar naar Shiraz. Op weg naar het vliegveld bezoeken we nogmaals het Vredesmonument op het plein. Ook bij daglicht zien tower en plein er indrukwekkend uit. Op het vliegveld, Mehrabad Airport, een kleine teleurstelling. Ons vliegtuig heeft een ernstige vertraging wegens technische problemen aan de motor!! Niet leuk als je leest dat er hier nog al eens een vliegtuigje uit de lucht valt omdat er te weinig onderhoud is gepleegd. We horen dat Saba ook in die omstandigheden haar mannetje staat. Twee en een half uur te laat vertrekken we naar Shiraz. Aankomst om 22.30. We hebben een comfortabel hotel Karim Khan met een mooie lounge. We drinken de aangeboden thee. Saba wordt verwelkomd door haar familie. We eten nog wat en om 24.00 naar bed.
Dinsdag 30 september 2004 Verkenning Shiraz
Shiraz ligt op 1500 meter hoogte, maar door de bergen is er een goede watertoevoer. De stad is heel groen. Langs de wegen staan veel bomen, o.a. palmen en sinasappel. Ook veel parken met een grote diversiteit aan bomen en planten (inclusief de Latijnse namen), afgewisseld door lanen en waterpartijen. Her en der dikke rijen afrikaantjes.
Na het ontbijt wandelen we naar het wisselkantoor om euros tegen Iraanse Rials in te wisselen. Ieder voor zich en Saba voor ons allen. Wisselkoers 1€ vs. 41.000 Rials.
We starten met een bezoek aan de graftombe van Hafez. Het monument ligt in het noorden van Shiraz, even ten noorden van de rivier de Khoshk. Om het monument is in het verleden veel strijd geleverd. De huidige bouw, bestaande uit twee opengewerkte paviljoens, stamt uit 1935. Een ommuurde, prachtige, bloemrijke tuin met sinasappelbomen kleedt het geheel aan. Haafez leefde omstreeks in de 14e eeuw. Hij was als hofdichter zeer geliefd bij het volk. Zijn gedichten en die van andere beroemde dichters uit die periode leven nog steeds voort en vormen een onderdeel in het schoolprogramma. Op de parkeerplaats bij de ingang verkoopt een man met een vogeltje waarzeggende spreuken van de dichter. Het vogeltje pikt het voor ieder geschikte gedicht uit de bundel. Saba leest ze voor bij het graf van Hafez. Daarna werpen we een eerste blik op de Koranpoort op weg naar de graftombe van Saadi, eveneens een beroemde Iraanse dichter, afkomstig uit Shiraz. Na gevlucht te zijn en 20 jaar omzwervingen kwam Saadi weer terug in Shiraz en genoot daar blijvende bescherming van de heerser van het gebied Fars. Zijn beroemste werk is Goelestan ,“Rozentuin”. Het mausoleum ligt in de Delgostantuin, een ommuurde tuin met cypressen, citrus, dennen, notenbomen en een kleur aan bloemen. Een visvijver loopt van de ingang recht naar het mausoleum. Een rechthoekig gebouw in drie verdiepingen, waarvan de ingang bedekt is met geglazuurde tegels. Op de eerste verdieping bevindt zich een achthoekige ruimte waarin een vijver is gebouwd bedekt met blauwe tegels. Het plafond bestaat uit een eenvoudige koepel met een luchttoevoer in het midden. In het gebouw bevinden zich ook vier koninklijke kamers met vier engelen aan iedere zijde het rechthoekige gebouw. Rondom de tombe staan zeven marmeren platen met zeven verzen uit Saadi’s gedichten. In de schaduw van bomen op het complex drinken we wat en maken kennis met een typisch Shiraz ‘drankje, rijstijs. We bezoeken het Naranjestan Paleis met tuin. Lopen door de bazaar. De sfeer is, zoals op de reis, ontspannen, rustig en vredig. Men is vriendelijk en spreekt men een woordje Engels dan probeert men contact te maken. We bezichtigen de Spiegelmoskee, overweldigend door alle spiegelfacetten vooral met de kleurtoon groen. Natuurlijk gescheiden delen voor mannen en vrouwen. Onze dames moeten zich kleden in een chador. Her en der liggen mannen te bidden of te slapen. De schrijn wordt door de bezoekers gekust. Op de grond in de schrijn ligt het bezaaid met bankbiljetten, die je via gleuven naar binnen kunt gooien. Op een heerlijk zonnig terras genieten we van lekkere koffie bij het 17 eeuwse Zandieh complex (kasteel, bad, bazaar, moskee).
Via klein straatjes met oude huizen en lunch op straat met naan brood komen we bij de Vakil Moskee, de roze moskee, en een paradijselijk tuin. De moskee werd gebouwd tussen 1751 en 1773, tijdens de Zand dynastie. Vakil betekent regent, titel die Karim Khan, stichter van de dynastie gebruikte. Hij koos Shiraz tot hoofdstad en liet er vele gebouwen bouwen, waaronder ook deze moskee. De moskee heeft een oppervlakte van 8660 vierkante meter en heeft twee iwans (normaal vier) aan de noordoost- en zuidwestzijde van een groot open plein. De iwans en het plein zijn versierd met typische Shirazi haft rangi tegels, karakteristiek voor kunst en nijverheid van Shiraz in de tweede helft van de 18e eeuw. De zaal voor het avondgebed (Shabestan), 2700 vierkante meter, bevat 48 monolithische spiraalvormige zuilen, elk met een hoofdletter van acanthusbladeren. De minbar (preekstoel) van deze zaal is uit één stuk groene marmer uitgehouwen en bevat 14 treden. Een meesterwerk uit de Zandperiode. De weelderige met bloemen versierde tegels komen hoofdzakelijk uit de Kadjarentijd.
Tenslotte bezoeken we de vesting Karim Khan, de citadel aan noordoostzijde van het centrum. De citadel heeft de uitstraling van een middeleeuwse vesting, maar werd pas gebouwd tussen 1766 en 1767 tijdens de Zand-dynastie als onderdeel van een groter complex. Het complex heeft een oppervlakte van 4000 vierkante meter en bestaat uit vier 12 meter hoge muren, die met elkaar verbonden worden door vier 14 meter hoge ronde torens. De muren zijn aan de voet 3 meter dik en aan bovenzijde 2,8 meter. Het ontwerp van de citadel is een mengeling van militaire en civiele architectuur Reden: zowel woning van Karim Khan als militaire centrum van de dynastie.
‘s- Avonds nomadenbruiloft. Omdat een imam is gestorven is het feest een dag vervroegd Veel gasten komen niet. Wij zijn er en familie en vrienden van Saba en van de bruid De genodigden van de zijde van de bruidegom schitteren door afwezigheid. Het wordt een echt feestje voor Saba en Frans. Er wordt gegeten en gedanst; wij doen goed mee en na een aarzelend begin hebben we enorm veelplezier. We zullen deze bruiloft niet snel vergeten.
Woensdag 1 Oktober Persepolis
Vertrek met onze comfortabele bus en trouwe chauffeur die altijd weer klaar staat. Niet te vergeten Saba die altijd als eerste aanwezig is. We leren dat buiten de stad de ruime wegen niet druk, zelfs rustig kunnen zijn. Autowegen kennen hier geen wegkruisingen. Wil men een afslag ter linkerzijde inrijden dan moet men die eerst passeren, enkele honderden meters verder een lus naar links rijden om op de rijbaan in de tegenovergestelde richting te komen om vervolgens bij de afslag rechtsaf te gaan. De chauffeur moet een aantal keren per dag onderweg stoppen om de menselijke tachograaf zijn werk te laten doen. Van politiecontroles merken we niets.
Eerst gaan we naar de necropolis Naqsh-e Rostam om de rotsgraven van o.a. Darius I en Xerxes te bezoeken. Naqsh-e Rustam is een archeologische vindplaats, een necropolis, op ongeveer 12 km ten noordwesten van Persepolis in de provincie Fars. De graven zijn in de rotsen uitgehouwen en afgedicht met stenen platen metbas-reliëfs. De locatie bevat vier graven van Achaemenidische vorsten en zes uit de tijd van deSassaniden. De locatie bevat ook een losstaand bouwwerk: een kubus van de Zoroastriërs. Niet duidelijk is voor wie iof wat deze kubus is gebouwd. Bij ons bezoek aan de site stijgt de temperatuur tot grote hoogte.
Daarna bezoeken we Persepolis. De prachtige ruïnes van Persepolis liggen aan de voet van Kuh-i-Rahmat (Berg van Barmhartigheid) in de vlakte van Marv Dasht .Darius I was stichter van de stad in 518 vC. De voltooiïng vond plaats meer dan een eeuw later onder Artaxerxes I. Persepolis was de hoofdstad van het Achaemenidische Rijk. Een inscriptie op de zuidelijke zijde van het terras wijst nu nog Darius de Grote aan als grondlegger van Persepolis. Gebouwd op een immense half kunstmatige, half natuurlijk terras creëerde hij een indrukwekkend paleiscomplex geïnspireerd door Mesopotamische modellen. Persepolis als dynastieke stad - symbool bij uitstek van de Achaemenidische dynastie - werd in brand gestoken door de Grieken onder Alexander de Grote in 330 vC. Hoewel in vroegere jaren reeds beschreven, werden de ruïnes eerst opgegraven door archeologen van het Oriental Institute van de Universiteit van Chicago onder leiding van Ernst Herzfeld en Erich F. Schmidt in de jaren ‘30. Als belangrijkste bouwmateriaal werd gebruik gemaakt van zongedroogde baksteen. Daarnaast werd hardsteen gebruikt voor dragende elementen en voor grote gebeeldhouwde oppervlakken. Prachtig complex. Wel een zinderende hitte.
We lunchen onderweg in een leuk restaurant onder de bomen aan de rand van een vijver met werkende fonteinen. Weer terug in Shiraz bekijken we de oude Jame moskee, moskee van het vrijdagmiddaggebed, en het Shah Cheragh heiligdom. Dit is een van de belangrijkste bedevaartsoorden van Iran. Het is een enorm groot, zeer luxe complex met strenge regels. Chador op. Een moslima probeert zich op te dringen als begeleidster. Noch wij noch Saba willen dat en uiteidelijk weten we haar op het enorme plein van ons af te schudden. Het huidige gebouw bestaat uit het oorspronkelijke portaal met zijn tien zuilen. Aan oostzijde van het pertaal staat een ruim heiligdom en aan westzijde een moskee. Nabij het mausoleum liggen vele andere graven. Enkele kenmerkende elementen worden gevormd door de portico, decoratief mozaïek spiegelglas, gestucte inscripties, met zilveren panelen beslagen deuren en de grote binnenplaats. De tombe bevindt zich in een alkoof tussen de ruimte onder de koepel en de moskee. Om het mausoleum meer grandeur te geven zijn er twee kleine minaretten geplaatst aan beide zijden van het portaal.
Daarna even rust om vervolgens nog de mooi verlichte Koran poort te bekijken. Van daaruit hebben we een prachtig uitzicht op de stad. We sluiten de dag af in een leuk restaurant. We hebben veel plezier aan tafel en Jan vermaakt zich met de dame van het toeristen bureau.
Donderdag 2 october Salt Lake, Kerman
Vandaag vertrekken we om 8 uur. De reis belooft wat; 570 km voor de boeg. Saba laadt blikjes fris, alcoholvrij bier, snoep, koekjes, dadels etc. In. Wat een fantastische meid toch! De chauffeur zorgt met een grote ijsblok in zijn frigo dat alles koel blijft.
We komen bij het Shiraz zoutmeer op 20 km van Shiraz. Maken er een korte wandeling in de hitte tot aan het natte zout. We rijden verder door een steenvallei met aan weerszijden bergketens. Vooral dor land met hier en daar een boerderij.
Een bezoek aan het Sassanian Palace in Sarvestan op ca 90 km van Shiraz in een gebied met grote vijgentuinen is onze volgende stop. Het paleis is gebouwd door de Sassanidische koning Bahram V , die heerste van 420 tot 438. Niet duidelijk is waar het gebouw, dat ligt in een immense lege vlakte voor diende. Mogelijk diende het als heiligdom, vuurtempel van de Zoroasters of als jachtverblijf. Het paleis is aan alle zijden open en gemaakt van bouwsteen en mortel. Onderweg worden we in een klein dorp door de eigenaar een restaurant in ‘geronseld’ om bij hem te eten, waar de inmiddels bekende kost op de kaart staat.
Ook rijden we in de omgeving van Estahban door een vruchtbaar gebied met productie van o.a. saffraan graan, katoen dadels en vijgen. Langs de weg in enkele kraampjes. We proeven en kopen wat noten en (gedroogde) vijgen.
Het is een zeer lange rit. Tijd om even aandacht te geven aan de sociologie van het busleven. De bus is niet geheel nieuw, de airco hapert, maar verder comfortabel. Onze chauffeur is perfect, allen ons Farsi te gering om met hem te communiceren. De bus past ons gezelschap als een goedzittende jas. De ijskist is een uitkomst. Naast onze bagage is de bus door Saba volgestopt met water, frisdranken en maltbier, heel veel maltbier. Ook koekjes, noten en allerhand fruit horen tot het basispakket. Iedereen zit, hangt, slaapt, leest of keuvelt naar believen. Saba zorgt voordurend voor ons. Soms zijn er initiatieven om dat over te nemen, maar daar wil ze niet echt van weten. De bus kent een aantal vaste plaatsen. Natuurlijk voor links voor de chauffeur met aan de rechterkant Saba. Direct achter de chauffeur Frans. Achterin altijd Jan om zijn benen kwijt te kunnen. Hij leest voortdurend in een groot oud boek. De rest zit paartje aan paartje maar ook wordt er gewisseld van plaats. Het reizen verloopt probleemloos. Geen wanklank, geen gemuit. Het grootste probleem is steeds het vinden van een geschikte plasplaats.
Om 20.30 bereiken we ons hotel in Kerman. Door alle nootjes, dadels, koekjes hebben we niet zo’n trek meer om uitgebreid te eten en bestellen alleen nog een salade. Dus voor ieder een plastic bakje met sla en een zakje dressing. Het hotel, Akhavan, is het minste van alle hotels op de reis. Het heeft erg veel achterstallig onderhoud, maar alla voor een nacht. Saba, die haar taak als reisleidster zeer serieus neemt, kan het niet laten de directeur daar toch op aan te spreken.
Vrijdag 3 Oktober Van Kerman naar Yasd, Mahan,
Gisteravond is Maria, het zusje van Saba, bij ons gekomen. Zij zal ons deze dag begeleiden. Zij studeert aan een universiteit in het oosten van het land dicht bij de Afghaanse grens: Engels en touristiek. Zij moet het vak van gids ook in de praktijk leren. Saba vindt dit een mooie gelegenheid om haar bij ons de vuurdoop te geven. Ze is verschrikkelijk nerveus en moet nog veel leren. Na het eten zal ze bij het busstation in Yasd ons weer verlaten, om terug te gaan naar haar universiteit.
Na een redelijk ontbijt, het naanbrood is echter net leer (een waarneming van ons Til), vertrekken we om 8 uur. Het wordt weer een lange rit. De afstanden zijn toch wel erg groot. Een rechte weg door de woestijn, droog met hier en daar wat kleine dorpjes. Soms bergen maar vooral veel dorre droge vlaktes. Eerst gaan we 40 km naar het zuiden naar Mahan. Daarna 400 km naar Yasd.
Mahan is een kleine plaats. 17.000 inwoners. De plaats ontleend zijn bekendheid aan de twee plaatsen die we er zullen bezoeken. Allereerst de Soefitempel, met de schrijn van Shah Nematollah e Vali die leefde van1331-1431. Dichter, wijze(niet zo verwonderlijk; die komen toch uit het oosten), en leider van de Soefi. De koepel boven de tombe dateert uit de vroege 15e eeuw. Het tempelcomplex is beroemd om zijn tegelwerk, oude houten deuren en spectaculaire plafonds. Een verstilde moskee met hele verfijnde versieringen. In de hof ligt een vijver omgeven door cipressen.
Daarna de Prinsentuin, ruim 100 jaar oud, met indrukwekkende waterpartijen en een heerlijke theetuin. De prinsentuin ligt op een heuvel en kennelijk brengt de kwel zoveel water naar boven, dat het via vijvers omzoomt met bloemenperken en bomen etagegewijs naar beneden stroomt. Veel Iraniërs genieten er van de vrije vrijdag. Al etende zit men op uitgerolde Perzische tapijten. Sommigen dragen traditionele kleding d.w.z. vrouwen in het lang zwart met bij behorende zwarte sluier, maar vele anderen in modernere kleding: lange getailleerde jas, strakke broek en een loshangende, gekleurde sluier. We drinken heerlijk wortelsap en koffie, genieten van de zon en proberen om beurten de waterpijp. We ontmoeten er een groep Iraanse mountenbikers, mannen en vrouwen die al een verre tocht vanuit Kerman hadden gemaakt. We moeten met hen op de foto. Verder hangt er een weldadige rust.
In Mahan lunchen we in een echt Iranees restaurant, van oorsprong een historisch badhuis. De schitterende kelderruimte met gewelfde plafonds is te bereiken vanuit de bazaar. Het is er druk. Omdat het vrijdag is zit de hele tent vol met vooral mooie jonge mannen en vrouwen, met elkaar babbelend en de waterpijp rokend. Als wij binnenkomen zijn we een en al bekijks. Er wordt muziek gemaakt door twee mannen. We dansen op de maat van de muziek, “de zaal” klapt mee tot grote ontsteltenis van de eigenaar. We moeten ophouden, maar toch een geweldige sfeer. Daarna houdt de muziek op. We worden naar een naastgelegen vertrek geleid. Aan een lange tafel genieten van diverse schotels heerlijk eten. De muziek begint weer. Jan en Frans gaan nog even bij een paar meisjes zitten, wat weer de nodige hilariteit geeft. Tamelijk uitgelaten verlaten we het restaurant tot grote opluchting van de eigenaar. We vervolgen onze rit naar Yazd. We komen er pas om 22.00 aan. Prachtig hotel Mozafar. Met z’n allen eten we in het hotel nog een frietje en de bekende salade in een plastic bakje.
Zaterdag 4 october Yazd en Zaynodin Caravansarai
Yasd is de hoofdstad van de gelijknamige provincie. Centrum van de Zoroastercultuur. Ongeveer een half miljoen inwoners. Het is de droogste en warmste plaats in Iran. Door de hiervoor noodzakelijke aanpassingen aan zijn omgeving kent Yasd een bijzondere architectuur mede gekenmerkt door vernuftige windtorens, die dienen voor de koeling van de gebouwen. De stad is zeer oud en dateert uit de tijd van de Meden. Zarathoestra ( Zoroaster) geldt als de grondlegger van het zoroastrisme, een godsdienst die nog vooral veel aanhangers heeft onder de Parsi’s in India. In Yasd zijn er nog ca 5.000 aanhangers. Volgens zijn leer bestaat er een god van het goede en een god van het kwade. De mens zit ingeklemd tussen die twee en moet trachten voor het goede te kiezen. Het Zoroastrisme was heel vroeger de officiële godsdienst van Perzie, al in de tijd van deAchaemeniden. De volgelingen worden -niet helemaal terecht - ‘aanbidders van het vuur’ genoemd. Zij aanbidden de goede god, Ahura Mazda. Symbool voor hem staat het vuur, teken van zuiverheid en eenheid. In vuurtempels, waar een vlam al die eeuwen brandend wordt gehouden, richten de gelovigen zich tot hun god door naar het vuur te bidden. Centraal staan de vier elementen, vuur, water, aarde en licht, die zij trachten niet te bezoedelen. Hun doden begroeven ze om die reden vroeger niet. Ze legden de doden in hoge torens ten prooi aan de gieren. De resten van de botten worden in een put gegooid, diep in het middelpunt van de toren/heuvel.
Om onze kennis van de Zoroasters te vergroten beginnen we iets buiten de stad Yazd met het beklimmen - in de snoeihete zon - van de Torens van Stilte. Prachtig landschap: zand, woestijn. Er zijn twee open torens met in het midden een ronde diepe kuil. Saba en Frans laten aanschouwelijk zien hoe de doden er in die kuilen bijlagen. Saba toont haar onverschrokken klimcapaciteiten. Ook bezoeken we de uit de jaren ’60 stammende begraafplaats van de Zoroasters, die aangelegd werd toen in Iran om hygiënische redenen werd verboden de doden als prooi voor de gieren te laten liggen.
Daarna in de stad gaan we door een door een doolhof van straatjes met lemen huizen en allerlei winkeltjes en bezoeken de Vuurtempel van de Zoroasters. Het complex bestaat uit een voorplein met vlak voor de tempel een grote ronde vijver. In de tempel houden priesters het eeuwige vuur in stand. Ook een andere plek van deZoroasters bezoeken we. De tuin van Dolataban, die prachtig aangelegd met bomen, bloemrijke perken en veel rechthoekige vijvers. Bijzonder is het zeshoekige gebouw met de toren die dient als windvanger om het gebouw te koelen.
Later bezoeken we de Jame moskee. Deze moskee kent vier Iwans (aan drie zijden omsloten ruimtes, naar binnen toe open) gelegen aan een groot binnenplein met aan de randen een gaanderij met arcaden. Deze vrijdagmoskee wordt gekenmerkt door zeer hoge portalen, een effect dat nog versterkt wordt door de twee hoge slanke minaretten (de hoogste van het land). De moskee stamt uit de 12e eeuw. Prachtig gekalligrafeerd tegelwerk, schitterende mozaïeken, en verfijnd geometrisch houtsnijwerk zijn er te zien. Een mozaïekbewerker laat ons vol trots zijn werk zien. Op voorspraak van Saba komen we op verboden terrein. We dalen een diepe, donkere trap af en komen, vele meters onder de grond, bij een put die onderdeel vorm van een oud watersysteem Zarch Qanat. We bezoeken nog een volgende moskee. Onderweg in een klein tentje drinken we vers vruchtensap. Saba helpt de eigenaar en ze handelt alsof ze de tent heeft overgenomen. ‘s-Avonds rijden we door naar Zaynodin Caravansarai. Duizend en een nacht binnen handbereik. De Caravanserai ligt aan de zijderoute, van oudsher de hoofdweg tussen China en Europa en stamt ongeveer uit 1600. Binnen is het verrassende plek om te verblijven. De slaapplaatsen zijn afgeschot met gordijnen, zonder deuren naar de hal. Er zijn centrale badruimtes Het centrum wordt gevormd door een grote ronde ruimte met een rond bloemenperk en langs de kant zitruimtes met tapijten en kussens. Bovenin zit een rond gat, dat zicht geeft op de sterren. We wandelen wat buiten, verkennen het dak en genieten van de sterrenhemel. De fles Shirazwijn, die Frans van de vader van Saba gekregen heeft, wordt in plastic bekertjes soldaat gemaakt. Het is oude wijn met de smaak van Solera sherry. Het eerste – overigens ook laatste - slokje wijn in deze vakantie. Een Chinese backpacker lift op haar verzoek morgen met ons mee naar Isphahan. Ze eet en drinkt met ons mee, maar is in Isphahan plotseling verdwenen.
Zondag 5 october Nain, Isphahan
Op weg naar Isphahan bezoeken we een oud kasteel, het Narin Qaleh, waarvoor ruim 4000 jaar voor Chr. de fundamenten zijn gelegd. Het is een fort, bolwerk van het centrale bestuur in de regio. Het is gebouwd van steen en modder met stro. Het ligt in de stad Meybod. Het gebouw is 40 m hoog, heeft dikke muren en bovenop een terras, die je langs twee trappen kunt bereiken. Er zijn ondergrondse gevangenissen. Binnen de muren zijn er vier torens. Inzet van vrijwilligers zorgt voor het behoud. Heel mooi.
Het is weer een warme dag 35 C. We lunchen in een typisch Iraans restaurantje in Nain. Het is weer reuze gezellig met z’n allen. Wat wel opvalt is dat we bijna altijd hetzelfde eten: Kebab, Shaslik, groene sla en mayo, weinig variatie. Om half 5 komen we aan in Isphahan. We rijden over prachtige brede alleés met perken vol planten en bomen, die de voetgangers scheiden van het gemotoriseerde verkeer. We nemen onze intrek in hotel Tourist. Prima hotel met prachtige kamers. Heerlijk douchen . In het donker maken we een mooie wandeling in het donker over verlichte bruggen met vele, prachtig aangelichte bogen, die over een drooggevallen rivier liggen. We wandelen bij een heerlijke temperatuur door mooie parken. Een sfeervolle stad. Op weg naar Shah Abbasplein komen we langs schitterende moskeeën. Het plein is prachtig verlicht. Overal lopen mannen, vrouwen en kinderen laat op straat. Op de perken picknicken veel mensen zittend op hun persjes. Wij zijn wel steeds bezienswaardig, vooral Jan. Men wil ook graag met ons Engels praten. We lopen door de enorme bazaar. Vragen ons af hoe je met zoveel ondernemers nog iets kunt verdienen. We eten liggend, in een echt Iraans restaurant. Daarna drinken we heerlijke koffie op het pleintje waar met behulp van het antiek van de buurman, een tapijtenwinkel, snel een terrasje voor ons gemaakt wordt.
Maandag 6 oktober Isphahan
Isfahan is een stad in Iran met ruim 2,5 miljoen inwoners en daarmee is het de derde stad van Iran. De stad ligt op ongeveer 350 km ten zuiden van Teheran op een hoogte van 1600 m. aan de voet van het Zagros gebergte. Isfahan is een tijd de hoofdstad van Iran geweest. De rivier Zayandeh Rud loopt dwars door de stad en over de rivier liggen diverse beroemde bruggen.De uitdrukking: “Als je in Isfahan bent geweest, heb je de halve wereld gezien” wordt voor wie in deze prachtige stad bent geweest direct bevestigd. Wij allen sloten deze prachtige stad onmiddellijk in ons hart.
We starten deze ochtend in de Armeense wijk. In de stad woont nog een minderheid van enkele duizenden Armeniërs. Ze genoten vroeger bepaalde voorrechten die moslims niet hadden, maar dat lijkt over. Ons doel is de Armeens-christelijke Vaank- kathedraal (1606 - 1655) . Op het oog een Russisch-orthodoxe kerk met al zijn iconen, fresco’s en gouden koepel. Een open klokkentoren staat apart. De kerk is geheel versiert met fresco’s. Naast een veelheid van afgebeelde heiligen zijn er ook taferelen met gruwelijke martelingen te zien. Straffen voor een zondig leven. Het ons bekende duo prijkt ook hier in groot formaat hoog aan de gevel. (Geef aan de keizer wat de keizer toekomt, geef aan god wat god toekomt). Het complex kent een binnenplaats waaraan ook een museum is gelegen. Daar wordt het verhaal van de Armeense genocide uitgebreid verteld. Er liggen ook prachtig gekalligrafeerde gebedsboeken en de kleinste bijbel ter wereld.
Vandaar door naar de bazaar. Weer lekkere koffie gedronken. We bezoeken ook nog een Vrijdagmoskee aan het plein (we raken de tel kwijt) waar de vrouwen weer in de doeken moeten; mannen en vrouwen gescheiden. We lunchen in een prachtig restaurant, een oud- badhuis. Daarna zowaar vrije tijd. We slenteren wat door de bazaar, bewonderen de vele handslieden, de prachtig opgebouwde kruidenzaakjes etc. We verkennen het plein en de verdere omgeving . In een prachtige tuin van het vijfsterren Abassi hotel drinken we thee. Daarna weer met z’n allen naar een tapijtenhandelaar. Saba en Frans willen een zijden tapijtje kopen. Er wordt thee geserveerd. We krijgen uitleg over het verschil in de patronen en kwaliteiten van de tapijten en plotseling strijkt als aasgieren een groep verkopers op ons neer. Een bekend tafereel in tapijtwinkels in de oosterse wereld. We haken af. Allen Frans en Saba komen tot een deal en kopen een tapijt, dat ze als een trofee verder meedragen We besluiten als groep te eten in de tuin van het Abassi hotel een voortreffelijke keuze. Dit keer geen kebab.
Dinsdag 7 october Isphahan
Na het ontbijt lopen we via een mooi park naar het paleis met de 40 pilaren. Chehel Sotoun is in de 17e eeuw gebouwd is door sjah Abbas I. Het paleis werd gebruikt om de gasten van de sjah te ontvangen. Het paleis , sinds 2011 werelderfgoed, is gelegen in een mooie Perzische tuin aan de korte zijde van een rechthoekige vijver. Het paleis telt twintig houten zuilen. Opgeteld bij hun weerspiegelingen in de vijver komt men tot veertig. Het paleis is met name beroemd om de verschillende schilderingen, die we bewonderen. Een oude archeoloog is in arren moede zelf maar begonnen met het onderhoud, omdat dit oude gebouw in de huidige verhoudingen geen voorrang heeft. Vandaar te voet weer naar het grote Shah Abbas, tegenwoordig Imam, plein. We bezoeken de Jame Abassi moskee( Imam Moskee). De moskee heeft zijn ingang aan het plein, is Indrukwekkend. Daarna de Lotfullah Moskee, geweldig. Deze heeft geen minaret, alleen een prachtige ronde koepel. Maar na zoveel moskeeën komt er sleet in ons opnamevermogen van zoveel moois. We drinken koffie op onze vaste stek op een pleintje in de bazaar en lig-eten daar in een klein restaurant. ‘s-Middags bezoeken we Paleis Ali Quapu (Hoge Poort) Het is een van de grote paleizen van Isphahan. Hoogte 48 m. met 7 verdiepingen, die slechts toegankelijk zijn via een nauwe draaitrap. Op de zesde verdieping is een muziekkamer met diepe niches in de wal die niet alleen estetische waarde hebben, maar ook de akoustiek dienen. Dit wonderschone safidische gebouw werd in de 17e eeuw door Shah Abbas de Grote gebouwd. Het is rijk aan schilderingen van bloem-, beest- en vogelmotieven. Betreurenswaardig is, wat ook hier blijkt dat aan het onderhoud van deze gebouwen uit de historie van de Sjah’s weinig wordt gedaan. Het accent ligt op het onderhoud van moskeeën. Pikant detail: de Imam Moskee is van de UNESCO werelderfgoedlijst afgehaald omdat men zich niet aan de regels wenst te houden. We slenteren door de stad om deze verder te verkennen. We verwonderen ons en zijn jaloers op de aantrekkingskracht die Jan op jonge mensen, meestal meisjes heeft. Herhaaldelijk moet hij in een selfie mee op de foto. s- Avonds eten we weer in het Abbasi Hotel. Wederom uitstekend en genoeglijk.
Woensdag 8 oktober Teheran
Deze dag weer een reisdag. De tocht naar Teheran is ca 450 km en loopt via Kashan en en Quom over een grotendeels woestijnachtig gebied. Een steenwoestijn wel te verstaan met in de verte bergen. Onderweg verteren we zoveel mogelijk de pot en houden het verder bij noten en fruit.
In Teheran aangekomen, bezoeken we het megalomane Khomeini mausoleum. In het mausoleum zijn in een schrijn de tombes van Khomeini, zijn vrouw en een van zijn zonen te vinden. Het complex is al sinds 1989 in aanbouw. Het mausoleum is het centrale punt in een complex van 20 km2. Een cultureel en toeristisch centrum,een universiteit voor Islam studies een koopcentrum en ruimte voor 20.000 parkeerplaatsen maken er deel van uit. Het mausoleum is van verre een baken met zijn grote gouden koepel en zijn vier hoge losstaande minaretten. Trekpleister voor Khomeini pelgrims. Het centrale gedeelte met het graf van Khomeini is nog steeds in ruwbouw. Overal weer de portretten van het bekende duo. De wanden van de hoge hal zijn provisorisch aangekleed met plastic banieren, waarop het toekomstige beeld van een gereed mausoleum lijkt afgebeeld. Frans gaat op z’n knieën, maar ligt – heel onprofessioneel - de verkeerde kant op. Een behulpzame bewaker helpt hem de goede richting te kiezen. Overal op de vloer tapijten. Men benadert ons ongelovigen voorkomend.
Daarna brengen we een bezoek aan het het Archeologisch museum. De collectie in het hoofdgebouw van het museum omvat prehistorische voorwerpen uit de Perzische Oudheid zoals aardewerk, metalen objecten, boeken en munten. Het tweede gebouw is gewijd aan de post-Islamitische collectie. We kijken er een uurtje rond.
Die avond eten we tot slot en om de vakantie af te ronden in een traditioneel Iraans restaurant.
We overnachten onze laatste avond weer in hotel Marik in Teheran.
Donderdag 9 oktober Amsterdam
Het wordt een heel kort nachtje want om 04.00 uur vertrek van het vliegveld Khomeini.
De reis verloopt zeer voorspoedig. We nemen in Amsterdam afscheid van elkaar. Het was een fantastische reis. Ook hebben we ondervonden dat de Iraniërs open, spontane, gastvrije mensen zijn. Niet te vergeten onze voortreffelijke reisleidster Saba, die gezorgd heeft dat we veel zagen en dat het ons aan niets ontbrak!!CoolCoolCool