Flamenco
Dat flamenco hè, dat blijft voor mij iets onbegrijpelijks. Hoewel ik inmiddels soms duidelijk kan horen dat het zuiver is, dat het goed gedaan is, kan ik het niet helpen dat ik het niet onder de term “muziek” kan onderbrengen. Voor mij is het veel al een hoop geschreeuw en gejengel.
Dat is natuurlijk niet geheel onbegrijpelijk, want in de muziekvorm flamenco wordt er heel wat geschreeuwd. De vorm klaagzang komt er namelijk veelvuldig in voor. Flamenco vertaalt letterlijk de gevoelens van de zanger. Of de zanger zich vrolijk of triest voelt, je hoort dat duidelijk in zijn teksten. Dansers zullen ook alleen maar dansen als hun gevoel zich aansluit bij dat van de zanger. Uiteraard heb ik het dan niet over de georganiseerde voorstellingen.
Flamenco vind ik dus niet altijd een even aangenaam stukje muziek om naar te luisteren. De teksten zijn moeilijker om te begrijpen en daardoor is het soms gewoon vermoeiend. Daarnaast is het ook een muziekvorm die je moet leren begrijpen. Voor mij is flamenco als opera, daar houdt ook niet iedereen de eerste keer van.
Hier in Andalusië, en zeker in Jerez, wordt er veel aan flamenco gedaan. Van oorsprong is het van de gitanos, zigeuners, die hier veel leven. Inmiddels wordt het ook door velen anderen volkeren uitgevoerd. Het is bijvoorbeeld heel populair in Japan en Groot Brittannië en dat is ook te zien in Jerez. Veel Japansen en Engelsen komen speciaal hierheen om deze muziekvorm te leren.
In het dagelijkse leven kom je flamenco natuurlijk ook regelmatig tegen. Op feesten zoals bruiloften, de Feria of in de decembermaand is het een deel van het Jerezaanse bestaan. Je ontkomt er haast niet aan en langzaam maar zeker begin ik daar toch wel aan te wennen.
Liefs,
Carolina