hier is 't artikel van de volkskrant za jl.
LOVINA -
In het toeristenparadijs Bali groeit verzet tegen buitenlandse pedofielen die de stranden onveilig maken. Actiegroep CASA zorgde ervoor dat een Nederlander werd opgepakt.
Bali maakt jacht op buitenlandse kinderlokkers
‘Daar gaat hij!’ sist Alit Ketaraharja. Een bromfiets komt van het strand van Lovina. De berijder is een wat oudere Europeaan met zwart, achterovergekamd haar. ‘Dat is hem!’ Alit noemt zijn naam: ‘mister Max’. Hij blijkt zelfs diens adres in Nederland te kennen. ‘Elke schoolvakantie komt hij hier, twee keer per jaar, al jaren’, zegt hij. ‘Bijna elke avond neemt hij een jongetje mee naar huis.’
Alit Ketaraharja heeft stapels getuigenissen van jongetjes en verklaringen van anderen aan de politie doorgegeven. Genoeg om de Nederlander op te pakken, denkt hij – en donderdagavond gebeurt dat dan ook inderdaad. Op de laptop van de 64-jarige Max L. ontdekt de Indonesische politie foto’s en ander bewijsmateriaal.
Alit jaagt al jaren op pedofielen, hier in Noord-Bali. Hij is lid van CASA, het Comité tegen seksueel misbruik. Alit verzamelt gegevens over de mannen die vooral hier, in het arme deel van het paradijselijke toeristeneiland, jongetjes oppakken en misbruiken. Het uitgestrekte strand van Lovina is een van de favoriete plaatsen om kinderen op te pikken. Vroeg in de middag is er geen mens. Slechts een handjevol toeristen slentert tussen de houten scheepjes die op het strand in de zon liggen. Zelfs de zee is stil. Hier aan de noordkust van Bali zijn geen golven, zoals in het zuiden. In Lovina zijn er alleen dolfijnen, maar ook die houden hun middagslaap.
In de schaduw van de palmen zitten hier en daar jongens en meisjes elkaar in de ogen te kijken. Alit loopt er langs met Agus, een slachtoffer van jarenlang misbruik door pedofielen. Agus bekijkt de paartjes met een gevoelloze blik. ‘Dit is ’s avonds het strand van de liefde’, zegt hij. Zijn woorden klinken wrang. Agus kent de liefde, maar de liefde die hij kent is vooral die van mannen als ‘mister Max’. Hij was zeven toen hij voor het eerst hier, op dit stukje strand, werd meegelokt, hij was negentien toen de mannen hun interesse in hem verloren. Nu is hij vierentwintig, hij is getrouwd en verwacht in oktober zijn eerste kind. Maar hij is voorgoed getekend.
Agus’ armen zitten onder de littekens. Hij krabt zich voortdurend. Meer dan eens stopt hij met spreken en kijkt zwijgend voor zich uit. Hij slikt al jaren medicijnen om rustig te blijven. Agus ondergaat therapie bij psychiater Lu Ketut Suryadi, de oprichtster van CASA. Zij behandelt hem al drie jaar met hypnotherapie, pillen en meditatie.
De als jongen misbruikte Agus komt nog altijd vaak op dit strand. Hij ziet de mannen. Hij ziet de jongens die voetballen en spelen, net als hij destijds. En hij ziet hoe zij meegaan met de mannen, die hun kleren, schoenen, een voetbal, eten en geld beloven.
Agus ziet het aan en voelt woede in zich opwellen. ‘Ik haat die mannen’, zegt hij. ‘Zij hebben mijn leven kapotgemaakt. Als ik ze zie wil ik. . . Grrrr!’ Hij maakt een woest gebaar met zijn hand. ‘Maar ik doe niks. Ik zeg niks.’
Hij was zeven toen ‘mister Neville’ uit Australië hem meenam. ‘Die is nu al heel oud, of misschien wel dood’, zegt hij. Neville nam hem mee, kocht ijs, gaf speelgoed, en de kleine Agus bleef slapen. ‘Ik weet niet wat er die eerste nacht is gebeurd, ik sliep’, zegt hij. Hij bleef vaker slapen, en werd op alle mogelijke manieren misbruikt, en niet langer zonder het te merken.
Neville was niet de enige. Hij bracht Agus naar een vriend, Toni, in wiens huis altijd ‘veel kinderen’ waren, aldus Agus. Ook daar bleef Agus slapen, twee dagen, drie dagen op rij. Hij was toen acht. Zijn ouders misten hem nooit. ‘Ik sliep vaak op het strand. Ik kwam alleen thuis om me te wassen en schone kleren aan te trekken.’
Neville verdween toen Agus tien was. Remi kwam, ‘uit Italië of Frankrijk.’ Agus heeft geen idee waarom de mannen juist hem uitkozen. Zijn naïeve, meegaande aard kan hun zijn opgevallen. Maar misschien is er meer. Volgens CASA bestaat er een wereldwijd netwerk van pedofielen dat elkaar aan huizen en jongetjes helpt. Dat zou verklaren waarom ‘Andi’ uit Zwitserland op een dag op het strand van Lovina verscheen met een foto van Agus in zijn hand. Agus was toen twaalf of dertien. Later kwamen Peter en Michel en nog een reeks mannen van wie hij de namen is vergeten. Agus liet zich gewillig meenemen.
Toen hij negentien was, was het leven met de mannen voorbij. Hij was te oud. Soms hielp hij ze nog. Hij ronselde jongens om naar hun huis te komen. ‘Om te eten’, zegt hij stuurs. ‘Wat zij verder deden weet ik niet.’ Het valt hem nog altijd zwaar te vertellen wat er werkelijk gebeurde in die slaapkamers. ‘Ik ben zo vaak verwond, daar beneden’, zegt hij schuchter.
Toen de mannen klaar met hem waren was hij een wrak. Geestelijk en lichamelijk was hij tot niets meer in staat. Gek was hij, zegt hij. ‘Ik zag dingen die er niet waren, en zwierf over straat.’ Hij hield ook meer van seks met mannen dan met vrouwen. Hij wist niet anders. ‘Ik zag ook graag kleine jongens. Dat is nu minder, nu ik getrouwd ben.’
De arrestatie van de Italiaan Mario veranderde Agus’ leven. Mario was begin 2002 de eerste die op basis van informatie van Suryadi’s groep werd gearresteerd, en later veroordeeld. Agus getuigde voor de rechtbank, en begon zijn therapie bij professor Suryadi. Mario werd veroordeeld tot tien maanden gevangenisstraf, een straf die door de activisten veel te licht werd bevonden. Sindsdien is de wet op de kindermishandeling in Indonesië aangepast. Vorig jaar mei werd de voormalige Australische diplomaat William Stuart Brown, alias ‘mister Tony’, op basis van de nieuwe wet tot dertien jaar gevangenisstraf veroordeeld. De officier van justitie had twaalf jaar geëist, maar de rechter deed er nog een jaar bovenop.
Die uitspraak werd met gejuich ontvangen. Het werd gezien als de eerste echte overwinning in de strijd tegen de pedofielen op Bali. De ochtend na zijn veroordeling werd Brown dood in zijn cel aangetroffen. Hij had zich verhangen.
Sinds 9 maart zit een andere pedofiel, de Fransman Michel Heller, in een cel in afwachting van zijn veroordeling. Ook hij was actief in Lovina. Agus kent hem. ‘Hij zat altijd in alleen zijn korte broek in zijn huis, en altijd waren er een stuk of vier jongens.’ CASA heeft tegen vier andere pedofielen, onder wie ook ‘mister Max’, zoveel materiaal verzameld dat het genoeg moet zijn voor een veroordeling. Niemand weet hoeveel pedofielen er op Bali actief zijn – tientallen, maar honderden kan ook.
Psychiater Suryadi zegt dat Bali zich pas heel laat van pedofilie bewust is geworden. Balinezen zijn gastvrij en liefde voor kinderen is niets ongewoons. Bovendien hebben de mensen een groot respect voor buitenlanders die in hun dorp komen wonen en geld geven voor het schooltje, voor kleren voor de kinderen. Vaak doen de mannen zich voor als vertegenwoordigers van een organisatie die hulp biedt aan schoolkinderen.
Zij zelf had een kennis die altijd jonge meisjes bij zich had. Zij vond daar aanvankelijk niets vreemds aan. ‘Hij zei dat zijn vrouw en hij altijd een dochter hadden willen hebben en dat hij daarom deze meisjes verwende. Maar hij bracht altijd andere meisjes mee, en die meisjes waren na een paar weken erg veranderd. Pas veel later drong tot mij door dat hij ze misbruikte.’
Suryadi verdiepte zich in de psychiatrische kanten van pedofilie en richtte CASA op. CASA probeert de Balinezen voor te lichten over het gevaar van pedofilie, en tegelijk bewijzen te verzamelen tegen de actieve pedofielen.
Suryadi heeft nu achttien slachtoffers van pedofielen in therapie. Er moeten er veel meer zijn, maar zij weet dat de meeste slachtoffers nooit over hun ervaringen praten.
Ook Agus spreekt met niemand in zijn omgeving over zijn verleden. Zijn ouders weten het nog altijd niet en zelfs zijn vrouw, met wie hij anderhalf jaar geleden is getrouwd, weet van niets. ‘Ik draag dit alleen’, zegt hij. ‘Ik was een kind. Ik kreeg geld, speelgoed. Geld om mijn mond te houden. Ik heb mijn mond gehouden.’ Hij denkt nu veel aan zijn eigen kind, dat in oktober geboren moet worden. ‘Als dat kind later op het strand gaat spelen, laat ik het geen minuut alleen.’